Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
1.De procedure
2.De feiten
3.Het geschil in de hoofdzaak
4.De beoordeling in de hoofdzaak
+
5.Het geschil in het incident tot tussenkomst
6.De beoordeling in het incident tot tussenkomst
+
Rechtbank Amsterdam
In deze zaak, die zich afspeelt in het kader van aanbestedingsrecht, heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Amsterdam op 26 april 2018 uitspraak gedaan in een kort geding tussen GEBR. REIMERT B.V. en GEMEENTE AMSTERDAM, met AANNEMINGS- EN HOVENIERSBEDRIJF GERMIECO B.V. als tussenkomende partij. GEBR. REIMERT B.V. had zich ingeschreven voor een aanbesteding van de Gemeente Amsterdam voor de reconstructie van de Boelelaan, maar werd uitgesloten omdat zij niet voldeed aan de geschiktheidseisen. De Gemeente had de inschrijving van Reimert terzijde gelegd op basis van een onjuist ingevuld Uniform Europees Aanbestedingsdocument (UEA). Reimert vorderde in kort geding dat de Gemeente haar inschrijving zou herstellen en de opdracht aan haar zou gunnen, dan wel de opdracht opnieuw zou aanbesteden. De Gemeente en Germieco verzetten zich hiertegen en stelden dat er geen sprake was van een herstelbare omissie. De voorzieningenrechter oordeelde dat de Gemeente terecht had besloten om Reimert uit te sluiten, omdat er geen sprake was van een eenvoudig te herstellen gebrek. De vorderingen van Reimert werden afgewezen, en zij werd veroordeeld in de proceskosten. In het incident tot tussenkomst werd Germieco in het gelijk gesteld, en Reimert werd veroordeeld te gedogen dat de opdracht aan Germieco werd gegund.