In de strafzaak tegen de verdachte, geboren in 1983 zonder vaste woon- of verblijfplaats in Nederland, heeft de rechtbank Amsterdam op 27 februari 2018 uitspraak gedaan. De verdachte werd beschuldigd van verschillende drugsmisdrijven, waaronder het bewerken, verwerken, verkopen en aanwezig hebben van hard- en softdrugs, alsook het witwassen van geld en bitcoins. De zaak kwam voort uit een observatie door de politie na informatie van het Landelijk Internationaal Rechtshulp Centrum over een ontmoeting tussen meerdere personen met betrekking tot een drugsoverdracht in Ierland. Tijdens de observatie werden verdachte en medeverdachten gevolgd naar verschillende adressen in Amsterdam, waar uiteindelijk een doorzoeking plaatsvond. In de woning aan de [adres 2] werden diverse soorten drugs en een geldbedrag van € 144.030,- en 0,18 bitcoins aangetroffen.
Tijdens de zitting voerde het Openbaar Ministerie aan dat de verdachte wetenschap had van de aanwezigheid van de drugs en het geld, terwijl de verdediging stelde dat de verdachte geen wetenschap had van deze goederen en dat zijn aanwezigheid in de woning niet voldoende was voor een veroordeling. De rechtbank oordeelde dat er onvoldoende bewijs was voor de wetenschap van de verdachte over de aangetroffen goederen. De rechtbank concludeerde dat de tenlastegelegde feiten niet bewezen konden worden, waardoor de verdachte werd vrijgesproken van alle beschuldigingen. Tevens werd besloten dat de in beslag genomen goederen, waaronder een Nokia telefoon en een Rolex, aan de verdachte teruggegeven moesten worden.