ECLI:NL:RBAMS:2019:1609

Rechtbank Amsterdam

Datum uitspraak
1 maart 2019
Publicatiedatum
7 maart 2019
Zaaknummer
7220332 / CV EXPL 18-20607
Instantie
Rechtbank Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Mondelinge uitspraak
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Terugbetaling koopsom bij non-conformiteit van tweedehands auto

In deze zaak heeft de Rechtbank Amsterdam op 1 maart 2019 een mondelinge uitspraak gedaan in een geschil tussen een eiser en een gedaagde over de koop van een tweedehands Volkswagen Polo. De eiser, vertegenwoordigd door mr. Y.R. Hoogvliets, vorderde terugbetaling van de koopsom van € 7.100,00, omdat de auto niet voldeed aan de overeenkomst. De gedaagde, vertegenwoordigd door mr. W.M. Chung, had de auto verkocht met een kilometerstand van circa 83.000 kilometer, maar uit de wagenhistorie bleek dat de kilometerstand op 1 februari 2017 142.500 kilometer was. Dit leidde de kantonrechter tot de conclusie dat de auto niet voldeed aan de verwachtingen die de koper op basis van de overeenkomst mocht hebben, wat resulteerde in non-conformiteit.

De kantonrechter oordeelde dat de gedaagde de koopsom moest terugbetalen, vermeerderd met rente vanaf 20 juni 2018. Daarnaast werd de gedaagde veroordeeld tot betaling van de proceskosten, die tot dat moment waren begroot op € 929,10. De rechter wees ook de vordering tot betaling van buitengerechtelijke incassokosten af, omdat er geen sprake was van schadevergoeding. De beslissing werd uitvoerbaar bij voorraad verklaard, wat betekent dat de gedaagde direct moest voldoen aan de veroordelingen, ongeacht een eventueel hoger beroep.

De partijen bereikten geen schikking tijdens de comparitie, waarna de kantonrechter de zitting sloot. De uitspraak benadrukt het belang van de onderzoeksplicht van de koper en de gevolgen van non-conformiteit bij de verkoop van tweedehands goederen.

Uitspraak

proces-verbaal

RECHTBANK AMSTERDAM

afdeling privaatrecht
zaaknummer / rolnummer: 7220332 / CV EXPL 18-20607
Proces-verbaal van comparitie en mondelinge uitspraak, gedaan op 1 maart 2019.
in de zaak van

[eiser] ,

wonende te [woonplaats] ,
eiser,
gemachtigde mr. Y.R. Hoogvliets,
tegen

[gedaagde] ,

wonende te [woonplaats] ,
gedaagde,
gemachtigde mr. W.M. Chung.
Partijen zullen hierna [eiser] en [gedaagde] worden genoemd.
De zitting wordt gehouden in het gebouw van deze rechtbank ingevolge het vonnis van de kantonrechter van 5 november 2018.
Aanwezig zijn mr. N.C.H. Blankevoort, kantonrechter, en mr. P.J. van Vliet, griffier.
Na uitroeping van de zaak verschijnen:
- namens eiseres: [eiser] , voornoemd, met mr. Hoogvliets, voornoemd, als gemachtigde,
- namens gedaagde: [gedaagde] , voornoemd, met mr. Chung, voornoemd, als gemachtigde
De kantonrechter gaat over tot de comparitie. Daarna wordt samengevat en zakelijk weergegeven het volgende verklaard.

Opmerking rechter:

De heer Hoogvliets toont mij een origineel kentekenbewijs van de auto op naam van [gedaagde] , waaruit blijkt dat het chassisnummer van de auto overeenstemt met het chassisnummer dat vermeld staat op productie 2 bij dagvaarding (de wagenhistorie).
Mr. Chung en [gedaagde] bevestigen dat dit het geval is. Een kopie van het kentekenbewijs wordt in het dossier gevoegd.
Partijen bereiken geen schikking. De kantonrechter sluit de comparitie. Vervolgens doet
de kantonrechter ter zitting de volgende mondelinge uitspraak.
Gronden van de beslissing
De auto is gekocht met een kilometerstand van circa 83.000 kilometer per 25 april 2018. Uit de wagenhistorie blijkt echter dat de kilometerstand per 1 februari 2017 142.500 bedroeg, zodat aangenomen mag worden dat deze bij verkoop nog hoger lag. Daarmee staat vast dat de auto niet voldoet aan de overeenkomst en dat sprake is van non-conformiteit, die ontbinding van de overeenkomst per 20 juni 2018 rechtvaardigt. Het beroep van [gedaagde] op schending van de onderzoeksplicht wordt niet gehonoreerd. Voor [eiser] bestond er geen aanleiding om nader onderzoek te doen naar de juistheid van de kilometerstand op de teller. [gedaagde] is dan ook gehouden tot terugbetaling van de koopprijs van € 7.100,00 aan [eiser] , vermeerderd met wettelijke rente vanaf 20 juni 2018. De vordering tot betaling van buitengerechtelijke incassokosten wordt afgewezen, nu geen sprake is van schadevergoeding. [gedaagde] wordt veroordeeld tot betaling van de proceskosten aan de zijde van [eiser] , tot heden te begroten op:
dagvaarding € 103,10
griffierecht € 226,00
salaris gemachtigde €
600,00(2 punten x tarief € 300,00)
Totaal € 929,10 .
De nakosten worden toegewezen op de wijze als in de beslissing vermeld.
De beslissing
De kantonrechter:
- veroordeelt [gedaagde] om aan [eiser] te voldoen een bedrag van € 7.100,00, te vermeerderen met rente vanaf 20 juni 2018, tot de dag van volledige betaling,
- veroordeelt [gedaagde] in de proceskosten, tot op heden begroot op een bedrag van in totaal € 929,10, aan griffierecht en salaris gemachtigde,
- veroordeelt [gedaagde] in de na dit vonnis ontstane kosten, begroot op EUR 100,00 aan salaris gemachtigde, te vermeerderen met de wettelijke rente als bedoeld in artikel 6:119 BW vanaf vijftien dagen na heden, en voorts - onder de voorwaarde dat [gedaagde] niet binnen veertien dagen na aanschrijving aan het vonnis heeft voldaan en er vervolgens betekening van het vonnis heeft plaatsgevonden - met EUR 82,00 aan salaris gemachtigde en de explootkosten van betekening van het vonnis, beide bedragen te vermeerderen met de wettelijke rente als bedoeld in artikel 6:119 BW vanaf vijftien dagen na betekening van het vonnis,
- verklaart de veroordelingen uitvoerbaar bij voorraad.
Waarvan proces-verbaal.