Op 26 maart 2018 heeft de Rechtbank Amsterdam uitspraak gedaan in de strafzaak tegen een 51-jarige man, die op 13 juni 2017 betrokken was bij een dodelijke aanvaring op de Amstel. De man, die onder invloed van alcohol een vaartuig bestuurde, veroorzaakte een aanvaring met een brug, waarbij een van de opvarenden, [slachtoffer], dodelijk gewond raakte. De rechtbank oordeelde dat de verdachte zich schuldig had gemaakt aan dood door schuld en het besturen van een varend schip onder invloed van alcohol. Tijdens de zitting op 12 maart 2018 was de verdachte niet aanwezig, maar werd vertegenwoordigd door zijn raadsman, mr. F.P. Slewe. De officier van justitie, mr. M.E. Woudman, vorderde een taakstraf van 240 uur, maar de rechtbank legde uiteindelijk een taakstraf van 200 uur op. De rechtbank oordeelde dat de verdachte onvoldoende voorzorgsmaatregelen had genomen en aanmerkelijk onvoorzichtig had gehandeld, wat leidde tot de fatale afloop. De rechtbank hield rekening met de emotionele gevolgen voor de verdachte, die het verlies van zijn vriend moet dragen. De uitspraak is gedaan op basis van de artikelen 22c, 22d, 57 en 307 van het Wetboek van Strafrecht, en de relevante bepalingen van de Scheepvaartverkeerswet.