Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
INTERNATIONALE RECHTSHULPKAMER
the District Courtin Lublin (Polen) en strekt tot de aanhouding en overlevering van:
1.Procesgang
2.Identiteit van de opgeëiste persoon
3.Grondslag en inhoud van het EAB
Provincial Courtvan Chelm:
4.Weigeringsgrond als bedoeld in artikel 12 van de OLW
Poolsrecht op de juiste wijze zijn betekend, staat vast dat de opgeëiste persoon niet in persoon is gedagvaard, dan wel anderszins daadwerkelijk officieel in kennis is gesteld van de datum en de plaats van de behandeling ter terechtzitting, zodat niet op ondubbelzinnige wijze vaststaat dat hij op de hoogte was van de voorgenomen terechtzitting. Nu de opgeëiste persoon niet in persoon is verschenen op de zittingen die tot de vonnissen hebben geleid en er verder evenmin sprake is van een van de situaties uit artikel 12, onder b tot en met d, van de OLW, zal de rechtbank de overlevering daarom op grond van artikel 12 van de OLW moeten weigeren.
5.Strafbaarheid, feiten waarvoor dubbele strafbaarheid is vereist
6.Slotsom
7.Toepasselijke wetsbepalingen
8.Beslissing
[opgeëiste persoon]aan
the District Courtin Lublin (Polen) voor de tenuitvoerlegging van de vrijheidsstraf, te ondergaan op het grondgebied van de uitvaardigende lidstaat, wegens de feiten waarvoor zijn overlevering wordt verzocht. voor zover die vrijheidsstraf betrekking heeft op de feiten van de vonnissen:
[opgeëiste persoon]aan
the District Courtin Lublin (Polen) voor de tenuitvoerlegging van de vrijheidsstraf, te ondergaan op het grondgebied van de uitvaardigende lidstaat, voor zover die vrijheidsstraf betrekking heeft op de vonnissen: