Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
1.Onderzoek ter terechtzitting
2.Tenlastelegging
3.Waardering van het bewijs
stillsvan de camerabeelden zijn duidelijk, verdachte draagt een opvallende jas. Gelet op de korte tijdspanne tussen de drie transacties, zijn alle drie de transacties te bewijzen, ook die in Leiderdorp. Dit kan worden bewezen, omdat in de tenlastelegging is opgenomen ‘in elk geval in Nederland’.
stillsin het dossier is slecht. Ten tweede is van belang onder welke omstandigheden en met welke frequentie verbalisanten de betreffende persoon eerder hebben gezien. Cliënt is niet vaak op de [adres 1] . Mogelijk vergissen de verbalisanten zich in de herkenning. Daar komt bij dat de opvallende jas niet bij de doorzoeking van de woning van cliënt is aangetroffen. Ten aanzien van feit 2 geldt dat het medeplegen niet kan worden bewezen.
4.Bewezenverklaring
5.Strafbaarheid van de feiten
6.Strafbaarheid van verdachte
7.Motivering van de straffen
9.Toepasselijke wettelijke voorschriften
10.Beslissing
[verdachte] ,daarvoor strafbaar.
NEGENTIG (90) DAGEN.
ZEVENTIG (70) DAGEN,van deze gevangenisstraf niet zal worden ten uitvoer gelegd, tenzij later anders wordt gelast.
HONDERD (100) UREN,met bevel, voor het geval dat de verdachte de taakstraf niet naar behoren heeft verricht, dat vervangende hechtenis zal worden toegepast van
VIJFTIG (50) DAGEN.