Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
1.Onderzoek ter terechtzitting
2.Tenlastelegging
3.Vrijspraak
slaapzak’- en dat aangeefster heeft verklaard dat hij zwarte schoenen droeg. Op de camerabeelden, waarop verdachte zichzelf heeft herkend, is echter te zien dat deze omschrijving niet overeenkomst met de kleding van verdachte op die bewuste dag. De omschrijving van de getuige van de dader komt ook niet overeen met hetgeen verdachte eerder die avond aanhad. Aan de getuige zijn bovendien stills van de camerabeelden getoond, waarna de getuige heeft verklaard dat hij ‘
er niet geheel zeker van was of de persoon afgebeeld op de foto’s de daadwerkelijke dader is.’ Overigens heeft de getuige verklaard dat hij de dader heeft gevolgd, maar hij heeft ook verklaard dat hij hem uiteindelijk uit het oog is verloren. De getuige heeft dus niet gezien dat de man die hij heeft gevolgd bij de GGZ-instelling naar binnen is gegaan. De man had vanaf de steeg verschillende kanten op kunnen gaan. Daar zijn veel bomen en tussen die bomen door kun je ook nog tuinen inlopen. Ten slotte bevinden zich in het dossier geen stills waarop te zien is dat verdachte een strafbaar feit heeft gepleegd. Enkel is op de stills te zien dat verdachte die dag de GGZ-instelling uit liep.