ECLI:NL:RBAMS:2019:3204
Rechtbank Amsterdam
- Wraking
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek tot wraking van de rechter in een echtscheidingsprocedure
In deze zaak heeft de rechtbank Amsterdam op 27 maart 2019 uitspraak gedaan over een verzoek tot wraking van mr. F.B. Bakels, voorzieningenrechter, door verzoekster, bijgestaan door haar advocaat mr. M. Jansen. Het verzoek tot wraking werd ingediend tijdens een zitting op 28 januari 2019, waarin verzoekster een kort geding had aangespannen tegen haar ex-partner in het kader van een echtscheiding. Verzoekster stelde dat de rechter tijdens de zitting opmerkingen had gemaakt die haar de indruk gaven dat de rechter niet onpartijdig was en haar zaak niet serieus nam. De rechtbank oordeelde dat de aangevoerde gronden voor de wraking niet voldoende waren om te concluderen dat er sprake was van partijdigheid of vooringenomenheid van de rechter. De rechtbank benadrukte dat een proces-verbaal een verkorte en zakelijke weergave dient te zijn van hetgeen ter zitting is voorgevallen en dat de rechter de vrijheid heeft om de zitting te leiden en schikkingspogingen te doen. De rechtbank wees het verzoek tot wraking af en bepaalde dat de hoofdzaak voortgezet zou worden op een nader te bepalen datum.