Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
1.De procedure
- het vonnis in incident van 14 december 2016 met de daarin vermelde (proces)stukken;
- het tussenvonnis van 8 februari 2017 waarbij een comparitie van partijen is bepaald;
- het proces-verbaal van comparitie van 26 oktober 2017 met de daarin genoemde stukken;
- de brief van mr. Maaldrink van 30 oktober 2017 met opmerkingen naar aanleiding van het proces-verbaal;
- de brief van mr. Drenthe van 6 november 2017 met een opmerking naar aanleiding van het proces-verbaal.
2.De feiten
LEGAAT:
[naam erflater](…)
de vierwielige personenauto De Dion Bouton (…);
het appartementsrecht, rechtgevende op het uitsluitend gebruik van de garage op de begane grond (…), plaatselijk bekend [adres] garagenummer [nummer] (…);
mijn gereedschappen (…)
nietdat er een keuze gemaakt kan worden tussen zijn testament uit 2007 en de aanvulling uit 2011. Het testament uit 2007 blijft in stand met uitzondering van het ‘Legaat, onderdeel B’. Dit is middels de bepaling in de aanvulling geheel komen te vervallen. M.a.w. de legaten die onder B zijn opgenomen 1 en 2 zijn beiden komen te vervallen. Daarvoor in de plaats is gekomen een legaat aan de heer [naam] . Na afgifte van dit legaat dient de nalatenschap bij helfte tussen mijn zus en mij te worden verdeeld. Aan geen van ons komt een legaat toe. (…)
3.Het geschil
4.De beoordeling
In al dit soort gevallen zou het vermelden van de beweegreden in het testament de problemen van uitleg (…) ecarteren.” Nu in dit geval de wil van erflater uit zijn eigen brief aan de notaris en de brief van de notaris kenbaar was, mocht deze bij de uitleg van het testament een rol spelen.
uitsluitend had beoogdeen wijziging van het legaat aan de heer [naam] en dat het bepaald niet de bedoeling was het (jarenlang steeds gehandhaafde) legaat aan [eiseres] te herroepen;
de intentie [van erflater]ten tijde van het maken van zijn testament”;
op het oog had(…)”;