Op 2 juli 2019 heeft de Rechtbank Amsterdam uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die beschuldigd werd van het voorhanden hebben en opslaan van professioneel vuurwerk, bestemd voor particulier gebruik. De zaak kwam ter terechtzitting op 18 juni 2019, waar de officier van justitie, mr. H.H.M. Beune, de vordering indiende. De verdachte, geboren in 1989, had een aanzienlijke hoeveelheid professioneel vuurwerk opgeslagen in een loods in Zwanenburg, wat op 10 december 2018 door de politie werd aangetroffen. De tenlastelegging omvatte onder andere het medeplegen van het voorhanden hebben van ongeveer 1336 kilogram vuurwerk buiten een toegelaten opslaginrichting.
De rechtbank oordeelde dat het vuurwerk, dat onder andere Chinese rollen en signaalraketten omvatte, professioneel was, omdat het was aangetroffen bij particulieren en niet voldeed aan de eisen voor particulier gebruik. De verdachte had erkend het vuurwerk te hebben aangeschaft om het aan anderen ter beschikking te stellen. De rechtbank achtte de feiten bewezen en concludeerde dat er sprake was van eendaadse samenloop van overtredingen.
De rechtbank legde een gevangenisstraf op van 365 dagen, waarvan 339 dagen voorwaardelijk, met een proeftijd van twee jaar. Daarnaast werd een taakstraf van 240 uren opgelegd. De rechtbank hield rekening met de persoonlijke omstandigheden van de verdachte, waaronder schuldenproblematiek, en de aanbevelingen van de reclassering. De uitspraak benadrukte de gevaren van het voorhanden hebben van professioneel vuurwerk en de noodzaak van strenge regels voor opslag en gebruik.