Op 5 oktober 2018 heeft de Rechtbank Amsterdam uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die beschuldigd werd van het voorhanden hebben van een vuurwapen en munitie. De verdachte, geboren in 1975 en gedetineerd, werd beschuldigd van het bezit van een pistool van categorie III en munitie van kaliber 7.65 mm en 9x19 mm. Tijdens de zitting op dezelfde dag heeft de rechtbank de vordering van de officier van justitie, mr. M. Al Mansouri, en de verdediging van de raadsman, mr. F.M.M.M. Vogels, gehoord. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte op 26 juni 2018 te Amsterdam een wapen en munitie voorhanden heeft gehad, wat bewezen is verklaard op basis van de bekennende verklaring van de verdachte en andere bewijsmiddelen.
De rechtbank heeft geoordeeld dat het bewezen verklaarde feit strafbaar is en dat er geen omstandigheden zijn die de strafbaarheid van de verdachte uitsluiten. De verdachte is verminderd toerekeningsvatbaar verklaard, mede op basis van psychologische rapportages die een bipolaire stoornis en een stoornis in het gebruik van cocaïne vaststelden. De rechtbank heeft besloten om een gevangenisstraf van 180 dagen op te leggen, waarvan 70 dagen voorwaardelijk, met een proeftijd van drie jaren en bijzondere voorwaarden zoals reclasseringstoezicht en behandeling.
Daarnaast heeft de rechtbank de vordering tot tenuitvoerlegging van een eerdere voorwaardelijke veroordeling afgewezen, gezien de omstandigheden van de verdachte en de noodzaak voor behandeling. De rechtbank heeft ook bepaald dat de in beslag genomen voorwerpen onttrokken worden aan het verkeer, omdat deze in strijd zijn met de wet. Het vonnis is uitgesproken door een meervoudige kamer, waarbij de voorzitter en twee andere rechters aanwezig waren.