ECLI:NL:RBAMS:2019:3870
Rechtbank Amsterdam
- Eerste aanleg - meervoudig
- Rechtspraak.nl
Vrijspraak in strafzaak wegens wapenbezit zonder kennis van aanwezigheid
In de strafzaak tegen de verdachte, geboren in 1994 en zonder vaste woon- of verblijfplaats in Nederland, heeft de rechtbank Amsterdam op 29 mei 2019 uitspraak gedaan. De zaak betreft een tenlastelegging van wapenbezit, waarbij de verdachte ervan beschuldigd werd op of omstreeks 9 februari 2019 in Amsterdam een pistool van het merk Glock, model 17, kaliber 9mm, voorhanden te hebben gehad. Tijdens de terechtzitting op 16 mei 2019 heeft de officier van justitie, mr. S.A. van de Vliet, zijn vordering gepresenteerd, terwijl de raadsman van de verdachte, mr. M.G. van Wijk, zijn verweer heeft gevoerd.
De rechtbank heeft in haar overwegingen vastgesteld dat uit het dossier en het verhandelde op de terechtzitting niet is gebleken dat de verdachte op de hoogte was van de aanwezigheid van het pistool dat door een medeverdachte werd gedragen. Gezien deze bevindingen, en in overeenstemming met de standpunten van zowel de officier van justitie als de raadsman, heeft de rechtbank geoordeeld dat het ten laste gelegde niet bewezen kon worden. Dit leidde tot de beslissing om de verdachte vrij te spreken van de beschuldigingen.
Daarnaast heeft de rechtbank gelast dat de verdachte de teruggave ontvangt van een Garmin Navigator, die in beslag was genomen. Het vonnis is uitgesproken door een meervoudige kamer, onder leiding van voorzitter mr. M.E.A. Nijssen, en de rechters mrs. L. Voetelink en Y. Moussaoui, in aanwezigheid van griffier mr. E.J.M. van der Hooft.