Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
1.Het onderzoek ter terechtzitting
2.Tenlastelegging
3.Waardering van het bewijs
- Allereerst moet worden vastgesteld of de aangedragen feiten en omstandigheden van zodanige aard zijn dat sprake is van een vermoeden van witwassen. Dit vermoeden kan voortvloeien uit een zogeheten witwastypologie.
- Als dit het geval is, dan mag van de verdachte worden verlangd dat hij een verklaring geeft voor de herkomst van het geldbedrag. Zijn verklaring moet concreet, in enige mate verifieerbaar en niet op voorhand hoogst onwaarschijnlijk zijn.
- Zodra de verklaring van verdachte daartoe aanleiding geeft, is het (eventueel) aan het Openbaar Ministerie om nader onderzoek te doen naar de door verdachte gestelde alternatieve herkomst van het geld.
4.Bewezenverklaring
5.De strafbaarheid van het feit
6.De strafbaarheid van verdachte
7.Motivering van de straf
8.Beslag
9.Toepasselijke wettelijke voorschriften
10.Beslissing
[verdachte], daarvoor strafbaar.
geldboetevan
€ 1.500,00 (vijftienhonderd euro), bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door hechtenis van 25 (vijfentwintig) dagen.
- Voorwerp 1, zijnde een geldbedrag van € 1.815,00, vallende onder goednummer 5383903;
- Voorwerp 2, zijnde een geldbedrag van € 8.500,00, vallende onder goednummer 5383867.
- Voorwerp 3, zijnde een zwarte BlackBerry telefoon, vallende onder goednummer 5383872;
- Voorwerp 4, zijnde een zwarte BlackBerry telefoon, vallende onder goednummer 5383878;
- Voorwerp 5, zijnde een zwarte BlackBerry telefoon, vallende onder goednummer 5383883;
- Voorwerp 6, zijnde een witte BlackBerry telefoon, vallende onder goednummer 5383888;
- Voorwerp 7, zijnde een witte BlackBerry telefoon, vallende onder goednummer 5383890;
- Voorwerp 8, zijnde een zwarte BlackBerry telefoon, vallende onder goednummer 5383905;
- Voorwerp 9, zijnde een huurcontract, vallende onder goednummer 5383870;
- Voorwerp 10, zijnde een notitieboek, vallende onder goednummer 5383885.
- [...]
- [...]