Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
beschikking van de kantonrechter
de besloten vennootschap Karintrad Nederland B.V.
de besloten vennootschap Urbi Investment 2 sub E B.V.
VERLOOP VAN DE PROCEDURE
GRONDEN VAN DE BESLISSING
Uitgangspunten
1 augustus 2013 de bedrijfsruimte aan de [adres bedrijfsruimte] huurt (hierna: het gehuurde).
3.1 Deze overeenkomst is aangegaan voor de duur van5 jaar, ingaande op1 augustus 2013en lopende tot en met30 juli 2018.3.2 Na het verstrijken van de in artikel 3.1 genoemde vaste periode wordt deze overeenkomst voortgezet voor een aansluitende periode van3 jaar, derhalve tot en met3 juli 2021. Deze overeenkomst wordt vervolgens voortgezet voor aansluitende perioden van telkens5 jaar.3.3 Beëindiging van deze overeenkomst vindt plaats door opzegging tegen het einde van een huurperiode met inachtneming van een termijn van tenminsteéén jaar. (…)
Verzoek
Primaira. Urbi in verband met de bestaande aankoopafspraken de inroeping van de ontruiming alsmede de opzegging ex artikel 7:230a BW door Urbi te ontzeggen;
b. indien en voor zover mogelijk voor recht te verklaren dat de huurovereenkomst tussen partijen verlengd wordt met een termijn van 3 jaar, derhalve tot 1 augustus 2021;
Subsidiairc. de verplichting van Karintrad om na het einde van de huur per 1 augustus 2019 het gehuurde te ontruimen te schorsen en de ontruimingstermijn te verlengen tot één jaar, derhalve tot 1 augustus 2020, of een door de kantonrechter in goede justitie te bepalen redelijke termijn;
Primair en subsidiaird. Urbi te veroordelen in de proceskosten.
Verweer
Beoordeling
1 augustus 2018. Karintrad beroept zich kennelijk op artikel 3.2 van de huurovereenkomst. Het woord ‘optie’ is in dat artikel niet terug te vinden, maar alleen op het voorblad te zien.
eenhuurperiode. Daar valt de vaste periode van vijf jaren ook onder, zodat Breevast de huurovereenkomst rechtsgeldig heeft opgezegd per 1 augustus 2018. Het enkele feit dat het woord ‘optie’ staat genoemd op het voorblad van de huurovereenkomst doet aan het voorgaande niet af. De bijzondere bepaling omtrent de duur van de huur zoals geformuleerd in artikel 3 prevaleert boven het algemene woord ‘optie’ op het voorblad.
1 augustus 2018.