Op 28 juni 2018 heeft de Rechtbank Amsterdam uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die beschuldigd werd van meerdere winkeldiefstallen. De verdachte, geboren in 1981 en zonder vaste woon- of verblijfplaats in Nederland, was gedetineerd in het Huis van Bewaring. De rechtbank heeft het onderzoek ter terechtzitting op 14 juni 2018 gehouden, waarbij de officier van justitie, mr. F.E.A. Duyvendak, de vordering heeft ingediend. De verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan vier diefstallen, gepleegd tussen 3 maart en 17 april 2018, waarbij goederen van aanzienlijke waarde zijn weggenomen uit verschillende winkels in Amsterdam en Beverwijk. De rechtbank heeft de feiten bewezen verklaard op basis van de aangiften, camerabeelden en de bekennende verklaring van de verdachte.
De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte voldoet aan de criteria voor de ISD-maatregel, maar deze niet kan worden opgelegd omdat de verdachte nog niet als vreemdeling is aangemerkt. De officier van justitie heeft een gevangenisstraf van zes maanden geëist, waarvan twee maanden voorwaardelijk, maar de rechtbank heeft besloten om een onvoorwaardelijke gevangenisstraf van vijf maanden op te leggen. De rechtbank heeft hierbij rekening gehouden met de ernst van de feiten, de recidive van de verdachte en zijn verslaving aan harddrugs. De rechtbank heeft ook de tenuitvoerlegging van eerder voorwaardelijk opgelegde straffen gelast, omdat de verdachte zich tijdens de proeftijd opnieuw schuldig heeft gemaakt aan strafbare feiten. De uitspraak is gedaan door een meervoudige kamer, bestaande uit drie rechters, en is openbaar uitgesproken.