Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
vonnis van de kantonrechter
de stichting
[gedaagde] ,
VERDER VERLOOP VAN DE PROCEDURE
GRONDEN VAN DE BESLISSING
Beoordeling
[naam 2]woont sinds 23 jaar in een van Ymere gehuurde woning aan de [adres 2] . Deze woning ligt direct naast de woning van [gedaagde] . [naam 2] heeft kort gezegd, voor zover hier van belang, het volgende verklaard. Zij heeft [gedaagde] al drie jaar niet gezien. Het is verder koud in haar woning, omdat in de woning van [gedaagde] niet wordt gestookt. Verder hoort ze niet meer dat de wc wordt doorgetrokken. Ze legt dingetjes tussen de deur, die weg zouden moeten zijn omdat de deur opengaat. Dit is niet het geval. Het plastic flesje dat ze maandag heeft neergelegd, ligt er nog. Verder ziet het er heel vies uit (de ramen en de achtertuin) en zijn de gordijnen altijd dicht. Haar man heeft ook wel eens een briefje tussen de voordeur gedaan. Zo’n briefje bleef soms wel maanden zitten. Vanuit de spiegels in de keuken kan zij de voordeur van [gedaagde] zien. Zij en haar man gaan rond 11 uur naar bed en staan ongeveer om half zeven op.
[naam 3]woont sinds 1973 in de van Ymere gehuurde woning aan de [adres 3] . Deze woning ligt niet in hetzelfde complex als de woning. [naam 3] heeft kort gezegd, voor zover hier van belang, het volgende verklaard. Ze heeft [gedaagde] de laatste drie jaar niet meer gezien. In het begin kwam ze [gedaagde] vaak tegen met zijn hond. Ze heeft zelf twee honden en liet deze vaak uit in het park om de hoek, net als [gedaagde] . Zij kwam [gedaagde] toen dagelijks tegen. Ze loopt nu wel eens langs de woning van [gedaagde] . Het ziet er niet verzorgd uit. Zij en haar man hebben de afgelopen jaren nooit licht zien branden in het huis van [gedaagde] . De achtertuin ziet er altijd hetzelfde uit.
[naam 4]is stagiaire op de afdeling woonfraude en overlast van Ymere en uit dien hoofde bij dit dossier betrokken. [naam 4] heeft kort gezegd, voor zover hier van belang, het volgende verklaard. Voor de comparitie is zij met [naam 7] van Ymere naar de woning gegaan, maar heeft ze niemand aangetroffen. Op 30 oktober 2018 is zij nogmaals met [naam 7] naar de woning gegaan en heeft zij gecontroleerd of de plakkertjes nog op deur zaten. Op 21 november 2018 heeft zij met een andere stagiaire geconstateerd dat de plakkertjes nog steeds op de deur zaten. Beide keren heeft ze niemand in de woning aangetroffen. [naam 4] heeft twee foto’s laten zien van de plakkertjes op de deur.
[naam 5]woont sinds 30 jaar in de woning aan de [adres 4] . Deze woning ligt schuin tegenover die van [gedaagde] . [naam 5] heeft kort gezegd, voor zover hier van belang, het volgende verklaard. [gedaagde] kwam wel eens bij zijn vrouw in hun woning. [gedaagde] liet haar honden uit en deed boodschappen voor haar. Ongeveer twee jaar geleden bleek dat [gedaagde] voor duizenden euro’s van zijn vrouw had gepind en is [naam 5] daar boos over geworden. Daarna heeft [naam 5] [gedaagde] niet meer gezien. [naam 5] werkt als metselaar en gaat om 6.15 uur van huis en komt om 16.00 uur weer thuis. Hij heeft vanuit zijn woning zicht op de voordeur en het raam van de woning van [gedaagde] . Hij gaat tussen 22.00 en 00.00 uur ’s avonds naar bed.
[naam 6]is persoonlijk begeleider van HVO Querido en begeleidt sinds vier jaar [gedaagde] . [naam 6] heeft kort gezegd, voor zover hier van belang, het volgende verklaard. Hij heeft ongeveer één keer in maand (telefonisch) contact met [gedaagde] . Hij ziet hem één keer in de twee maanden, in zijn woning of in de buurt van zijn woning. Hij belt ook wel eens aan en dan komt hij in de woning. De woning vindt hij nu schoon, al zou [gedaagde] beter kunnen opruimen. Hij maakt nooit een afspraak met [gedaagde] . Hij heeft gehoord dat de buurtregisseur [gedaagde] had geadviseerd om uit de buurt te blijven. [gedaagde] heeft daarop aan hem verteld dat hij bij zijn moeder verbleef. [naam 6] denkt dat dit nog steeds aan de gang is. Hij is drie maanden geleden voor het laatst in de woning geweest. Een maand geleden heeft hij [gedaagde] het laatst gezien aan de achterkant van zijn woning. Als hij [gedaagde] ziet in de buurt van de woning dan is dat tussen 8.00 en 17.00 uur.
[naam moeder]is de moeder van [gedaagde] en heeft kort gezegd, voor zover hier van belang, het volgende verklaard. Haar zoon blijft niet bij haar slapen. Ze weet dat haar zoon in zijn eigen huis slaapt. Hij belt haar als hij thuis is en wanneer hij vertrekt. De laatste keer dat ze bij haar zoon thuis was is zo’n 1,5 jaar geleden. Bij hem thuis is het rommelig. Sinds bijna drie jaar komt haar zoon vaker bij haar langs. Hij smeert haar nu twee keer per dag in met crème. Vijf dagen in de week is [gedaagde] de hele dag bij haar. In het weekend komt hij ook langs, maar dan is hij er niet de hele dag. Ze heeft niet gezien dat haar zoon daadwerkelijk naar huis fietste als hij bij haar wegging. Nu ze erover nadenkt is de laatste keer dat ze bij [gedaagde] thuis is geweest ongeveer twee jaar geleden. De vrouw van [naam 5] woonde toen nog thuis. De vriendin van haar zoon woont in Oost (Amsterdam). In het weekend is [gedaagde] bij haar.