ECLI:NL:RBAMS:2019:2196
Rechtbank Amsterdam
- Eerste aanleg - meervoudig
- Rechtspraak.nl
Weigering van uitbreiding terrasvergunning door de burgemeester van Amsterdam wegens onvoldoende doorloopruimte en negatieve invloed op het woon- en leefklimaat
In deze zaak heeft de Rechtbank Amsterdam op 14 maart 2019 uitspraak gedaan in een geschil tussen eiser, h.o.d.n. '[bedrijf 1]', en de burgemeester van Amsterdam. Eiser had een aanvraag ingediend voor de uitbreiding van zijn terrasvergunning, die eerder was geweigerd. De burgemeester had in het primaire besluit van 5 oktober 2017 de aanvraag afgewezen, onder verwijzing naar klachten over de bedrijfsvoering van eiser en de negatieve impact op de doorloopruimte in de straat. Eiser maakte bezwaar tegen dit besluit, maar het bestreden besluit van 20 maart 2018 handhaafde de weigering, zij het met een verbeterde motivering.
De rechtbank heeft de zaak op 31 januari 2019 behandeld. Eiser betoogde dat zijn aanvraag voldeed aan de voorwaarden en dat de weigering onvoldoende gemotiveerd was. De rechtbank oordeelde echter dat de burgemeester in redelijkheid had kunnen besluiten dat de uitbreiding van het terras het woon- en leefklimaat negatief zou beïnvloeden. De rechtbank wees op de smalle straat en de eerdere klachten over de bedrijfsvoering van eiser, die de burgemeester deden twijfelen aan de naleving van de vergunningseisen. De rechtbank concludeerde dat de burgemeester voldoende beoordelingsruimte had en dat de weigering van de vergunning terecht was.
De rechtbank verklaarde het beroep van eiser ongegrond en wees het verzoek om proceskostenvergoeding af, omdat eiser dit niet tijdig had aangevraagd. De uitspraak benadrukt het belang van een veilige doorloopruimte in de openbare ruimte en de rol van de burgemeester bij het waarborgen van het woon- en leefklimaat.