ECLI:NL:RBAMS:2019:2605

Rechtbank Amsterdam

Datum uitspraak
5 maart 2019
Publicatiedatum
11 april 2019
Zaaknummer
C/13/660160 / KG ZA 19-28
Instantie
Rechtbank Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vordering tot opheffing van gelegde beslagen en toepasselijkheid van Turks recht in kort geding

In deze zaak vorderden de eiseressen in conventie, bestaande uit meerdere vennootschappen, de opheffing van conservatoire beslagen die door de gedaagde in conventie, een investeringsvehikel, waren gelegd. De voorzieningenrechter van de Rechtbank Amsterdam oordeelde dat het Turks recht van toepassing was op de vorderingen van de gedaagde, die primair stelde dat de eiseressen onrechtmatig hadden gehandeld door hun vermogensbestanddelen te verschuiven en zo hun verhaalsmogelijkheden te ondermijnen. De voorzieningenrechter concludeerde dat de gestelde groepsaansprakelijkheid naar Turks recht niet bestond, waardoor de beslagen ten laste van de eiseressen in conventie sub 2, 3, 4 en 5 moesten worden opgeheven. Echter, de beslagen ten laste van eiseres in conventie sub 1 werden gehandhaafd, omdat de gedaagde aannemelijk had gemaakt dat er een vordering bestond op basis van wanprestatie. De voorzieningenrechter oordeelde dat de belangen van de eiseressen in conventie bij opheffing van de beslagen niet opwogen tegen het belang van de gedaagde bij handhaving daarvan. De vordering tot het stellen van zekerheid door de gedaagde werd afgewezen, evenals de vordering tot inzage in documenten. De proceskosten werden gecompenseerd, waarbij iedere partij de eigen kosten droeg.

Uitspraak

vonnis

RECHTBANK AMSTERDAM

Afdeling privaatrecht, voorzieningenrechter civiel
zaaknummer / rolnummer: C/13/660160 / KG ZA 19-28 FB/TF
Vonnis in kort geding van 5 maart 2019
in de zaak van
1. [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1]
gevestigd te [vestigingsplaats] (Turkije),
2. [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 2]
gevestigd te [vestigingsplaats] ,
3. [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 3]
[eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 3],
gevestigd te [vestigingsplaats] ,
4. [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 4]
[eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 4],
gevestigd te [vestigingsplaats] ,
5. [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 5]
[eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 5],
gevestigd te [vestigingsplaats] (Verenigd Koninkrijk),
eiseressen in conventie bij dagvaarding van 1 februari 2019,
verweersters in reconventie,
advocaat mr. J.K. van Hezewijk te Amsterdam,
tegen
[gedaagde in conventie, eiseres in reconventie]
,
gevestigd te [vestigingsplaats] ,
gedaagde in conventie,
eiseres in reconventie,
advocaat mr. U. Aloni te Amsterdam.
Eiseressen in conventie zullen hierna gezamenlijk [eiseressen in conventie, verweersters in reconventie] worden genoemd en afzonderlijk [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] , [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 2] , [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 3] , [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 4] en [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 5] . Gedaagde in conventie zal hierna [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] worden genoemd.

1.De procedure

Ter zitting van 12 februari 2019 heeft [eiseressen in conventie, verweersters in reconventie] gesteld en gevorderd overeenkomstig de in kopie aan dit vonnis gehechte dagvaarding. [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] heeft verweer gevoerd met conclusie tot weigering van de gevraagde voorziening, en heeft in reconventie gevorderd overeenkomstig de in kopie aan dit vonnis gehechte akte, met dien verstande dat zij, nadat de voorzieningenrechter de bezwaren daartegen van [eiseressen in conventie, verweersters in reconventie] had verworpen, deze eis heeft gewijzigd als na te melden. [eiseressen in conventie, verweersters in reconventie] heeft de vordering in reconventie bestreden. Beide partijen hebben producties (inclusief een conclusie van antwoord aan de zijde van [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] en conclusie van antwoord houdende exceptie van onbevoegdheid aan de zijde van [eiseressen in conventie, verweersters in reconventie] ) en een pleitnota in het geding gebracht. Na verder debat hebben partijen verzocht vonnis te wijzen.
Ter zitting waren, voor zover van belang, aanwezig:
aan de zijde van [eiseressen in conventie, verweersters in reconventie] : [naam 1] (President Global Legal Affairs bij [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] ), [naam 2] (Chief Legal Counsel bij [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 5] ) en [naam 3] (Legal Counsel bij [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] ) met mr. Van Hezewijk en mr. U.B. Verboom,
aan de zijde van [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] : [naam 4] (Legal Officer) en [naam 5] met mr. Aloni.
Voor partijen waren drie tolken in Turkse taal aanwezig.

2.2. De feiten

2.1.
[eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] is een onderneming van de [Naam] familie. Zij is de moeder van een groep ondernemingen actief in met name de voedingsmiddelenindustrie in Turkije en daarbuiten. Sinds 2008 zet de [bedrijf 1] zich in op uitbreiding op de Europese en Amerikaanse markt. Tot de [bedrijf 1] behoort het Turkse [Naam] , het Belgische [bedrijf 2] en het Nederlandse [bedrijf 3] .
2.2.
[eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 2] is de topholding binnen de [bedrijf 1] in Europa. Zij is 100% aandeelhouder van [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 3] , die 100% aandeelhouder is van een vennootschap naar het recht van het eiland Jersey (UK), die op haar beurt alle aandelen in [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 5] houdt.
[eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 4] is een 100% dochter van [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 2] en bestuurder van de meeste dochtervennootschappen van [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 2] in Nederland. [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 5] is een entiteit naar het recht van het Verenigd Koninkrijk, opgericht ten behoeve van de mogelijke beursgang in London, waaronder de belangrijkste en winstgevende werkmaatschappijen van de [bedrijf 1] hangen. Dit zijn onder andere de onder 2.1 vermelde ondernemingen.
2.3.
[gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] is een investeringsvehikel van institutionele beleggers (Turkven en Standard Unlu Private Equity). Zij is opgericht met het doel om te investeren in de Turkse onderneming [bedrijf 4] ( [bedrijf 4] ), aandeelhouder van een bedrijf dat ijs voor consumptie produceert en verkoopt. [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] is aandeelhouder van [bedrijf 4] .
Op 11 april 2011 heeft [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] voor een bedrag van TRY 78.100.000 (toen circa USD 52 miljoen) 25% van het totale aandelenkapitaal van [bedrijf 4] verkregen. [naam 6] is een andere grote aandeelhouder in [bedrijf 4] met 30% van de aandelen. Hij is een zwager van [naam 7] , de voorzitter van de raad van bestuur van [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] .
2.4.
[eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] en [naam 7] hebben [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] verzocht alle aandelen in [bedrijf 4] van [naam 6] over te nemen. In ruil heeft [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] aan [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] een recht toegekend om haar aandelen in [bedrijf 4] aan [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] te verkopen (een putoptie).
2.5.
Op 28 november 2014 zijn [naam 6] , [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] en [bedrijf 4] een Share Purchase Agreement (SPA) overeengekomen inzake de overdracht van de aandelen van [naam 6] aan [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] . Op deze overeenkomst is Turks recht van toepassing. In de overeenkomst is een forumkeuze voor de rechtbank te Istanbul gemaakt.
2.6.
Op 19 maart 2015 hebben [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] , [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] en [bedrijf 4] een putoptie-overeenkomst gesloten. De overeenkomst houdt in dat als [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] niet alle “option shares” voor een minimumprijs van USD 115.000.000,- via een beursgang en/of gezamenlijke verkoop kan financieren, zij het recht heeft de aandelen te verkopen aan [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] voor die minimumprijs door een uiterlijk op 31 december 2018 uit te brengen eenzijdige verklaring,
In artikel 11 van deze overeenkomst staat dat Turks recht op de overeenkomst van toepassing is en dat een forumkeuze voor de rechtbank te Istanbul is gemaakt.
2.7.
Op dezelfde dag heeft [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] van [naam 6] ongeveer 30% van de aandelen [bedrijf 4] overgedragen gekregen. Als zekerheid voor de verplichting tot betaling van de koopprijs voor de aandelen zijn deze aandelen gedeeltelijk verpand aan [naam 6] . Overeengekomen is dat [naam 6] per 31 december 2018 de betaling van de koopprijs kan opeisen.
De aandeelhouders van [bedrijf 4] hebben op 19 maart 2015 een gewijzigde aandeelhoudersovereenkomst gesloten.
2.8.
Op 30 juli 2015 heeft [naam 6] aan [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] meegedeeld dat hij een gedeelte van zijn vordering uit de SPA heeft gecedeerd aan [bedrijf 5] ( [bedrijf 5] ), een vennootschap gecontroleerd door de [Naam] familie en een van de aandeelhouders van [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] .
2.9.
Op 11 september 2018 heeft [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] , nadat conform de putoptie-overeenkomst is geprobeerd de aandelen via een beursgang of aan derden te verkopen en na onderhandelingen met [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] over uitoefening van de putoptie, een formele aankondiging van de uitoefening van haar “Put Option Right” aan [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] gezonden met een uitnodiging voor de aandelenoverdracht op 4 oktober 2018. [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] is op die datum niet verschenen.
2.10.
Op 5 oktober 2018 heeft de Turkse advocaat van [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] aan [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] een laatste termijn voor betaling gegund tot 12 oktober 2018. [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] heeft hierop niet gereageerd.
2.11.
Vanaf 2016 tot 2018 hebben zich wijzigingen voorgedaan binnen [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] door een verschuiving van haar vermogensbestanddelen en door veranderingen in haar vennootschappenstructuur. [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] heeft een groot deel van haar ondernemingen in [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 5] ondergebracht. Het Nederlandse [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 2] is het moederbedrijf van [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 5] en binnen Europa de onderneming onder wie de meeste [entiteit] entiteiten buiten Turkije hangen. [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] heeft daarnaast 51% van haar aandelen in haar kroonjuweel [bedrijf 6] ondergebracht in [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 5] . Begin 2018 heeft [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] een financieringsovereenkomst gesloten met een Turks bankenconsortium en een groot deel van haar vermogensbestanddelen verpand, waaronder haar aandelen in [bedrijf 4] .
2.12.
Op 30 november 2018 heeft de voorzieningenrechter van deze rechtbank op verzoek van [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] verlof verleend tot het leggen van conservatoir (derden)beslag primair ten laste van [eiseressen in conventie, verweersters in reconventie] voor een vordering uit onrechtmatige daad in groepsverband op de voet van artikel 6:166 BW en subsidiair ten laste van [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] voor een vordering uit onrechtmatige daad op de voet van 6:162 BW. [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] stelt kort gezegd primair dat [eiseressen in conventie, verweersters in reconventie] onrechtmatig jegens haar heeft gehandeld door een herstructurering binnen de [bedrijf 1] door te voeren en vermogensbestanddelen te verschuiven vanuit Turkije naar Nederland en andere EU landen, alsmede door aandelen en andere vermogensbestanddelen in het kader van een herfinanciering aan de bank te verpanden waardoor [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] geen verhaal meer biedt in Turkije. [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] stelt subsidiair dat [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] actief haar verhaalsmogelijkheden heeft weggemaakt en geen geld heeft vrijgemaakt voor de nakoming van haar betalingsverplichting onder de putoptie, alsmede dat [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] haar onder druk zet door de zaak op zijn beloop te laten, terwijl tegelijkertijd [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] haar verplichtingen onder de SPA moet voldoen. [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] stelt meer subsidiair dat sprake is van verzuim en wanprestatie aan de zijde van [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] door het niet nakomen van de putoptie.
De vordering is door de voorzieningenrechter voorlopig begroot op USD 126.830.000,-
2.13.
Op 3 december 2018 heeft [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] op grond van voormeld verlof ten laste van [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] derdenbeslag gelegd onder [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 2] .
2.14.
Op 28 december 2018 heeft [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] [eiseressen in conventie, verweersters in reconventie] gedagvaard om op 3 april 2019 te verschijnen voor de rechtbank Noord-Holland, locatie Haarlem. [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] heeft in die procedure gevorderd om te verklaren voor recht primair dat [eiseressen in conventie, verweersters in reconventie] in groepsverband en subsidiair dat [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] alleen onrechtmatig jegens [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] heeft gehandeld. Zowel primair als subsidiair heeft [eiseressen in conventie, verweersters in reconventie] een geldbedrag gevorderd.
2.15.
In een brief van 7 januari 2019 heeft de advocaat van [naam 6] [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] uit hoofde van de SPA om betaling van de aandelen verzocht.
2.16.
[eiseressen in conventie, verweersters in reconventie] heeft als productie 17 een opinie van asst. prof. [naam 8] over Turks recht in het geding gebracht en [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] als productie 38 een opinie van prof. [naam 9] .

3.Het geschil in conventie

3.1.
[eiseressen in conventie, verweersters in reconventie] vordert – samengevat –:
primair
opheffing van de door [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] ten laste van haar gelegde beslagen,
subsidiair
opheffing van de door [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] ten laste van [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 2] , [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 3] , [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 4] en [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 5] gelegde beslagen, en/of voor zover nodig,
opheffing van de door [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] gelegde derdenbeslagen op de vorderingen van [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] en [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 5] op [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 2] en [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 3] ,
meer subsidiair
opheffing van de door [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] ten laste van [eiseressen in conventie, verweersters in reconventie] gelegde beslagen als [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] niet binnen 14 dagen na dit vonnis zekerheid heeft gesteld voor een bedrag ter hoogte van € 12,5 miljoen, althans een door de voorzieningenrechter te bepalen bedrag,
en daarnaast,
[gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] op straffe van een dwangsom te verbieden om in de toekomst conservatoir beslag ten laste van haar te leggen.
[eiseressen in conventie, verweersters in reconventie] vordert tot slot [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] te veroordelen in de kosten van dit geding.
3.2.
[eiseressen in conventie, verweersters in reconventie] stelt hiertoe dat [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] en [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] in Turkije een zakelijk geschil over de putoptie-overeenkomst hebben, die ziet op aandelen in de Turkse vennootschap [bedrijf 4] . [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] pretendeert een vordering op [eiseressen in conventie, verweersters in reconventie] te hebben op grond van wanprestatie omdat zij het 55% (inmiddels 18,8 %) belang van [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] in [bedrijf 4] niet overneemt. Dit geschil moet naar Turks recht bij de rechtbank in Istanbul worden beslecht.
In plaats van dat [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] langs deze weg de juridische strijd met [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] aangaat, kiest zij ervoor tegen vier andere niet-Turkse vennootschappen uit de [bedrijf 1] die geen partij zijn bij de overeenkomst hier in Nederland, te procederen en ten laste van hen conservatoir beslag te leggen. Het gaat om beslag op de bankrekeningen die [eiseressen in conventie, verweersters in reconventie] aanhoudt in Nederland, de aandelen die [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 2] houdt in [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 3] en aandelen die [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] houdt in [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 2] . De vorderingen op grond van primair artikel 6:166 BW jegens [eiseressen in conventie, verweersters in reconventie] en subsidiair artikel 6:162 BW jegens [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] , zijn summierlijk ondeugdelijk. Op de vorderingen is Turks recht van toepassing en de vorderingen kunnen niet hier in Nederland worden ingesteld. Het heeft er alle schijn van dat [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] op oneigenlijk wijze een procedure in Turkije tracht te omzeilen. Bovendien is zowel naar Turks recht als naar Nederlands recht geen sprake van onrechtmatig handelen. [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] heeft in Turkije nog steeds (ook na herstructurering) substantiële activa (zie de onder 18 van de dagvaarding genoemde vermogensbestanddelen) en de schuldpositie van de [bedrijf 1] is niet verhoogd door de lening van een Turks bankenconsortium. Verder geeft [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] een eenzijdig beeld over de samenwerking tussen partijen en haar eigen rol in het geheel. Zij verzwijgt bijvoorbeeld de slechte financiële situatie van [bedrijf 4] die onder haar management is ontstaan. Voor de meer subsidiaire grond van wanprestatie geldt dat deze niet meer kan worden ingeroepen, nu [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] in dit verband niet tijdig een eis in de hoofdzaak voor heeft ingesteld. Tot slot zijn de beslagen onnodig gelegd en leidt ook een belangenafweging tussen partijen tot opheffing van de beslagen.
3.3.
[gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] voert verweer. Hierop wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.

4.Het geschil in reconventie

4.1.
[gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] vordert – samengevat na eiswijziging – :
1. [eiseressen in conventie, verweersters in reconventie] hoofdelijk op straffe van een dwangsom te veroordelen aan haar een afschrift te verschaffen van de in de periode tussen 1 april 2018 en 31 augustus 2018 overeengekomen leningsovereenkomsten en aanvullende leningsdocumentatie, voor zover die documentatie de vestiging van zekerheden en/of andere beperkingen betreft overeengekomen tussen de in de akte houdende eis inreconventie onder 1 vermelde partijen,
2. [eiseressen in conventie, verweersters in reconventie] hoofdelijk te veroordelen primair een voorschot van USD 60 miljoen haar te betalen, waarbij [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] dit bedrag bij een notaris in escrow zal plaatsen totdat er jegens haar een uitvoerbaar bij voorraad verklaard vonnis is gewezen en subsidiair zekerheid te stellen voor een bedrag van USD 60 miljoen door het stellen van een bankgarantie naar het model van de Nederlandse Vereniging van Banken bij een Nederlandse bank.
[gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] vordert tot slot [eiseressen in conventie, verweersters in reconventie] hoofdelijk te veroordelen in de kosten van dit geding (inclusief nakosten).
4.2.
[gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] vordert voorts op grond van artikel 843a van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv) inzage in alle transactiedocumenten van [eiseressen in conventie, verweersters in reconventie] met het Turkse bankenconsortium. Twistpunt tussen partijen is de vraag of [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] zich kan verhalen op de vermogensbestanddelen van [eiseressen in conventie, verweersters in reconventie] Zij heeft daarom met name voor de bodemprocedure recht en belang bij inzage c.q. afschrift van de bescheiden.
[gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] vordert daarnaast een voorschotbetaling c.q. zekerheid voor het aan [naam 6] te betalen bedrag van USD 60 miljoen. De door partijen op voordracht van [entiteit] gecreëerde constructie houdt in dat [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] de aandelen van [naam 6] in [bedrijf 4] koopt met haar opbrengst uit de putoptie-overeenkomst. Op grond van deze constructie zou [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] voor het einde van 2018 de Option Shares van [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] overnemen en betalen. [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] zou op haar beurt met die opbrengst haar betalingsverplichting jegens [naam 6] nakomen. Nu [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] weigert aan haar verplichtingen te voldoen, heeft [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] moeite daaraan te voldoen.
4.3.
[eiseressen in conventie, verweersters in reconventie] voert verweer. Hierop wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.

5.De beoordeling in conventie en in reconventie

In conventie

5.1.
Bij de beoordeling van de vordering tot opheffing van de gelegde beslagen wordt vooropgesteld dat deze klaarblijkelijk is gebaseerd op de in artikel 705 lid 2 Rv vermelde grond dat summierlijk van de ondeugdelijkheid van het door de beslaglegger ingeroepen recht blijkt. Dienaangaande heeft te gelden dat het op de weg ligt van degene die de opheffing vordert, om met inachtneming van de beperkingen van de kortgedingprocedure aannemelijk te maken dat de door de beslaglegger gestelde vordering ondeugdelijk is. De voorzieningenrechter zal hebben te beslissen aan de hand van een beoordeling van wat door beide partijen naar voren is gebracht en summierlijk met bewijsmateriaal is onderbouwd. Die beoordeling kan niet geschieden zonder de in een zodanig geval vereiste afweging van de wederzijdse belangen (Vgl. HR 13 juni 2003, NJ 2005/77). Daarbij moet mede in aanmerking worden genomen dat een conservatoir beslag naar zijn aard ertoe strekt te waarborgen dat, zo een vooralsnog niet vaststaande vordering in de hoofdzaak wordt toegewezen, verhaal mogelijk zal zijn, terwijl de beslaglegger bij afwijzing van de vordering voor de door het beslag ontstane schade kan worden aangesproken (HR 17 april 2015, NJ 2017/155).
5.2.
In deze zaak dient verder tot uitgangspunt dat de beslagen, voor zover deze [eiseressen in conventie, verweersters in reconventie] betreffen, primair zijn gebaseerd op artikel 6:166 BW. Voor zover het gaat om [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] alleen, zijn de vorderingen subsidiair mede gebaseerd op artikel 6:162 BW. De in het beslagrekest daarnaast nog genoemde meer subsidiaire grond van wanprestatie speelt in dit kort geding geen directe rol meer omdat in zoverre niet binnen de daartoe gestelde termijn een bodemprocedure aanhangig is gemaakt.
5.3.
De grondslag van de vorderingen ter verzekering waarvan de beslagen zijn gelegd is in dit kort geding kernachtig vermeld in de conclusie van antwoord/eis in reconventie nummers 3-4 en is nader uitgewerkt in dezelfde conclusie nummers 95 en 112 en verder. De kern van de tot [eiseressen in conventie, verweersters in reconventie] gerichte verwijten is dat bepaalde vennootschappen van de [bedrijf 1] in het kader van een herstructurering binnen het concern zijn ‘verhangen’. Daardoor is vermogen verplaatst uit Turkije naar EU-landen, waaronder Nederland. Bovendien heeft [eiseressen in conventie, verweersters in reconventie] inmiddels een gedeelte van haar vermogen aan een bankenconsortium verpand zonder rekening te houden met de belangen van haar schuldeisers onder wie [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] , zonder overleg met hen te voeren en zonder voldoende liquide middelen aan te houden om haar opeisbare verplichtingen na te komen.
5.4.
Aan deze verwijten ligt ten grondslag dat [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] en [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] een putoptie zijn overeengekomen ingevolge welke [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] de door [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] gehouden aandelen in de Turkse vennootschap [bedrijf 4] voor een tevoren vastgestelde prijs van haar diende over te nemen, maar in deze verplichting is tekortgeschoten. Door de zojuist in 5.3 beschreven handelwijze heeft [eiseressen in conventie, verweersters in reconventie] ervoor gezorgd dat [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] in Turkije geen verhaal kan nemen voor de schade die zij heeft geleden als gevolg van de wanprestatie van [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] in de nakoming van de putoptie. Het is dan ook zinloos in Turkije een vordering in te stellen tot nakoming van de putoptie, of tot vergoeding van schade wegens een toerekenbare tekortkoming in deze verbintenis, aldus nog steeds [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] .
5.5.
Bij de beantwoording van de vraag of [eiseressen in conventie, verweersters in reconventie] aannemelijk heeft gemaakt dat de door de beslaglegger [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] ingestelde vordering ondeugdelijk is, rijst in de eerste plaats de vraag naar welk recht moet worden beoordeeld of, op de primair of subsidiair daartoe aangevoerde grond, inderdaad een vordering bestaat. Partijen zijn het – terecht – erover eens dat beantwoording van deze vraag moet plaatsvinden aan de hand van artikel 4 van de Rome II Verordening. Ingevolge het eerste lid van dit artikel is daarop het recht van toepassing van de plaats waar de schade zich voordoet, ongeacht in welk land de schadeveroorzakende gebeurtenis zich heeft voorgedaan en ongeacht in welke landen de indirecte gevolgen van de gebeurtenissen zich voordoen.
5.6.
Dit aanknopingspunt leidt voorshands naar de toepasselijkheid van Turks recht aangezien, naar de eigen stellingen van [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] , de hiervoor in 5.3 samengevat weergegeven feiten en omstandigheden erop neerkomen dat [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] het praktisch onmogelijk heeft gemaakt dat zij, [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] , in Turkije nog verhaal kan nemen voor haar vordering tot vergoeding van de schade die zij lijdt doordat [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] haar verplichtingen uit de putoptie niet nakomt. De feiten en omstandigheden die – nog steeds volgens [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] – daartoe hebben geleid zijn in de eerste plaats het ‘verhangen’ van het kroonjuweel [bedrijf 6] (zie conclusie van antwoord/eis nummer 49) welke vennootschap eerst een dochter was van [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] zelf, maar inmiddels van een Britse vennootschap. (Naar de in zoverre onbetwiste stelling van [eiseressen in conventie, verweersters in reconventie] (zie pleitnota mr. Van Hezewijk nummer 19) zijn verder geen dochtervennootschappen ‘verhangen’.) Verder wordt [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] de verpanding van (een gedeelte van) haar vermogen aan Turkse banken verweten. Deze beide gedragingen, wat daarvan verder zij, hebben in Turkije plaatsgevonden. Volgens [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] is het gevolg daarvan dat een poging om in Turkije verhaal te nemen voor haar vordering tot schadevergoeding, zinloos is geworden. Ook het verwijt dat [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] onvoldoende liquide middelen heeft aangehouden om verhaal mogelijk en zinvol te maken, betreft gedragingen of nalatigheden die in Turkije hebben plaatsgevonden. De overige verwijten die [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] tot [eiseressen in conventie, verweersters in reconventie] richt zijn in de context van het geheel van verwijten relatief van ondergeschikt belang en zijn bovendien minder duidelijk aan een specifieke plaats gebonden. Daarom kunnen zij niet afdoen aan het voorshands bereikte oordeel dat Turks recht van toepassing is op de vraag of de gestelde groepsaansprakelijk bestaat.
5.7.
Dit wordt niet anders als de leden 2 en 3 van artikel 4 van Rome II in de beoordeling worden betrokken. Op grond van het tweede lid daarvan is, indien degene wiens aansprakelijkheid in het geding is en degene die schade lijdt, beiden hun gewone verblijfplaats in hetzelfde land hebben op het tijdstip waarop de schade zich voordoet, het recht van dat land van toepassing.
5.8.
In het midden kan blijven of aan deze voorwaarde is voldaan; dat is overigens in elk geval niet zo ten aanzien van [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] (een Nederlandse vennootschap) en [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] (een Turkse vennootschap). De reden waarom dit in het midden kan blijven is dat in het derde lid van dit artikel is bepaald dat, indien uit het geheel der omstandigheden blijkt dat de onrechtmatige daad een kennelijk nauwere band heeft met een andere dan het in lid 1 en 2 bedoelde land, het recht van dat andere land van toepassing is. Een kennelijk nauwere band met een ander land zou met name kunnen berusten op een reeds eerder bestaande, nauw met de onrechtmatige daad samenhangende, betrekking tussen partijen, zoals een overeenkomst.
5.9.
Indien toepasselijkheid van het eerste of tweede lid van artikel 4 van Rome II al zou leiden tot toepasselijkheid van Nederlands recht, zou dit alsnog anders worden op grond van het zojuist geciteerde derde lid daarvan. De gestelde vorderingen hangen immers nauw samen met de door [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] gestelde wanprestatie die [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] pleegt ten aanzien van de tussen partijen overeengekomen putoptie. Tussen partijen staat vast dat in de optieovereenkomst mede is afgesproken dat eventuele geschillen (door de bevoegde rechter in Istanbul) naar Turks recht worden berecht. Dienaangaande is [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] in dit kort geding niet verder gekomen dan dat zij thans in onderzoek heeft of deze clausule exclusieve werking heeft. Zij heeft geen stellingen naar voren gebracht waarin een begin van een aanwijzing kan zijn gelegen voor een ontkennende beantwoording van deze vraag. Dit had wel van haar mogen worden verlangd, gelet op de in de dagvaarding nummer 63 vermelde reeks bijzonderheden van het geval op grond waarvan moet worden aangenomen dat de gestelde wanprestatie ten opzichte van de putoptie, het nauwst is verbonden is met Turkije.
5.10.
De slotsom van het vorenstaande is dat niet alleen artikel 4 lid 1, maar ook artikel 4 lid 3 van de Rome II Verordening voorshands meebrengt dat Turks recht van toepassing is op de vraag of de groepsaansprakelijkheid bestaat die in het beslagrekest is aangevoerd als primaire grondslag voor het verzoek tot beslaglegging. Artikel 4 lid 2 van de Verordening doet daaraan niet af.
5.11.
Volgens de door [eiseressen in conventie, verweersters in reconventie] als productie 17 in het geding gebracht opinie van asst. prof. Ҫonkar kent het Turkse recht geen met artikel 6:166 BW (aansprakelijkheid voor in groepsverband gepleegd onrechtmatige daden) vergelijkbare bepaling. Dit wordt niet tegengesproken in de door [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] als productie 38 in het geding gebrachte opinie van prof. [naam 9] .
5.12.
Op deze grond is door [eiseressen in conventie, verweersters in reconventie] , met inachtneming van de beperkingen van de kortgedingprocedure, aannemelijk gemaakt dat de door de beslaglegger [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] primair gestelde groepsaansprakelijkheid naar het toepasselijke Turkse recht niet bestaat. Daarom moet in beginsel het beslag worden opgeheven voor zover het op deze grondslag is gebaseerd, en dus in elk geval voor zover het zich mede uitstrekt tegen [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 2] , [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 3] , [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 4] en [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 5] (eiseressen in dit kort geding onder 2-5, alle indirecte dochtervennootschappen van [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] ).
5.13.
Een afweging van de wederzijdse belangen leidt niet tot een andere conclusie.
In de eerste plaats is in dit verband van belang dat vaststaat dat [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] haar gestelde – maar door [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] in dit kort geding summier betwiste – vordering tot dusver, ondanks de hiervoor in 5.9 vermelde clausules(s), niet aanhangig heeft gemaakt bij de Turkse rechter. Bovendien heeft [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] niet gesteld dat zij in Turkije een vergeefse poging heeft gedaan om conservatoire maatregelen te nemen. De feitelijke basis van de gestelde onrechtmatige onttrekking aan verhaal van het vermogen van [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] , ontbreekt daarom.
Daarnaast is aannemelijk dat [eiseressen in conventie, verweersters in reconventie] aanzienlijke hinder ondervindt van de beslagen doordat de financiering van de tot de [bedrijf 1] behorende dochtermaatschappijen in 2018 is geherstructureerd in een syndicaatlening (zie dagvaarding nummer 19). Daarvan is mede de bedoeling dat [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] de aangetrokken gelden voor zover nodig doorleende aan haar dochtermaatschappijen. Dit wordt door het beslag gefrustreerd (zie dagvaarding nummer 106).
Ten slotte heeft [eiseressen in conventie, verweersters in reconventie] gemotiveerd gesteld dat zij in Turkije nog steeds over een groot aantal onbezwaarde vermogensbestanddelen beschikt, zodat het beslag overbodig is. [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] heeft hierop slechts gereageerd door aan te voeren dat dit volgens informatie die is verkregen door haar Turkse advocaten, niet juist is. Zij heeft deze informatie echter in dit kort geding niet gespecificeerd.
5.14.
Op grond van het vorenstaande is voorshands aannemelijk dat de belangen van [eiseressen in conventie, verweersters in reconventie] bij opheffing van de beslagen die ten laste van [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 2] , [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 3] , [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 4] en [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 5] zijn gelegd, zwaarder wegen dan het belang van [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] bij handhaving daarvan.
5.15.
Vervolgens moet worden beoordeeld of ditzelfde geldt voor de beslagen, voor zover gelegd ten laste van [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] . In zoverre is immers niet alleen artikel 6:166 BW, maar (subsidiair) ook artikel 6:162 BW aan de gestelde vordering ten grondslag gelegd. Deze vordering is in het beslagrekest en in de conclusie van antwoord/eis (nummers 132 - 133) aldus toegelicht dat [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] verhaalsmogelijkheden voor [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] in Turkije actief heeft weggemaakt en geen gelden heeft vrijgemaakt om nakoming van haar verplichtingen onder de putoptie mogelijk te maken. Bovendien heeft zij aan [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] verzocht de aandelen in [bedrijf 4] van [naam 6] te kopen, en mede daarom weet zij dat [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] afhankelijk is van de uitvoering van de putoptie om aan haar eigen verplichtingen in verband met de aankoop van die aandelen te kunnen voldoen. Het is onrechtmatig onder dergelijke omstandigheden de zaken op zijn beloop te laten en haar voor het blok te zetten, aldus nog steeds [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] .
5.16.
Deze grondslag van de vordering is weinig aannemelijk. Dat is reeds het geval omdat [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] heeft aangevoerd dat geen sprake is van het ‘wegmaken’ van verhaalsmogelijkheden, maar van een herstructurering om zakelijke redenen van de financiering van haar dochtermaatschappijen. In die context zijn niet alleen bepaalde activa aan de financierende banken verpand, maar is ook de dochtervennootschap [bedrijf 6] onder een Britse dochter gehangen, opdat zo nodig de gehele koekjesdivisie van het concern in één keer zou kunnen worden verkocht. Zoals ook in 5.13 al is aangehaald, heeft [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] bovendien aangevoerd dat zij in Turkije zo nodig ruimschoots verhaal biedt voor de eventuele vordering van [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] . Indien dit alles juist is – en voorshands is het tegendeel niet aannemelijk geworden – kan bezwaarlijk staande worden gehouden dat [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] door deze gang van zaken onrechtmatig tegenover [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] heeft gehandeld.
De betrokkenheid van [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] bij de aankoop door [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] van de aandelen in [bedrijf 4] van [naam 6] , maakt dit niet anders. Die enkele betrokkenheid roept immers geen verplichtingen van [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] tegenover [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] in het leven wat betreft de eigen verplichting van [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] tegenover [naam 6] om hem tijdig de koopprijs te voldoen. En het verwijt ten slotte dat het “onrechtmatig [is] onder dergelijke omstandigheden de zaken op zijn beloop te laten en haar voor het blok te zetten”, is onaanvaardbaar vaag.
5.17.
Daartegenover staat echter dat voorshands onduidelijk is waarom [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] haar verplichtingen onder de putoptie tegenover [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] niet nakomt. In dit kort geding is weliswaar aangevoerd dat die verplichting wordt betwist, maar de grondslag van die betwisting is niet vermeld. Niet uitgesloten is dat die betwisting (mede) samenhangt met het feit dat de verplichting van [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] in Amerikaanse dollars luidt terwijl de koers van de Turkse lira tegenover de Amerikaanse dollar in 2018 is gedaald met, afgerond, 25%. Voorshands is aannemelijk dat deze omstandigheid, hoe bezwaarlijk ook, in de verhouding tussen partijen voor risico komt van [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] , die zich tegenover [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] heeft verbonden tot betaling in Amerikaanse dollars. Daarom is het verweer van [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] tegenover de zwak onderbouwde vordering van [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] , eveneens als zwak aan te merken.
5.18.
Onder deze omstandigheden heeft [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] voorshands onvoldoende aannemelijk gemaakt dat de door [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] gestelde vordering ondeugdelijk is. Ook een afweging van de wederzijdse belangen wijst in dezelfde richting. Het feit dat [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] voorshands geen serieus verweer heeft gevoerd ten aanzien van de vordering die [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] op haar stelt te hebben, brengt mee dat aan haar belang bij opheffing van het beslag weinig gewicht komt. Bovendien kan zij deze opheffing bewerkstelligen door zekerheid voor de gestelde vordering aan te bieden. Daartegenover staat dat het belang van [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] bij verkrijging van enige waarborg voor voldoening van haar vordering, groot is. Ten slotte strekt het conservatoir beslag naar zijn aard ertoe te waarborgen dat, zo een vooralsnog niet vaststaande vordering in de hoofdzaak wordt toegewezen, verhaal mogelijk zal zijn, terwijl de beslaglegger bij afwijzing van de vordering voor de door het beslag ontstane schade kan worden aangesproken (zie hiervoor in 5.1).
5.19.
Op deze gronden worden de beslagen, voor zover deze zijn gelegd ten laste van [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] , niet opgeheven.
5.20.
Al het vorenstaande betekent dat de primaire vordering toewijsbaar is in relatie tot [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 2] , [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 3] , [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 4] en [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 5] (eiseressen 2-5) maar wordt geweigerd ten aanzien van [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] (eiseres onder 1). Op de subsidiaire en meer subsidiaire vordering behoeft niet te worden beslist.
5.21.
[eiseressen in conventie, verweersters in reconventie] heeft verder gevorderd dat het [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] op straffe van een dwangsom wordt verboden om in de toekomst nog conservatoire beslagen te leggen ten aanzien van hen.
Deze vordering komt niet voor toewijzing in aanmerking omdat zij te algemeen is geformuleerd. Niet uitgesloten is immers dat, in geval van een nadere verduidelijking of wijziging van omstandigheden, beslaglegging ook ten laste van [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 2] , [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 3] , [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 4] en [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 5] gerechtvaardigd kan zijn. Wel zal worden bepaald dat [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] , indien zij in de toekomst wederom verlof tot beslaglegging zal vragen aan een Nederlandse rechter ten laste van [eiseressen in conventie, verweersters in reconventie] of één van hen, dit vonnis aan het beslagrekest dient te hechten.
5.22.
Wat betreft de proceskosten brengt de omstandigheid dat de primaire vordering toewijsbaar is in relatie tot [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 2] , [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 3] , [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 4] en [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 5] , maar wordt afgewezen in relatie tot [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] , in samenhang met het feit dat de door [eiseressen in conventie, verweersters in reconventie] gemaakte proceskosten in feite ondeelbaar zijn, mee dat de proceskosten tussen partijen worden gecompenseerd, in die zin dat iedere partij de hare draagt.
In reconventie
Afschrift bescheiden
5.23.
Deze vordering is gegrond op artikel 843a Rv en houdt in inzage in alle documenten aangaande de transactie tussen [eiseressen in conventie, verweersters in reconventie] en het bankenconsortium.
De vraag of de Nederlandse rechter bevoegd is van deze vordering kennis te nemen, wordt voorshands bevestigend beantwoord. Hoewel [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] niet in Nederland “woonachtig” is en dus niet op grond van artikel 2 Rv ten opzichte van haar rechtsmacht kan worden aangenomen, heeft de Nederlandse rechter wel rechtsmacht ten aanzien van de Nederlandse vennootschappen [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 2] , [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 3] en [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 4] . De bevoegdheid jegens [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] steunt dan ook op de bevoegdheid jegens laatstgenoemde entiteiten (artikel 7 Rv). Het standpunt van [eiseressen in conventie, verweersters in reconventie] dat de exhibitievordering tegen de Nederlandse vennootschappen iedere feitelijke onderbouwing ontbeert en deze vordering niet als ‘ankervordering’ kan dienen om bevoegdheid ten aanzien van de vordering jegens [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] aan te nemen, wordt niet gevolgd.
5.24.
Op deze exhibitievordering is Turks recht van toepassing omdat zij een hoofdvordering betreft die, op de hiervoor uiteengezette gronden, naar dat recht moet worden beoordeeld. Onvoldoende aannemelijk is dat een vordering als deze naar Turks recht toewijsbaar is. Hetzelfde geldt voor het geval [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] zich beroept op een informatieplicht uit hoofde van een bepaling naar Turks recht die soortgelijk is aan artikel 475 Rv.
De vorderingen op dit onderdeel zullen worden afgewezen.
De geldvordering
5.25.
[gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] vordert primair betaling van een voorschot en subsidiair zekerheid voor haar betalingsverplichting jegens [naam 6] . [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] stelt dat zij moeite heeft haar vordering jegens [naam 6] te voldoen, nu [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] haar verplichtingen uit de putoptie niet nakomt en [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] zich in Turkije nauwelijks op haar daarop gegronde vorderingen kan verhalen. Primair hebben [eiseressen in conventie, verweersters in reconventie] ieder voor zich en gezamenlijk deze situatie gecreëerd en subsidiair geldt dat alleen voor [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] . Primair richt de vordering zich dan ook op [eiseressen in conventie, verweersters in reconventie] en subsidiair op alleen [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] , aldus steeds [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] .
5.26.
De primaire geldvordering voldoet niet aan de eisen die voor toewijzing daarvan in kort geding worden gesteld. Gelet op al het in conventie overwogene, is het bestaan en de omvang van de geldvordering immers onvoldoende aannemelijk.
Voor zover de grondslag van de geldvordering het nakomen van de putoptie door [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] betreft, geldt daarvoor hetzelfde. De vordering wordt immers door [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] betwist en de omstandigheid dat [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] op dit onderdeel in dit kort geding een zwak verweer voert (zie onder 5.17), maakt niet dat de vordering aan het criterium van de geldvordering voldoet.
5.27.
Voor de subsidiaire vordering tot het stellen van zekerheid in de vorm van een bankgarantie geldt dat een dergelijke zekerheidstelling een feitelijke preferentie boven andere schuldeisers zou geven waarvoor in dit geval naar Nederlands recht geen ruimte is. Afgezien van een wettelijke of contractuele verplichting tot zekerheidsstelling, kan een partij immers niet veroordeeld worden tot het stellen van zekerheid door middel van een bankgarantie, bijvoorbeeld op grond van de redelijkheid en billijkheid (HR 28 januari 2011; NJ 2011/57). De gelijkheid van schuldeisers, de zogenoemde “paritas creditorum” mag immers niet worden doorbroken. De vorderingen op dit onderdeel zullen daarom eveneens worden afgewezen.
5.28.
[gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] zal in reconventie als de in het ongelijk gestelde partij in de proceskosten worden veroordeeld. De kosten aan de zijde van [eiseressen in conventie, verweersters in reconventie] worden wegens samenhang met de vordering in conventie begroot op nihil.

6.De beslissing

De voorzieningenrechter
in conventie
6.1.
heft op het door [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] ten laste van [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 2] , [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 3] , [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 4] en [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 5] gelegde beslag,
6.2.
bepaalt dat als [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] opnieuw verlof vraagt voor dezelfde vordering als waarvoor onder 6.1 het beslag is opgeheven zij dit vonnis in kopie aan haar beslagrekest dient te hechten,
6.3.
verklaart dit vonnis in conventie tot zover uitvoerbaar bij voorraad,
6.4.
compenseert de kosten aldus, dat iedere partij de eigen kosten draagt,
6.5.
wijst het meer of anders gevorderde af,
in reconventie
6.6.
weigert de gevraagde voorzieningen,
6.7.
veroordeelt [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] in de proceskosten, aan de zijde van [eiseressen in conventie, verweersters in reconventie] tot op heden begroot op nihil.
Dit vonnis is gewezen door mr. F.B. Bakels, voorzieningenrechter, bijgestaan door mr. G.H. Felix, griffier, en in het openbaar uitgesproken op 5 maart 2019. [1]

Voetnoten

1.type: GHF