3.2.In het verweerschrift stelt verweerder zich op het standpunt dat de afwijzing van eisers visumaanvraag door het Verenigd Koninkrijk uit 2016 dateert en daarom inmiddels achterhaald is. De afwijzing van het Verenigd Koninkrijk uit 2018 is op meerdere gronden gebaseerd, niet enkel op de ongeldigheid van eisers paspoort. Daarnaast heeft eiser niet aangetoond dat hij niet op de vlucht naar de Verenigde Staten werd toegelaten vanwege de ongeldigheid van zijn paspoort. De toegangsweigering tot de vlucht zou om allerlei andere redenen kunnen zijn gebeurd. Daarnaast komt eiser niet voor in de systemen van de Koninklijke Marechaussee en registreert Interpol inmiddels niet meer de Turkse paspoorten die om politieke redenen ongeldig zijn verklaard. Eiser zou dus gewoon met zijn Turkse paspoort moeten kunnen reizen.
4. Uit artikel 14 van de Paspoortwet blijkt dat een vreemdelingenpaspoort kan worden verstrekt aan de vreemdeling die geen reisdocument van een ander land kan verkrijgen, dan wel die kan aantonen dat van hem redelijkerwijs niet kan worden gevergd dat hij van een ander land een reisdocument aanvraagt.
Beoordeling door de rechtbank
5. Tussen partijen is niet in geschil dat eiser in Turkije als Gülen-aanhanger bekend staat. Ook is niet in geschil dat de rechtbank in [plaats] op [datum] 2016 een arrestatiebevel voor eiser heeft uitgevaardigd in verband met de couppoging van 15 juli 2016 en dat eisers naam staat vermeld op een lijst van het Turkse ministerie van Binnenlandse Zaken van 130 in het buitenland verblijvende Turken die worden gesommeerd om naar Turkije terug te keren op straffe van ontneming van hun Turkse nationaliteit. Verder is tussen partijen niet in geschil dat eisers paspoort tenminste op enig moment internationaal als ongeldig gesignaleerd stond. Het geschil tussen partijen spitst zich toe op de vraag of eisers paspoort op dit moment nog ongeldig is en of eiser hiermee kan reizen.
6. De rechtbank constateert dat het bestreden besluit uitsluitend is gebaseerd op de mededelingen van 31 oktober 2017 en 30 november 2017 van de Nederlandse ambassade in Ankara dat eisers Turkse paspoort niet langer internationaal als ongeldig staat gesignaleerd. Ter zitting heeft de gemachtigde van verweerder toegelicht dat er op de Nederlandse ambassade in Ankara een
liaison officervan de Koninklijke Marechaussee werkt, die toegang heeft tot de opsporingssystemen. Daaruit is gebleken dat de internationale signalering is verwijderd, nadat was gebleken dat de Turkse autoriteiten misbruik maakten van de database van Interpol.
7. Uit de visumweigering van 25 januari 2018 van het Verenigd Koninkrijk blijkt echter expliciet dat eisers visumaanvraag mede is afgewezen omdat zijn paspoort als ingetrokken (
revoked) staat geregistreerd. Ter zitting heeft eiser uitgebreid toegelicht dat hem bij de toegangsweigering tot de vlucht naar de Verenigde Staten op 12 maart 2018 is uitgelegd dat zijn paspoort als gestolen of kwijtgeraakt staat geregistreerd en dat hij daarom niet met dat paspoort naar de Verenigde Staten kan reizen. Eiser heeft hiermee naar het oordeel van de rechtbank aannemelijk gemaakt dat hij nog steeds belemmeringen ondervindt bij het reizen met zijn Turkse paspoort.
8. In het licht van deze omstandigheden is de rechtbank van oordeel dat verweerder onvoldoende heeft gemotiveerd dat eiser met zijn paspoort kan reizen. De enkele stelling van verweerder dat het paspoort niet langer internationaal als ongeldig staat gesignaleerd, is onvoldoende om het besluit te dragen. Uit het bestreden besluit blijkt niet welke systemen de
liaison officervan de Nederlandse ambassade heeft geraadpleegd om tot zijn conclusie te komen. Het is dus niet duidelijk in welk systeem of systemen het paspoort niet langer als ongeldig staat gesignaleerd en of er geen andere systemen zijn die door buitenlandse autoriteiten worden gebruikt om te bekijken of een paspoort geldig of ongeldig is, waarin eisers paspoort mogelijk nog wel als ongeldig, ingetrokken, gestolen of kwijtgeraakt gesignaleerd staat. De gemachtigde van verweerder heeft ter zitting verklaard dat het mogelijk is dat eisers paspoort in de nationale Turkse systemen nog wel als ongeldig staat gesignaleerd. Hij weet niet of een dergelijke nationale signalering kan opduiken als eiser met zijn paspoort probeert internationaal te reizen.
9. Het bestreden besluit is dus onvoldoende zorgvuldig voorbereid en onvoldoende gemotiveerd. Het beroep is gegrond. Verweerder zal daarom een nieuw besluit moeten nemen met inachtneming van deze uitspraak. Verweerder zal grondiger moeten onderzoeken of eisers paspoort nog in nationale of internationale systemen als ongeldig, ingetrokken, gestolen of kwijtgeraakt staat gesignaleerd en zal beter moeten motiveren wat dit betekent voor het gebruik van het paspoort. De rechtbank stelt hiervoor een termijn van zes weken.
10. De rechtbank veroordeelt verweerder in de door eiser gemaakte proceskosten. Deze kosten stelt de rechtbank op grond van het Besluit proceskosten bestuursrecht voor de door een derde beroepsmatig verleende rechtsbijstand vast op € 1.002,- (1 punt voor het indienen van het beroepschrift en 1 punt voor het verschijnen ter zitting, met een waarde per punt van € 501,- en een wegingsfactor 1). Als aan eiser een toevoeging is verleend, moet verweerder de proceskostenvergoeding betalen aan de rechtsbijstandverlener. Er is in deze zaak geen griffierecht geheven, dus verweerder hoeft geen griffierecht te vergoeden.