2.2.Tussen partijen hebben onderhandelingen plaatsgevonden over de afwikkeling van de schade. Dit heeft er onder meer toe geleid dat op gezamenlijk verzoek van partijen een psychiatrisch onderzoek is uitgevoerd door [naam psychiater] (hierna: de psychiater). In het deskundigenbericht van de psychiater van 20 september 2016 staat onder meer:
“(…)
SAMENVATTING EN BESCHOUWING
(…)
In termen van DSM-IV-TR is sprake van een ongedifferentieerde somatoforme stoornis. (…)
BEANTWOORDING VAN DE VRAGEN
1.
DE SITUATIE MET ONGEVAL
(…)
Consistentie
D. Is naar uw oordeel sprake van een onderlinge samenhang als het gaat om de informatie die is verkregen van de onderzochte zelf, de feiten zoals die uit het medisch dossier naar voren komen en uw bevindingen bij onderzoek en eventueel hulponderzoek?
Antwoord d:Naar mijn mening is er voldoende samenhang tussen het verhaal van betrokkene en de meegezonden informatie. Het verhaal is met andere woorden consistent en congruent met de meegezonden informatie en komt plausibel over.
(…)
Functionele invaliditeit
g. Welke huidige mate van functieverlies (impairment) kunt u vaststellen op uw vakgebied? (…)
Antwoord g:Dit komt overeen met een 5% PIRS impairment score. De AMA 6 score is de mediane score van BPRS, GAF en PIRS, te weten 5% functionele invaliditeit.
h. Welke beperkingen op uw vakgebied bestaan naar uw oordeel bij de onderzochte in zijn huidige toestand, ongeacht of de beperkingen voortvloeien uit het ongeval? (…)
Antwoord h:In het hierna volgende is de definitie van het begrip beperking gebaseerd op de rubrieken persoonlijk functioneren en sociaal functioneren in termen van de FML. Aanwijzingen voor beperkingen binnen dezer rubrieken worden niet gevonden. In het onderzoek worden met name geen aanwijzingen gevonden voor beperkingen binnen de items vasthouden van de aandacht, verdelen van de aandacht, herinneren, inzicht in eigen kunnen, doelmatig handelen, zelfstandig handelen, handelingstempo, emotionele problemen van anderen hanteren, eigen gevoelens uiten, omgaan met conflicten, samenwerken, vervoer en overige.
De door betrokkene geclaimde beperkingen zijn daarmee onvoldoende objectiveerbaar. Ik baseer dit onder meer op de algehele presentatie en de activiteiten die betrokkene desondanks aangeeft. Zo is hij ondanks de geclaimde beperkingen toch in staat fysiek zware arbeid gedurende twee maanden vol te houden (…). De geclaimde beperkingen met concentratie is ook niet te objectiveren in het huidige onderzoek. Zo is betrokkene goed in staat gedurende een uur de aandacht bij het gesprek te houden, na in de verkeersdrukte van [plaats 1] naar [plaats 2] gereden te hebben. Van belang is daarbij dat de aanwezigheid van subjectieve klachten niet automatisch leidt tot de aanwezigheid van geobjectiveerde beperkingen. Evenmin hoeft de aanwezigheid van de geconstateerde ongedifferentieerde somatoforme stoornis te leiden tot beperkingen in het functioneren. Het feit dat betrokkene niettemin subjectieve beperkingen eervaart in het verrichten van arbeid is eerder op te vatten als een uiting van ziektegedrag dan als een uiting van een psychiatrisch ziektebeeld. (…)