Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
1.Onderzoek ter terechtzitting
2.Tenlastelegging
- een poging tot diefstal met braak (feit 1);
- een poging tot het opzettelijk teweegbrengen van een ontploffing (feit 2);
- een poging tot vernieling van een of meer gebouwen (feit 3) en
- vernieling van de pinautomaat (feit 4).
- hij op 9 februari 2019 in Amsterdam openlijk in vereniging geweld heeft gepleegd tegen [benadeelde partij] , subsidiair ten laste gelegd als het medeplegen van mishandeling van [benadeelde partij] (feit 5) en
- hij op 26 februari 2019 in Amsterdam, samen met een ander, opzettelijk 12,2 gram cocaïne aanwezig heeft gehad (feit 6).
bijlagedie aan dit vonnis is gehecht en geldt als hier ingevoegd.
3.Waardering van het bewijs
4.Bewezenverklaring
5.Bewijs
6.Strafbaarheid van de feiten
7.Strafbaarheid van verdachte
8.Motivering van de straffen en maatregel
9.Benadeelde partij
10.Vordering tot tenuitvoerlegging na voorwaardelijke veroordeling
11.Toepasselijke wettelijke voorschriften
12.Beslissing
[verdachte], daarvoor strafbaar.
gevangenisstrafvoor de duur van
8 (acht) maanden.
taakstraf,bestaande uit het verrichten van onbetaalde arbeid, van
80 (tachtig) uren, met bevel, voor het geval dat de verdachte de taakstraf niet naar behoren heeft verricht, dat vervangende hechtenis zal worden toegepast van [vervangende hechtenis taakstraf]
niet-ontvankelijk.
1 (één) week hechtenis.