Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
1.Onderzoek ter terechtzitting
2.Tenlastelegging
bijlage Idie aan dit vonnis is gehecht en geldt als hier ingevoegd.
3.Voorvragen
4.Waardering van het bewijs
stillsin het dossier zijn van onvoldoende kwaliteit omdat niet het (gehele) gezicht van de dader is te zien. Bovendien kan het uitpeilen van de telefoon van verdachte in de omgeving waar het slachtoffer vlak voor de straatroof zijn boodschappen deed, niet dienen als steunbewijs. Ten aanzien van de poging tot een woninginbraak (feit 4) heeft de raadsvrouw naar voren gebracht dat verdachte niet als medepleger maar als medeplichtige bij de poging tot woninginbraak betrokken is geweest. Nu medeplichtigheid niet ten laste is gelegd dient vrijspraak te volgen. Ook moet verdachte worden vrijgesproken van de diefstal van het horloge van [slachtoffer 4] (feit 5) omdat verdachte geen (voorwaardelijk) opzet had op de diefstal van dit horloge. Ten slotte heeft de verdediging zich ten aanzien van het onder 1 en 2 ten laste gelegde gerefereerd aan het oordeel van de rechtbank.
Doe jullie je horloges af en jassen uit. Anders schiet ik jullie’. [slachtoffer 1] hoort de andere jongen (NN2) zeggen: ‘
Geef alles wat je hebt, want anders schiet ik je’. Ook hoort hij NN1 tegen NN2 zeggen: ‘
Pak alles wat hij heeft. Pak zijn horloge, zijn schoenen en jas’. [slachtoffer 1] ziet dat NN2 meteen het horloge van zijn pols probeert af te halen. Hierop raakt [slachtoffer 1] met NN1 in gevecht en geeft hij [slachtoffer 1] op enig moment een duw waarop laatstgenoemde op de grond valt. Ook voelt [slachtoffer 1] dat NN1 op hem inslaat en dat daarbij zijn rechteroor en voorhoofd worden geraakt. [slachtoffer 2] wordt nog door NN2 tegen zijn linkeroogkas gestompt. [slachtoffer 1] geeft op enig moment NN1 een harde klap in het gezicht waardoor bloed van NN1 op de rechterhand van [slachtoffer 1] terechtkomt. Kort hierop gaan NN1 en NN2 ervandoor met de sleutels van de scooter en stappen in een voorbijrijdende auto.
stillsen bewegende beelden hebben herkend als de man die hiervoor als NN1 is aangeduid.
stillsin het dossier beoordeeld of de beelden voldoende duidelijk en helder zijn om een herkenning op te kunnen baseren. Daarmee nauw in verband staat een tweede beoordelingselement, namelijk hoe goed de herkenner de verdachte kent. Hoe beter men de verdachte visueel kent, hoe minder visuele informatie nodig is voor betrouwbare herkenning. Ook zijn de aard, frequentie en het tijdsverloop sinds de ontmoeting(en) van belang. Een derde beoordelingselement is het aantal in aanmerking komende herkenningen, die onafhankelijk van elkaar zijn gedaan.
stillsvan de camerabeelden zijn niet van voldoende kwaliteit om als basis voor herkenning te dienen. Wel kan de rechtbank op de
stillszien dat de verdachte voldoende duidelijk in beeld komt om zijn gezicht, kleding, postuur en houding goed te kunnen zien. Ook is te zien dat er geen obstakels tussen camera en verdachte zijn en er (dus) onbelemmerd zicht is. De rechtbank heeft dan ook geen reden te twijfelen aan de opmerking van verbalisant [verbalisant 1] dat de bewegende beelden, die van een betere kwaliteit zijn, voldoende zijn om een betrouwbare herkenning op te kunnen baseren.
5.Bewezenverklaring
bijlage IIvervatte bewijsmiddelen bewezen dat verdachte
6.De strafbaarheid van de feiten
7.De strafbaarheid van verdachte
8.Motivering van de straf en maatregel
Betrokkene is vanwege zijn delictgeschiedenis uitgebreid bekend bij justitie, politie en reclassering. Tot voor kort behoorde hij tot de Top400 van Amsterdam. Uit het onderzoek blijkt dat de voornaamste risicofactoren voor delictgedrag de sociale omgeving, pro-criminele houding, impulsiviteit en gebrekkig pro-sociale oplossingsvaardigheden zijn. Hij heeft geen werk, een beperkt steunend netwerk en er zijn flinke schulden. In 2015 is een IQ van 85 bij betrokkene vastgesteld, wat op de grens zit tussen laag-gemiddeld intelligent en zwakbegaafd. Vanwege het feit dat betrokkene behoorde tot de Top400 van Amsterdam, werd er binnen een opgelegd toezicht in 2017 en 2018 op vele manieren gewerkt aan het voorkomen van recidive. Betrokkene hield zich echter niet aan de afspraken waardoor het toezicht uiteindelijk in november 2018 voortijdig werd beëindigd. De reclassering wil betrokkene nog een laatste kans geven om te werken aan gedragsverandering. De kans van slagen staat of valt met zijn inzet en motivatie. Het risico op recidive wordt ingeschat als hoog. De reclassering adviseert bij een veroordeling een zo groot mogelijk (deels) voorwaardelijk strafdeel met de volgende bijzondere voorwaarden: meldplicht bij de reclassering, ambulante behandeling, begeleid wonen of maatschappelijke opvang, locatieverbod (met EC), locatiegebod, meewerken aan schuldhulpverlening en meewerken aan middelencontrole’.
9.Toepasselijke wettelijke voorschriften
10.Beslissing
[verdachte] ,daarvoor strafbaar.
18 (achttien) maanden.
8 (acht) maanden, van deze gevangenisstraf niet zal worden ten uitvoer gelegd, tenzij later anders wordt gelast.
- zich voor het einde van de proeftijd niet schuldig maakt aan een strafbaar feit;
- ten behoeve van het vaststellen van zijn identiteit medewerking verleent aan het nemen van een of meer vingerafdrukken of een identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht ter inzage aanbiedt; en
- zich binnen drie werkdagen na vrijlating meldt bij Reclassering Nederland, op het adres Wibautstraat 12, 1091 GM Amsterdam, zolang en zo frequent als de reclassering dit noodzakelijk acht;
- zijn medewerking zal verlenen aan een behandeling door Topzorg van de Waag (of een soortgelijke zorgverlener te bepalen door de reclassering) en toestemming zal geven voor informatie uitwisseling. De behandeling duurt de gehele proeftijd of zoveel korter als de reclassering nodig vindt. Veroordeelde houdt zich aan huisregels en de aanwijzingen die de zorgverlener geeft voor de behandeling. Het innemen van medicijnen kan onderdeel zijn van de behandeling;
- zal verblijven in een forensisch begeleid wonen instelling, zoals Exodus of een andere instelling voor beschermd wonen of maatschappelijke opvang, te bepalen door de reclassering. Het verblijf duurt de gehele proeftijd of zoveel korter als de reclassering dat nodig vindt. Veroordeelde houdt zich aan de huisregels en het dagprogramma dat de instelling in overleg met de reclassering voor hem heeft opgesteld;
- zijn medewerking zal verlenen aan het aflossen van zijn schulden en het treffen van afbetalingsregelingen, ook als dit inhoudt meewerken aan schuldhulpverlening in het kader van de Wet Schuldsanering Natuurlijke Personen. Veroordeelde geeft de reclassering inzicht in zijn financiën en schulden;
- zijn medewerking zal verlenen aan controle van het gebruik van softdrugs om het middelengebruik te beheersen. De reclassering kan urineonderzoek en ademonderzoek (blaastest) gebruiken voor de controle. De reclassering bepaalt hoe vaak de veroordeelde wordt gecontroleerd; en,
- zijn medewerking zal verlenen aan elektronische controle, zolang de reclassering dit noodzakelijk vindt. Veroordeelde gaat niet naar het buitenland zonder toestemming van de reclassering, omdat het voor de elektronische controle nodig is dat de veroordeelde in Nederland blijft.