In deze zaak heeft de Rechtbank Amsterdam op 28 juni 2018 uitspraak gedaan in een geschil tussen Omya Netherlands B.V. en het college van burgemeester en wethouders van Amsterdam over de omgevingsvergunning voor het project Kop Grasweg. Het college had op 19 februari 2018 een omgevingsvergunning verleend voor de bouw van 330 appartementen, waarvan 40% sociale huurwoningen, en 4000 m² bedrijfsruimtes aan de Grasweg in Amsterdam-Noord. Omya, die zich benadeeld voelde door dit besluit, heeft beroep ingesteld. De rechtbank heeft de procedure versneld behandeld op basis van de Crisis- en herstelwet. Tijdens de zitting op 12 juni 2018 zijn de partijen vertegenwoordigd door hun gemachtigden. De rechtbank heeft overwogen dat het college in redelijkheid de omgevingsvergunning heeft kunnen verlenen, ondanks dat het project op enkele punten afwijkt van het bestemmingsplan. De rechtbank heeft vastgesteld dat de belangen van Omya niet voldoende zijn beschermd door de wet- en regelgeving, maar dat dit niet leidt tot vernietiging van het besluit. De rechtbank heeft het beroep van Omya ongegrond verklaard, wat betekent dat de omgevingsvergunning voor het project Kop Grasweg in stand blijft.