In deze zaak vorderde eiser, die al geruime tijd bankiert bij ABN Amro, een hoofdelijke veroordeling van ABN Amro en ING tot betaling van € 77.019,99, na onterecht overboeken van bedragen naar een verkeerde rekening. Eiser had op 5 en 6 februari 2014 via internetbankieren twee overboekingen gedaan, maar door een foutief ingevoerd rekeningnummer kwamen de bedragen op de rekening van een derde terecht. Eiser ontdekte de fout op 1 maart 2014 en meldde dit bij ABN Amro. Ondanks pogingen van ABN Amro om de bedragen terug te vorderen, werd de vordering afgewezen. De rechtbank oordeelde dat ABN Amro niet aansprakelijk was voor de fout van eiser, aangezien banken niet verplicht zijn om naam-nummer controles uit te voeren. De rechtbank concludeerde dat de eigen schuld van eiser zo zwaar woog dat de schade voor zijn rekening kwam. De vorderingen werden afgewezen, en eiser werd veroordeeld in de proceskosten van zowel ABN Amro als ING.