ECLI:NL:RBAMS:2018:8328
Rechtbank Amsterdam
- Wraking
- Rechtspraak.nl
Verzoek tot wraking van een bestuursrechter na einduitspraak in de hoofdzaak
Op 26 oktober 2018 heeft de Rechtbank Amsterdam uitspraak gedaan in een wrakingsprocedure. Het verzoek tot wraking was ingediend door een verzoeker, die zich niet kon verenigen met de uitspraak van de bestuursrechter mr. B.C. Langendoen. Het wrakingsverzoek was gedaan bij fax op 19 oktober 2018, nadat de rechter al een definitieve uitspraak had gedaan in de hoofdzaak. De rechtbank heeft vastgesteld dat volgens artikel 8:16 van de Algemene Wet bestuursrecht (Awb) een wrakingsverzoek alleen kan worden ingediend zolang de rechter nog een zaak van de verzoeker in behandeling heeft. Aangezien de rechter in de hoofdzaak al had beslist, was het wrakingsverzoek niet ontvankelijk. De rechtbank heeft daarom besloten om het verzoeker niet-ontvankelijk te verklaren in zijn verzoek tot wraking. Deze beslissing werd genomen in een openbare zitting, waarbij de rechters N.C.H. Blankevoort, A.W.J. Ros en M.V. Ulrici aanwezig waren. Tegen deze beslissing staat geen rechtsmiddel open.