ECLI:NL:RBAMS:2018:7770

Rechtbank Amsterdam

Datum uitspraak
9 november 2018
Publicatiedatum
31 oktober 2018
Zaaknummer
Cv18-23328/7293626
Instantie
Rechtbank Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verstekzaak over sportschoolabonnement en betalingsachterstand

In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Amsterdam op 9 november 2018 uitspraak gedaan in een verstekzaak tussen de besloten vennootschap TrainMore Amsterdam de Pijp (eiseres) en een gedaagde die niet is verschenen. Eiseres heeft een vordering ingesteld wegens betalingsachterstand van de gedaagde op een sportschoolabonnement dat op 2 september 2017 is ingegaan. Het abonnement had een looptijd van één jaar en een maandlast van € 35,00. Eiseres stelt dat het abonnement stilzwijgend wordt verlengd na de looptijd, tenzij er wordt opgezegd.

De eiseres vordert een bedrag van € 342,00 aan lidmaatschapskosten voor de periode van 1 januari 2018 tot en met 1 oktober 2018. Eiseres heeft de gedaagde in gebreke gesteld en stelt dat zij geen gebruik heeft gemaakt van haar wettelijke bevoegdheid tot opschorting van het abonnement. De kantonrechter heeft in zijn beoordeling vastgesteld dat eiseres de gedaagde niet volledig en naar waarheid heeft ingelicht over de feiten die relevant zijn voor de beslissing, zoals vereist door artikel 21 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv).

De kantonrechter concludeert dat eiseres haar verplichtingen heeft opgeschort na een betalingsachterstand van minder dan een maand, wat niet in overeenstemming is met de waarheidsplicht. Hierdoor heeft de kantonrechter de vorderingen van eiseres afgewezen. De uitspraak benadrukt het belang van volledige en waarheidsgetrouwe informatieverstrekking door partijen in een rechtszaak.

Uitspraak

vonnis

RECHTBANK AMSTERDAM

Afdeling privaatrecht
zaaknummer: 7293626 CV EXPL 18-23328
vonnis van: 9 november 2018
fno.: 393

vonnis van de kantonrechter

I n z a k e

de besloten vennootschap TrainMore Amsterdam de Pijp

eiseres
gevestigd te Amsterdam
gemachtigde: mr. O.J. Boeder
t e g e n

[gedaagde]

wonende te [woonplaats]
gedaagde
niet verschenen

GRONDEN VAN DE BESLISSING

Beoordeling

Gedaagde heeft met eiseres een sportschoolabonnement gesloten met een looptijd van 1 jaar ingaande 2 september 2017. Het maandmaandbedrag bedraagt € 35,00 per maand. Eiseres heeft bedongen dat het abonnement na verloop van de bepaalde tijd stilzwijgend wordt voortgezet totdat er wordt opgezegd.
Gedaagde is in gebreke gebleven met betaling van de contributie. Eiseres vordert onder meer betaling van € 342,00 aan lidmaatschapskosten over de periode van 1 januari 2018 tot en met 1 oktober 2018.
Eiseres stelt dat zij geen gebruik heeft gemaakt van haar wettelijke bevoegdheid tot opschorting.
Eiseres heeft als productie een kopie van de overeenkomst en een aanmaning d.d. 19 februari 2018 voor een openstaand bedrag van € 22,00 overgelegd. In deze brief schrijft de gemachtigde van eiseres aan gedaagde onder meer:
Volgens onze algemene voorwaarden bent u uw contributie bij vooruitbetaling verschuldigd. Nu u een betalingsachterstand heeft mag u de fitnessruimte van de club niet meer betreden. Dit is pas na betaling van de achterstand weer mogelijk.(…) Na ontvangst en verwerking van uw betaling heeft u onmiddellijk weer toegang tot de club.
Art. 21 Rv verplicht partijen de voor de beslissing van belang zijnde feiten volledig en naar waarheid aan te voeren. Dit betekent niet alleen dat partijen de rechter volledig moeten inlichten over alle voor de beslissing relevant zijnde feiten (volledigheidsplicht), maar ook dat partijen de feiten naar waarheid moeten aanvoeren (waarheidsplicht).
Zonder nadere toelichting - die ontbreekt - kan uit bovengenoemde brief niet anders worden geconcludeerd dan dat eiseres reeds na een achterstand van minder dan een maandtermijn haar verplichtingen heeft opgeschort door gedaagde de toegang tot de sportschool te ontzeggen en de kantonrechter derhalve niet volledig en naar waarheid heeft voorgelicht.
Mitsdien worden de vorderingen afgewezen.

BESLISSING

De kantonrechter:
wijst de vorderingen af.
Aldus gewezen door mr. E. Pennink, kantonrechter, en in het openbaar uitgesproken op 9 november 2018 in tegenwoordigheid van de griffier.
.