11.8Op grond van al het voorgaande is de rechtbank van oordeel dat zoveel vragen zijn te plaatsen bij de onderzoeksbevindingen van de StAB dat de daarop gebaseerde, onder 10.3 weergegeven eindconclusie, onvoldoende is onderbouwd. Op grond van de bevindingen van het StAB kan dus niet worden geconcludeerd dat bij realisering van de nieuwbouw binnen een acceptabele loopafstand van 250 meter tot de bouwlocatie, in de openbare ruimte in de extra parkeerbehoefte van in totaal 28 parkeerplaatsen wordt voorzien.
Wat zijn de gevolgen voor het bestreden besluit?
12. Naar aanleiding van het deskundigenverslag van de StAB zijn partijen het erover eens dat in dit geval voor het café-restaurant een loopafstand van 250 meter acceptabel is. Zoals hiervoor al is overwogen en door de StAB terecht is opgemerkt, ontbreken ook in het rapport van Goudappel Coffeng gegevens over de bezettingsgraad van parkeerplaatsen per sectie. Bovendien hanteert Goudappel Coffeng andere uitgangspunten, namelijk een aantal van 608 parkeerplaatsen (binnen een straal van 300 meter), danwel 185 parkeerplaatsen binnen een acceptabele loopafstand van 300 (lees: 250) meter, danwel 131 parkeerplaatsen binnen een loopafstand van 200 meter. Gelet op het verslag van de StAB is inmiddels gebleken dat er 140 parkeerplaatsen binnen de acceptabele loopafstand van 250 meter zijn (nog afgezien van de discussie over sectie 15). Bovendien zijn niet alle parkeerplaatsen die Goudappel Coffeng binnen de secties telt ook volgens de StAB openbaar toegankelijk en beschikbaar. De conclusies van Goudappel Coffeng kunnen gelet daarop niet als redengevend worden beschouwd. Het voorgaande brengt de rechtbank tot de slotsom dat ook het rapport van Goudappel Coffeng het bestreden besluit niet kan dragen.
13. Gelet op het voorgaande is het bestreden besluit II onvoldoende gemotiveerd.
14. Het beroep is gegrond en de rechtbank vernietigt het bestreden besluit II wegens strijd met artikel 7:12 van de Awb. De rechtbank ziet geen aanleiding om een bestuurlijke lus toe te passen, omdat door de rechtbank reeds een deskundige is benoemd en het geschil daarmee niet tot een eindoplossing is gekomen. Het college zal daarom een nieuw besluit moeten nemen op de aanvraag met inachtneming van deze uitspraak. Voor zover het college opnieuw tot verlening van de omgevingsvergunning overgaat zal in het besluit alsnog deugdelijk moeten worden gemotiveerd of voldoende parkeergelegenheid aanwezig is voor de toename van de parkeerbehoefte als gevolg van het realiseren van het bouwplan.
15. Omdat de rechtbank het beroep gegrond verklaart, bepaalt de rechtbank dat het college aan eisers het door hen betaalde griffierecht vergoedt.
16. De rechtbank veroordeelt het college in de door eisers gemaakte proceskosten. Deze kosten stelt de rechtbank op grond van het Besluit proceskosten bestuursrecht (Bbp) voor de door een derde beroepsmatig verleende rechtsbijstand vast op € 1.485,- (1 punt voor het indienen van het beroepschrift, 1 en 0,5 punt voor het verschijnen op de (nadere) zitting, 0,5 punt voor het indienen van een schriftelijke zienswijze op het deskundigenverslag, met een waarde per punt van € 495,- en een wegingsfactor 1).
17. De rechtbank veroordeelt het college op grond van het Bbp ook tot vergoeding van de kosten die eisers hebben gemaakt voor het inschakelen van deskundigen. Het college hoeft alleen de kosten te betalen die naar het oordeel van de rechtbank redelijk zijn. Eisers hebben drie facturen ingebracht van Geobalans , met een totaalbedrag van € 1.234,20
(€ 568,70 en € 423,50 voor achtereenvolgens het veldwerk en het opstellen van de rapporten van 6 januari en 26 oktober 2017, en € 242,- voor het verschijnen op de zitting). De rechtbank acht deze kosten redelijk. Verder hebben eisers een factuur ingebracht van Trajan van € 1.200,- met een tijdsbesteding van 24 uur voor de voorbereiding, het veldwerk, de analyse en het opstellen van de rapportage van 25 oktober 2017. De rechtbank acht ook deze kosten redelijk.
18. Het totaal van de door het college aan eisers te vergoeden proceskosten komt daarmee op € 3.919,20 (€ 1.485,- + € 1.234,20 + € 1.200,-).