Op 25 juli 2019 heeft de Rechtbank Amsterdam uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een man die zich schuldig heeft gemaakt aan wapenhandel. De verdachte, geboren in 1996, werd veroordeeld tot 18 maanden gevangenisstraf, waarvan 4 maanden voorwaardelijk, voor het medeplegen van het voorhanden hebben en overdragen van een wapen en munitie op 24 december 2018 te Amsterdam. De rechtbank baseerde haar oordeel op bewijs dat de verdachte samen met een medeverdachte betrokken was bij de overdracht van een Kalashnikov en munitie aan een team dat undercover werkte. De rechtbank oordeelde dat de verdachte zich schuldig had gemaakt aan het samen met de medeverdachte voorhanden hebben van en het alleen overdragen van een wapen en munitie. De rechtbank nam in haar overwegingen mee dat het verkopen van vuurwapens een onaanvaardbaar risico voor de veiligheid van personen met zich meebrengt en dat dergelijke feiten krachtig bestreden moeten worden. De verdachte had eerder al een veroordeling voor het overtreden van de Wet wapens en munitie, wat als strafverzwarend werd beschouwd. De rechtbank legde een gevangenisstraf op die in overeenstemming was met de ernst van het feit en de omstandigheden waaronder het was begaan. De rechtbank besloot geen bijzondere voorwaarden op te leggen, omdat de verdachte al onder toezicht stond in verband met een andere veroordeling. Het in beslag genomen geld van € 745,- werd teruggegeven aan de verdachte, omdat niet kon worden vastgesteld dat het geld was verkregen uit de baten van het strafbare feit.