10. Canon grondt haar verzoek tot ontbinding op artikel 7:671b lid 1 sub b BW, waarin is bepaald dat de kantonrechter op verzoek van de werkgever de arbeidsovereenkomst kan ontbinden op grond van artikel 7:669 lid 3 sub a en b BW, indien de toestemming van het UWV als bedoeld in artikel 7:671a BW is geweigerd. In het onderhavige geval was het verzoek van Canon om toestemming van het UWV gebaseerd op de zogenoemde a-grond van artikel 7:669 lid 3 BW, te weten het (onder meer) over een periode van tenminste 26 weken bezien noodzakelijkerwijs vervallen van arbeidsplaatsen als gevolg van het wegens bedrijfseconomische omstandigheden treffen van maatregelen voor een doelmatige bedrijfsvoering.
10. Op grond van artikel 7:686a lid 4 sub d BW vervalt de bevoegdheid om een verzoekschrift bij de kantonrechter in te dienen twee maanden na de dag waarop de toestemming bedoeld in artikel 7:671a BW is geweigerd, indien het een verzoek ex artikel 7:671b lid 1 sub b BW betreft. Het verzoek van Canon betreft een dergelijk verzoek en het UWV heeft de toestemming op 13 september 2018 geweigerd (zie onder 1.14). Nu het verzoekschrift in de onderhavige procedure op 3 oktober 2018 is ingediend, is dit tijdig gebeurd en kan Canon in haar verzoek worden ontvangen.
10. Partijen zijn het erover eens dat de reorganisatie nodig was, zodat daarvan zal worden uitgegaan. In geschil is echter of Canon terecht tot de conclusie is gekomen dat de vervallen functie van [verweerster] niet uitwisselbaar is met die van haar collega [naam 3] en of is voldaan aan de op Canon in het kader van artikel 7:669 lid 1 BW rustende herplaatsingsplicht.
10. De kantonrechter is van oordeel dat op grond van de thans beschikbare gegevens kan worden geconcludeerd dat de functies van [verweerster] en [naam 3] niet-uitwisselbaar zijn. Daarbij levert het verschil in functieniveau reeds een sterke aanwijzing op dat van uitwisselbare functies geen sprake is. Niet in geschil is immers dat de functie van [naam 3] is ingeschaald op niveau V, terwijl [verweerster] is ingeschaald op niveau IV. Voorts is niet in geschil dat de functie van [verweerster] en [naam 3] zoals omschreven in hun arbeidsovereenkomsten niet uitwisselbaar is. [verweerster] wijst er echter op dat [naam 3] zich met een andere functiebenaming – die lijkt op de hare – profileert. Op zichzelf is dat juist, maar het is onvoldoende voor de conclusie dat de functie die [naam 3] verricht – los van hem zelf – een zodanig andere invulling heeft gekregen dat deze uitwisselbaar is geworden met die van [verweerster] .
10. Over de herplaatsing heeft Canon naar voren gebracht dat zij tot 31 mei 2018 inspanningen heeft verricht om [verweerster] te herplaatsen, met name door middel van een aantal gesprekken met een HR-medewerkster. Bovendien zou [verweerster] volgens Canon tot op heden toegang hebben tot alle vacatures. Geoordeeld wordt dat Canon door haar opstelling in dezen tekort is geschoten. Canon heeft [verweerster] weliswaar enige begeleiding aangeboden door middel van een aantal (Skype-)gesprekken met [naam 2] , maar onvoldoende is gebleken dat zij heeft gedaan wat binnen haar mogelijkheden lag om voor [verweerster] een passende functie te zoeken binnen haar concern. Dat er wel een paar functies zijn genoemd, waarvan [verweerster] om diverse redenen heeft gezegd dat zij niet over de vereiste competenties beschikte dan wel dat deze functies niet direct aansloten bij haar belangstelling, doet daar niet aan af. Een en ander speelde zich bovendien af in zo’n kort tijdsbestek, dat niet onbegrijpelijk is dat bij [verweerster] “de knop nog niet om was”. Tenslotte is aan [verweerster] al op 25 mei 2018 een vaststellingsovereenkomst aangeboden.
10. Van Canon mochten in het geval van [verweerster] naar het oordeel van de kantonrechter meer (concrete) inspanningen worden verwacht dan zij heeft verricht. Zo nodig had zij daarbij de nodige bij- of omscholing aan moeten bieden. Niet alleen is er sprake van een vlekkeloos dienstverband van een aanzienlijke periode (ongeveer 10 jaar), maar ook heeft [verweerster] zich bijzonder loyaal getoond door zelf aandacht te vragen voor de overlap in de functies van [naam 3] en zichzelf. Bovendien heeft Canon onvoldoende onderkend, zoals zij ook zelf ter zitting heeft toegegeven, dat in dezen sprake is van een reorganisatie waarbij de OR tevoren op zijn minst diende te worden ingelicht. Door niettemin de functie van [verweerster] in “no-time” te laten vervallen ten gunste van [naam 3] , die aanzienlijk korter in dienst was, heeft Canon onvoldoende rekening gehouden met het gerechtvaardigde belang van [verweerster] bij het behoud van haar baan.
10. Voorts is niet duidelijk geworden gedurende welke termijn Canon zich daadwerkelijk heeft bezig gehouden met de herplaatsing van [verweerster] . Reeds gelet op de duur van haar dienstverband was een beperking van die periode tot de maand mei 2018 in ieder geval onvoldoende. De inspanningsverplichting is bovendien niet beperkt tot de “redelijke termijn” als bedoeld in de Ontslagregeling. Die termijn (en de aanvang daarvan) is immers slechts bedoeld om te kunnen vaststellen wanneer de herplaatsingsverplichting ophoudt. De verplichting herplaatsingsinspanningen te verrichten begint echter – in ieder geval op grond van goed werkgeverschap – op het moment dat duidelijk is dat voor een werknemer de functie komt te vervallen. Bovendien is thans onderhavige ontbindingsprocedure aanhangig, zodat de beoogde ontbindingsdatum uitgangspunt is bij het bepalen van het einde van de herplaatsingstermijn als bedoeld in de Ontslagregeling. Niet is onderbouwd dat Canon na mei 2018 veel meer heeft gedaan dan [verweerster] verwijzen naar haar vacaturesite, als dat al gebeurd is, wat [verweerster] betwist.
10. Het vorenstaande leidt tot afwijzing van het verzoek. De arbeidsovereenkomst zal derhalve niet worden ontbonden.
10. Nu het ontbindingsverzoek wordt afgewezen, komt het tegenverzoek van [verweerster] tot wedertewerkstelling in haar eigen functie aan de orde. Aangezien eerder is geoordeeld dat Canon mocht overgaan tot reorganisatie, waarbij de functie van [verweerster] daadwerkelijk is komen te vervallen, kan dat verzoek niet worden toegewezen. Aangezien de arbeidsovereenkomst niettemin voortduurt, mag van Canon worden verwacht dat zij zich overeenkomstig haar verplichting van goed werkgever inspant om [verweerster] alsnog te herplaatsen. Daarbij mag van [verweerster] op haar beurt de nodige flexibiliteit worden verwacht bij het accepteren van een redelijk voorstel. Het tegenverzoek zal dan ook worden toegewezen als volgt.
10. Canon wordt als de overwegend in het ongelijk gestelde partij veroordeeld in de kosten van de procedure.