ECLI:NL:RBAMS:2018:4206
Rechtbank Amsterdam
- Eerste aanleg - meervoudig
- Rechtspraak.nl
Vrijspraak van verdachte in zaak van witwassen van grote geldbedragen zonder bewijs van misdrijf
In de strafzaak tegen de verdachte, die op 30 juli 2016 in Amsterdam werd aangehouden met grote hoeveelheden contant geld, heeft de rechtbank Amsterdam op 18 mei 2018 uitspraak gedaan. De verdachte werd beschuldigd van witwassen, omdat hij 218.405 euro en 90.675 Britse ponden in zijn auto vervoerde. De officier van justitie vorderde een gevangenisstraf van 12 maanden en verbeurdverklaring van het geld. Tijdens de zitting op 7 mei 2018 heeft de verdachte verklaard dat het geld afkomstig was van zijn werkgever, die een bedrijf in goud en juwelen runt. De rechtbank oordeelde dat de verklaring van de verdachte over de herkomst van het geld voldoende concreet en verifieerbaar was, en dat er geen direct bewijs was voor een misdrijf. De rechtbank concludeerde dat er onvoldoende bewijs was om te stellen dat het geld van misdrijf afkomstig was, en sprak de verdachte vrij van de tenlastelegging. De benadeelde partij werd niet-ontvankelijk verklaard in haar vordering, en het in beslag genomen geld dat aan de verdachte toebehoorde, werd hem teruggegeven. De rechtbank benadrukte dat de verdachte niet zijn onschuld hoefde te bewijzen, maar dat zijn verklaring niet onwaarschijnlijk mocht zijn. De uitspraak werd gedaan door een meervoudige kamer van de rechtbank Amsterdam.