Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM,
INTERNATIONALE RECHTSHULPKAMER
[BRP-adres] ,
1.Procesgang
2.Identiteit van de opgeëiste persoon
3.Grondslag en inhoud van het EAB
Ref: [referentienummer aanhoudingsbevel] .
De gesignaleerde onduidelijkheden maken dat het EAB niet genoegzaam is en de overlevering geweigerd moet worden, aldus de raadsman.
‘case 6’en voor dat feit wordt als maximumstraf 15 jaar genoemd. Dit is in strijd met andere informatie (het EAB en het Formulier A) waaruit zou blijken dat het strafmaximum 10 jaar is.
medeplegenvan de feiten.
4.Strafbaarheid, feiten vermeld op bijlage 1 bij de OLW
deelneming aan een criminele organisatieen
georganiseerde of gewapende diefstal.
5.De garantie als bedoeld in artikel 6, eerste lid, van de OLW
poging tot diefstal bij gelegenheid van ontploffing, terwijl het feit wordt gepleegd door twee of meer verenigde personen.
6.Weigeringsgrond als bedoeld in artikel 13, eerste lid, aanhef en onder a OLW
- door het plegen van plofkraken is de Duitse rechtsorde geschaad,
- de bewijsconcentratie is in Duitsland,
- de medeverdachten worden ook in Duitsland vervolgd,
- het onderzoek is reeds in Duitsland aangevangen.
7.Slotsom
8.Toepasselijke wetsartikelen
9.Beslissing
[opgeëiste persoon]aan the Public Prosecutor’s Office in Mainz, ten behoeve van het in Duitsland tegen hem gerichte strafrechtelijk onderzoek naar de feiten waarvoor zijn overlevering wordt verzocht.