De rechtbank komt op grond van het voorgaande tot de volgende beslissing.
Verklaart bewezen dat verdachte het ten laste gelegde heeft begaan zoals hiervoor in rubriek 4 is vermeld.
Verklaart niet bewezen hetgeen aan verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hiervoor is bewezen verklaard en spreekt verdachte daarvan vrij.
Het bewezen verklaarde levert op:
Diefstal door twee of meer verenigde personen, waarbij de schuldige het weg te nemen goed onder zijn bereik heeft gebracht door middel van braak
Verklaart het bewezene strafbaar.
Verklaart verdachte,
[verdachte], daarvoor strafbaar.
Veroordeelt verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van
2 (twee) maanden.
Beveelt dat de tijd die door veroordeelde voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en in voorlopige hechtenis is doorgebracht, bij de tenuitvoerlegging van die straf in mindering gebracht zal worden.
Wijst de vordering van de benadeelde partij [persoon] en [slachtoffer] toe tot een bedrag van € 67,50 (zevenenzestig euro vijftig).
Veroordeelt verdachte aan de benadeelde partij voornoemd, het toegewezen bedrag te betalen.
Veroordeelt verdachte voorts in de kosten door de benadeelde partij gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak nog te maken, tot op heden begroot op nihil.
Legt aan verdachte de verplichting op, aan de Staat, ten behoeve van de benadeelde partij [persoon] en [slachtoffer] , te betalen de som van € 67,50 (zevenenzestig euro vijftig), te vermeerderen met de wettelijke rente daarover vanaf het moment van het ontstaan van de schade (8 juli 2017) tot aan de dag van de algehele voldoening, bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door hechtenis voor de duur van 2 (twee) dagen, met dien verstande dat de toepassing van die hechtenis de hiervoor opgelegde verplichting niet opheft.
Bepaalt dat, indien en voor zover verdachte heeft voldaan aan een van de voornoemde betalingsverplichtingen, daarmee de andere is vervallen.
Wijst de vordering voor het overige af.
Gelast de tenuitvoerlegging van de bij genoemd arrest van 11 juli 2016 met parketnummer 23/001311-16 opgelegd voorwaardelijke strafdeel, namelijk een jeugddetentie voor de duur van 2 (twee) maanden.
Gelast de tenuitvoerlegging van de bij genoemd vonnis van 21 april 2016 met parketnummer 13/221005-15 opgelegde voorwaardelijke straf, namelijk een werkstraf voor de duur van 20 (twintig) uren.
Heft op het bevel tot voorlopige hechtenis.