Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
1.De procedure
Beide partijen hebben producties en een pleitnota in het geding gebracht.
Ter zitting waren – voor zover van belang – aanwezig [de vrouw] , mr. Loonstein, [Naam Engelse advocaat] (de Engelse advocaat van [de vrouw] ), J. Barnett (tolk in de Engelse taal) en mr. Hupkes.
2.De feiten
It is known to us that your Beth Din, the European Beth Din for Agunot, has been very active and successful in helping women like Mrs [de vrouw] . Despite all our best efforts, and the pursuit of every possible strategy, our Beth Din has no further tools to succesfully liberate Mrs. [de vrouw] from her marriage. She is effectively being held hostage by Mr. [de man] .On this ground we request that your Beth Din, specialising in complex rabbinical divorces, pursue this case. Your Beth Din is an absolute ‘ultimum remedium’ and a last hope for Mrs. [de vrouw] .
Omdat het opsporen van de heer [de man] een zeer lastige zaak blijkt, heeft mevrouw [de vrouw] u verzocht juridische maatregelen te nemen. Van mevrouw [de vrouw] heb ik begrepen, dat er op 29 januari 2018 een zitting staat gepland bij de rechtbank te Amsterdam. Zowel mevrouw [de vrouw] als ik zijn u erg dankbaar, dat u uw nek wilt uitsteken om aan deze nachtmerrie een einde te maken.De diverse rabbinale gerechten in Europa hebben geprobeerd wat zij konden. Het is niet gelukt de heer [de man] te dwingen voor een Beth Din te verschijnen. Haar laatste redmiddel zou zijn, dat een civiele rechter de heer [de man] verplicht voor ons Beth Din te verschijnen. Alleen als de heer [de man] wordt verplicht te verschijnen kan er een oplossing plaats vinden.(…)
3.Het geschil
forum necessitatis(zie artikel 9 Rv). Uit niets is gebleken dat een procedure in het Verenigd Koninkrijk onmogelijk is. Ook daar kan een vordering worden ingesteld [de man] te bewegen mee te werken aan het verlenen van een Get. Ook de grond dat de voorziening in het arrondissement Amsterdam ten uitvoer moet worden gelegd schept geen bevoegdheid voor de voorzieningenrechter van deze rechtbank. Overigens blijkt uit niets dat alleen de rabbinale rechtbank te Amsterdam het verzoek van [de vrouw] in behandeling kan nemen. Of deze rechtbank een “paneuropese” status heeft is een interne kwestie van de joodse religie waar de burgerlijke rechter geen bemoeienis mee heeft. Als al sprake zou zijn van een onrechtmatige daad van [de man] , dan vindt die plaats in het Verenigd Koninkrijk.
Verder voert [de man] aan dat niet Nederlands recht, maar Engels recht van toepassing is. De grondslag van de vordering (artikel 6:162 BW) is dan ook ontoereikend.
Over de reden waarom [de man] niet wenst mee te werken voert hij aan dat dit samenhangt met de manier waarop hij zijn religie belijdt.
Lijfsdwang is in een zaak als deze bijzonder ongepast, aldus [de man] .