9.3.Het oordeel van de rechtbank
Ten aanzien vanzaak
A, feit 1
De benadeelde partij [slachtoffer 6] vordert € 112,80 aan materiële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente. De rechtbank stelt vast dat aan de benadeelde partij rechtstreeks materiële schade is toegebracht. De gevorderde schadevergoeding komt de rechtbank niet onrechtmatig of ongegrond voor en zal daarom worden toegewezen, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 23 juli 2017.
De benadeelde partij [slachtoffer 4] zal in de vordering niet-ontvankelijk worden verklaard, omdat verdachte wordt vrijgesproken van de oplichting van [slachtoffer 4] .
(gebruik passage indien geheel of gedeeltelijk niet van eenvoudige aard)De benadeelde partij [slachtoffer 7] vordert € 60,- aan materiële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente en € 250,- aan advocaatkosten. Vast staat dat aan de benadeelde partij rechtstreeks materiële schade is toegebracht. De gevorderde schadevergoeding voor wat betreft de tickets à € 60,- komt de rechtbank niet onrechtmatig of ongegrond voor en zal daarom voor dat deel worden toegewezen, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 1 augustus 2017.
Kosten van rechtsbijstand komen in aanmerking voor vergoeding op grond van artikel 592a Wetboek van Strafvordering (Sv). Een redelijke uitleg van artikel 592a Sv brengt mee dat bij de begroting van deze kosten dezelfde maatstaf wordt gehanteerd als in civiele procedures. De rechtbank zal de kosten aan de hand van het liquidatietarief van kantonzaken, uitgaande van het toegewezen bedrag aan schadevergoeding, bepalen op € 36,- (1 punt voor het indienen van het voegingsformulier). Voor het overige wordt de benadeelde partij in de vordering niet-ontvankelijk verklaard.
De benadeelde partij [slachtoffer 8] vordert € 90,- aan materiële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente. Vast staat dat aan de benadeelde partij rechtstreeks materiële schade is toegebracht. De gevorderde schadevergoeding komt de rechtbank niet onrechtmatig of ongegrond voor en zal daarom worden toegewezen, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 3 augustus 2017.
De benadeelde partij [slachtoffer 11] vordert € 166,14 aan materiële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente. Vast staat dat aan de benadeelde partij rechtstreeks materiële schade is toegebracht. De gevorderde schadevergoeding komt de rechtbank niet onrechtmatig of ongegrond voor en zal daarom worden toegewezen, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 3 augustus 2017.
De benadeelde partij [slachtoffer 13] vordert € 120,- aan materiële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente. Vast staat dat aan de benadeelde partij rechtstreeks materiële schade is toegebracht. De gevorderde schadevergoeding voor wat betreft de tickets en de reiskosten, totaal € 80,-, komt de rechtbank niet onrechtmatig of ongegrond voor en zal daarom voor dat deel worden toegewezen, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 7 juli 2017. Voor het overige deel dat ziet op de kosten voor het parkeren wordt de benadeelde partij in de vordering niet-ontvankelijk verklaard nu dit deel onvoldoende is onderbouwd. De hoogte van de kosten die voor deze post zijn opgegeven à € 40,- duiden erop dat er gedurende meerdere uren is geparkeerd, wat maakt dat het voor de rechtbank onduidelijk is of dit in rechtstreeks verband kan worden gebracht met het bewezenverklaarde feit.
De benadeelde partij [slachtoffer 15] vordert € 30,- aan materiële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente. Vast staat dat aan de benadeelde partij rechtstreeks materiële schade is toegebracht. De gevorderde schadevergoeding komt de rechtbank niet onrechtmatig of ongegrond voor en zal daarom worden toegewezen, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 31 juli 2017.
De benadeelde partij [slachtoffer 14] vordert € 30,- aan materiële schade en € 200,- aan immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente. De gevorderde schadevergoeding komt de rechtbank voor wat betreft de tickets niet onrechtmatig of ongegrond voor en zal daarom voor dat deel worden toegewezen, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 3 augustus 2017. Voor het deel dat ziet op de immateriële schade wordt de benadeelde partij in de vordering niet-ontvankelijk verklaard nu dit deel niet is onderbouwd.
Ten aanzien van zaak A, feit 2
De benadeelde partij [slachtoffer 1] vordert € 4.183,- aan materiële schade, bestaande uit
€ 2.500,- voor het gestolen horloge en € 1.683,- voor de vernieling van de deuren, te vermeerderen met de wettelijke rente. Daarnaast vordert [slachtoffer 1] € 10.000,- aan immateriële schade voor het bezoeken van een therapeut wegens paniekaanvallen.
(gebruik passage indien geheel of gedeeltelijk niet van eenvoudige aard)De benadeelde partij zal in de vordering voor wat betreft de kosten van de vernielde deuren niet-ontvankelijk worden verklaard, omdat deze schade geen rechtstreeks verband houdt met het (maak een keuze)bewezen verklaarde feit. Daarnaast zal de benadeelde partij in de vordering voor wat betreft de kosten die zien op het gestolen horloge ook niet-ontvankelijk worden verklaard, omdat verdachte voor deze onderdelen wordt vrijgesproken.
De immateriële schadevergoeding wordt afgewezen omdat onvoldoende is onderbouwd dat er sprake is van geestelijk letsel veroorzaakt door de bewezenverklaarde diefstal.
Ten aanzien van zaak B, feit 1
De benadeelde partij [slachtoffer 2] vordert € 67,- aan materiële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente. Vast staat dat aan de benadeelde partij rechtstreeks materiële schade is toegebracht. De gevorderde schadevergoeding komt de rechtbank niet onrechtmatig of ongegrond voor en zal daarom worden toegewezen, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 15 november 2017.
Ten aanzien van zaak B, feit 2
De benadeelde partij [slachtoffer 3] zal in de vordering niet-ontvankelijk worden verklaard, omdat verdachte wordt vrijgesproken van dit feit.
De schadevergoedingsmaatregel
In het belang van de benadeelde partijen zal als extra waarborg voor de betaling aan verdachte telkens de maatregel van artikel 36f Wetboek van Strafrecht worden opgelegd, behoudens de proceskosten ten aanzien van de vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 7] , nu dit niet kan worden aangemerkt als rechtstreekse schade.