Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 10 oktober 2017 in de zaak tussen
[eiseres] , te [woonplaats] , eiseres
Procesverloop
Overwegingen
Beslissing
.De beslissing is in het openbaar uitgesproken op 10 oktober 2017.
Rechtbank Amsterdam
In deze zaak heeft de Rechtbank Amsterdam op 10 oktober 2017 uitspraak gedaan in een geschil tussen [eiseres] en de Raad van Bestuur van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (Uwv) over de afwijzing van haar aanvraag voor een WIA-uitkering. [eiseres] had zich op 2 maart 2015 ziekgemeld met lichamelijke en psychische klachten en verzocht om een uitkering op grond van de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen (Wet WIA). Het Uwv heeft haar aanvraag afgewezen, stellende dat zij minder dan 35% arbeidsongeschikt was, omdat zij nog 68,52% van haar oude loon kon verdienen.
Na bezwaar en een hoorzitting, waarin [eiseres] werd bijgestaan door haar gemachtigde, heeft het Uwv zijn standpunt gehandhaafd. De rechtbank heeft de medische rapporten van de verzekeringsartsen en arbeidsdeskundigen beoordeeld en geconcludeerd dat deze rapporten zorgvuldig zijn opgesteld en aan de vereisten voldoen. De rechtbank oordeelde dat [eiseres] niet aannemelijk heeft gemaakt dat er meer of andere beperkingen zijn dan in de Functionele Mogelijkheden Lijst (FML) zijn aangenomen. De rechtbank heeft de argumenten van [eiseres] over de geschiktheid van de geduide functies en de bereikbaarheid van sanitaire voorzieningen verworpen.
Uiteindelijk heeft de rechtbank het beroep van [eiseres] ongegrond verklaard, wat betekent dat zij geen recht heeft op een WIA-uitkering. De rechtbank heeft ook bepaald dat [eiseres] het betaalde griffierecht niet terugkrijgt en dat het Uwv haar proceskosten niet hoeft te vergoeden. Deze uitspraak is openbaar uitgesproken op 10 oktober 2017.