3.2.In zaak 2 vordert Randstad Resource – samengevat – de Gemeente op straffe van een dwangsom:
1. te verbieden over te gaan tot definitieve gunning van de opdracht voor perceel 1 en 6 conform de gunningsbeslissing van 23 mei 2019; en
2. te gebieden de aanbieding van Unique voor perceel 1 en 6 ongeldig te verklaren; en
3. te gebieden de aanbieding van Olympia voor perceel 1 en 6 ongeldig te verklaren; en
4. te gebieden de aanbieding van Manpower voor perceel 6 ongeldig te verklaren; en
5. te gebieden een nieuwe gunningsbeslissing te nemen voor perceel 1 en 6; en
6. te gebieden deze gunningsbeslissingen te motiveren, waarbij opnieuw een termijn voor bezwaar wordt gegeven;
7. te verbieden over te gaan tot definitieve gunning van de opdracht voor perceel 1 en 6 conform de gunningsbeslissing van 23 mei 2019; en
8. te gebieden de aanbiedingen op de percelen 1 en 6 opnieuw te laten beoordelen door een nieuwe beoordelingscommissie en een nieuwe gunningsbeslissing te nemen; en
9. te gebieden deze gunningsbeslissingen te motiveren, waarbij opnieuw een termijn voor bezwaar wordt gegeven;
10. te verbieden over te gaan tot definitieve gunning van de opdracht voor perceel 1 en 6 conform de gunningsbeslissing van 23 mei 2019; en
11. te gebieden de aanbiedingen op de percelen 1 en 6 opnieuw te laten beoordelen en een nieuwe gunningsbeslissing te nemen; en
12. te gebieden deze gunningsbeslissingen te motiveren, waarbij opnieuw een termijn voor bezwaar wordt gegeven;
13. te verbieden over te gaan tot definitieve gunning van de opdracht voor perceel 1 en 6 conform de gunningsbeslissing van 23 mei 2019; en
14. te gebieden de onderhavige opdracht voor de percelen 1 en 6 opnieuw aan te besteden voorzover de Gemeente de opdracht nog wil gunnen.
Tot slot vordert Randstad Resource de Gemeente te veroordelen in de kosten van dit geding (inclusief nakosten), te vermeerderen met de wettelijke rente.