Op 9 april 2019 heeft de Rechtbank Amsterdam een tussentijdse toetsing uitgevoerd met betrekking tot de ISD-maatregel die aan de veroordeelde was opgelegd. De rechtbank heeft kennisgenomen van de relevante stukken, waaronder rapportages van de kliniek en het verzoekschrift van de raadsman, mr. P.J. Stronks. De veroordeelde, geboren in 1971, verblijft momenteel in een inrichting voor stelselmatige daders en heeft positief deelgenomen aan de behandeling. Hij heeft goed contact met zijn familie en zijn verloven verlopen goed. De rapportages geven aan dat de veroordeelde gemotiveerd is en stappen maakt in zijn behandeling, hoewel er nog werk aan de winkel is op het gebied van emotieregulatie en zelfredzaamheid.
De raadsman heeft opgemerkt dat het verzoek tot tussentijdse beoordeling vooral gericht was op het uitbreiden van de verlofmogelijkheden. De kliniek heeft inmiddels bevestigd dat de verlofmogelijkheden zijn uitgebreid. De veroordeelde heeft ook aangegeven dat hij graag wil doorstromen naar begeleid wonen, maar dit traject is nog niet gestart. De deskundige A.E. Mosterd heeft tijdens de zitting bevestigd dat de veroordeelde bijna alle behandelmodules heeft afgerond en dat er mogelijkheden zijn om de wensen van de veroordeelde te onderzoeken.
De rechtbank heeft uiteindelijk besloten dat de tenuitvoerlegging van de ISD-maatregel wordt voortgezet, waarbij de rechtbank de noodzaak van verdere behandeling en resocialisatie benadrukt. De beschikking is gegeven in openbare raadkamer op 9 april 2019.