Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
vonnis van de kantonrechter
[eiser]
VERLOOP VAN DE PROCEDURE
- de conclusie van antwoord met producties;
- het instructievonnis van 26 februari 2018.
GRONDEN VAN DE BESLISSING
Feiten
tenzij werknemer donderdag voor 09:30u contact opneemt. werknemer is akkoord.”
Vordering
a. € 1.481,79 aan achterstallig brutosalaris over de maand december 2016, te vermeerderen met de maximale wettelijke verhoging op grond van artikel 7:625 Burgerlijk Wetboek en vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 5 december 2017;
b. € 350,84 bruto per week aan ziektewetuitkering vanaf 1 januari 2017 tot 2 september 2017, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 5 december 2017;
c. de proceskosten.
Verweer
Beoordeling
Werknemer heeft hiervoor behandeling en verwacht dat dit verbeterd. Werknemer geeft aan na de behandeling meestal enkele dagen nodig te hebben”. Uit dit deel van de rapportage, waarvan de juistheid niet door [eiser] is betwist, blijkt dat [eiser] en de bedrijfsarts op 28 november 2016 beiden uitgaan van een korte periode van arbeidsongeschiktheid. In deze omstandigheden mocht van [eiser] worden verlangd, ongeacht of daar nu een specifieke datum voor is afgesproken, dat hij de bedrijfsarts en/of Teamflex op de hoogte stelde zodra hij bemerkte dat zijn ziekte langer zou gaan duren dan enkele dagen. Voorts is van belang dat er op 7 december 2016 telefonisch contact is geweest tussen [eiser] en een medewerker van Teamflex. Tijdens dit gesprek is er volgens partijen gesproken over werkhervatting en de hoeveelheid opdrachten die Teamflex aan [eiser] kon aanbieden. Het bespreken van dit onderwerp ligt niet in de rede als [eiser] op dat moment ziek is en zijn werk dus helemaal niet kon uitvoeren. In deze situatie lag het op de weg van [eiser] om Teamflex (nogmaals) op de hoogte te stellen van het feit dat hij op dat moment nog ziek was.