4.4.Bewijsmiddelen
Ten aanzien van het onder 1 en 2 ten laste gelegde
1.
Een proces-verbaal van aangifte met nummer PL1300-2016250758-1 van 17 november 2016, in de wettelijke vorm opgemaakt door de daartoe bevoegde opsporingsambtenaren [naam opsporingsambtenaar 1] en [naam opsporingsambtenaar 2] , doorgenummerde pag. 1 e.v.
Dit proces-verbaal houdt onder meer in als verklaring van [slachtoffer] , zakelijk weergegeven:
“Op 17 november 2016, omstreeks 14:00 uur werd ik gebeld door Alliantie dat men in de loop van de dag zou langskomen om schimmel te controleren. Een half uur later stonden er twee mannen bij mij voor de deur. Ik heb de twee mannen om een legitimatie gevraagd, maar ze zeiden dat ze dat niet hadden. De mannen vertelde mij dat ze kwamen om vochtplekken te onderzoeken. Een van de mannen vroeg om een legitimatiebewijs. Ik pakte mijn portemonnee en tijdens het pakken van mijn legitimatiebewijs vielen er ongeveer vier a vijf pasjes uit mijn portemonnee op tafel. Een van de mannen stond naast mij. De ene man die mijn legitimatiebewijs vast had gaf deze weer terug aan mij en zei dat alles goed was. Hierop zijn beide mannen weer gegaan.
Nadat de mannen weg waren had ik een vreemd gevoel. Ik liep naar mijn portemonnee, welke op tafel lag, en ik zag dat ik twee bankpassen miste. Dit waren passen van de ING en de ABN-AMRO bank. Ongeveer een half uur later werd ik gebeld door een manpersoon die vertelde dat hij van de ING bank was. De man vertelde mij dat er bij mij was ingebroken en dat ze de daders hadden. De man vroeg aan mij wat de eerste twee cijfers waren van mijn pas. Deze gaf ik op. Ik hoorde dat de man zei dat hij zich vergist had en dat hij de laatste twee cijfers nodig. Hierop heb ik ook de twee laatste cijfers van mijn pincode opgegeven. Vlak daarna ben ik weer gebeld. Dit maal door een manspersoon die zich uitgaf voor een medewerker van de ABN-AMRO bank. Ook deze man vroeg mij om pincodes, maar die ken ik niet uit mijn hoofd.
Signalement; beiden licht getint, kort geknipt haar, ongeveer 1.75-1.80 centimeter lang, ongeveer 25 a 26 jaar, slank postuur, beiden korte jas aan, oranje van kleur en ze spraken beiden keurig algemeen beschaafd Nederlands, hun hele voorkomen was netjes.”
2.
Een proces-verbaal van bevindingen (pogingen) geldopnamen met nummer PL1300-2016250758-5 van 2 december 2016, in de wettelijke vorm opgemaakt door de daartoe bevoegde opsporingsambtenaar [naam opsporingsambtenaar 3] , doorgenummerde pag. 5 e.v.
Dit proces-verbaal houdt onder meer in als verklaring van voornoemde verbalisant, zakelijk weergegeven:
Op 17 november 2016 werd er om 15:11 uur gepoogd 1250,00 euro op te nemen bij de ABN-AMRO geldautomaat aan de Johan Huizingalaan 195.
Tevens werd er van de rekening van aangeefster [slachtoffer] op 17 november 2016 om 15:21 uur een geldopname gedaan van 1000,00 euro bij een geldautomaat van de ING aan de Derkinderenstraat 64.
Op 17 november 2016 werd er om 15:25 uur een geldbedrag van 250,00 euro opgenomen bij een geldautomaat van de Rabobank op de locatie Mercatorplein.
3.
Een proces-verbaal van bevindingen beelden pinautomaten met nummer PL1300-2016250758 van 1 december 2016, in de wettelijke vorm opgemaakt door de daartoe bevoegde opsporingsambtenaar [naam opsporingsambtenaar 3] , doorgenummerde pag. 7 e.v.
Dit proces-verbaal houdt onder meer in als verklaring van voornoemde verbalisant, zakelijk weergegeven:
De persoon die op het beeldmateriaal (foto 1 t/m 9 ABN-AMRO bank aan de Johan Huizingalaan) en foto 10 en 11 (Rabobank op de locatie Mercatorplein) te zien is, is een en dezelfde persoon. De jas met capuchon, de kleur van de jas, capuchon, alsmede de vorm van het gezicht, neus, ogen, gezichtsbeharing, komen overeen.
4.
Een proces-verbaal van bevindingen met nummer PL1300-2016250758 van 6 december 2016, in de wettelijke vorm opgemaakt door de daartoe bevoegde opsporingsambtenaar [naam opsporingsambtenaar 4] , doorgenummerde pag. 18 e.v.
Dit proces-verbaal houdt onder meer in als verklaring van voornoemde verbalisant, zakelijk weergegeven:
Ik herkende [verdachte] aan de uiterlijke kenmerken van zijn gezicht. Ik ken [verdachte] uit mijn werkgebied.
5.
Een proces-verbaal van herkenning persoon door opsporingsambtenaar met nummer PL1300-2016250758 van 2 december 2016, in de wettelijke vorm opgemaakt door de daartoe bevoegde opsporingsambtenaar [naam opsporingsambtenaar 5] , doorgenummerde pag. 20 e.v.
Dit proces-verbaal houdt onder meer in als verklaring van voornoemde verbalisant, zakelijk weergegeven:
De persoon op de afbeeldingen herken ik als: [verdachte] , geboren [geboortedatum] . Ik ken [verdachte] ambtshalve. Ik heb tijdens mijn werkzaamheden veelvuldig met hem te maken gehad. Ik herkende [verdachte] aan zijn grote neus en afhangende ogen. Voorts wil ik nog benadrukken dat de camerabeelden van dermate goede kwaliteit waren dat het voor mij direct vanaf het zien van de verdachte duidelijk was wie het was.
6.
Een proces-verbaal van bevindingen met nummer PL1300-2016250758 van 2 december 2016, in de wettelijke vorm opgemaakt door de daartoe bevoegde opsporingsambtenaar [naam opsporingsambtenaar 6] , doorgenummerde pag. 22 e.v.
Dit proces-verbaal houdt onder meer in als verklaring van voornoemde verbalisant, zakelijk weergegeven:
Ik herken de persoon op deze screenshots direct. Deze persoon is mij ambtshalve bekend als genaamd [verdachte] . Ik ben in mijn dagelijkse werkzaamheden regelmatig in contact geweest met [verdachte] , zoals bij verkeercontroles/controle van jeugd. [verdachte] heeft een opvallend gezicht. Hij heeft namelijk een erg lange en puntige neus. Tevens heeft hij een opvallend kuiltje in zijn kin.
Ten aanzien van het onder 3 ten laste gelegde
7.
Een proces-verbaal van aangifte met nummer PL1300-2016272915-11 van 17 december 2016, in de wettelijke vorm opgemaakt door de daartoe bevoegde opsporingsambtenaar [naam opsporingsambtenaar 7] , doorgenummerde pag. 24 e.v.
Dit proces-verbaal houdt onder meer in als verklaring van [naam 1] , zakelijk weergegeven:
Op 15 december 2016 heeft mijn vrouw mijn auto (Range Rover met kenteken [kenteken] ) geparkeerd voor de deur van onze woning op [straat] te [plaats] . Op 16 december 2016 omstreeks 21:00 uur heb ik mijn auto nog op de parkeerplaats voor mijn woning zien staan. Op 16 december 2016 omstreeks 23:00 uur werd ik gebeld door mijn secretaresse. Zij vertelde mij dat zij zojuist door de politie was gebeld en te horen had gekregen dat mijn auto was gestolen en dat de politie mijn auto staande had gehouden. De politieagent vroeg aan mij of ik mijn auto aan iemand had uitgeleend. Ik vertelde hem dat dit niet het geval was. Via het track en tracesysteem van mijn auto is te zien dat de auto 16 december om 21:52 uur was weggereden bij mijn woning. Tevens was te zien dat mijn auto omstreeks 22:07 uur stilstond in de buurt van de A10. Hier heeft mijn auto ongeveer 45 minuten stil gestaan en vervolgens verplaatste deze zich naar Geervliet.
8.
Een proces-verbaal van bevindingen met nummer PL1300-2016272915-9 van 17 december 2016, in de wettelijke vorm opgemaakt door de daartoe bevoegde opsporingsambtenaren [naam opsporingsambtenaar 8] , [naam opsporingsambtenaar 9] en [naam opsporingsambtenaar 10] , doorgenummerde pag. 27 e.v.
Dit proces-verbaal houdt onder meer in als verklaring van voornoemde verbalisanten, zakelijk weergegeven:
Op 16 december 2016 voerden wij een alcoholcontrole uit ter hoogte van het metrostation Amstelveenseweg. Omstreeks 22:10 uur zag ik, verbalisant [naam opsporingsambtenaar 9] , een zwarte Range Rover met het kenteken [kenteken] . Ik zag dat er achter het stuur een jong persoon zat. Deze persoon bleek later te zijn genaamd: [verdachte] . De combinatie van het voertuig, welke een zeer prijzig voertuig is, met [verdachte] bracht mij aan het twijfelen. Het leek mij niet realistisch dat [verdachte] de eigenaar was van de Range Rover. Tevens is mij ambtshalve bekend dat er binnen het werkgebied van wijkteam Zuid-Buitenveldert met enige regelmaat Range Rovers worden gestolen. Ik heb een onderzoek ingesteld in de voor mij beschikbare politiesystemen. Ik zag dat het voertuig op naam stond van [naam 3] .
Ik, verbalisant [naam opsporingsambtenaar 10] , deelde [verdachte] mede dat er een alcoholcontrole plaatsvond. Ik vroeg naar zijn rijbewijs. Ik hoorde [verdachte] het volgende verklaren: “Sorry ik heb geen rijbewijs bij mij. Ik heb alleen mijn pinpas bij mij”. Ik zag dat [verdachte] deze aan mij overhandigde. Ik zag op de pinpas de naam [verdachte] staan. Ik heb de personalia van [verdachte] in de voor mij beschikbare politiesystemen ingevoerd. Ik zag dat [verdachte] een foto in ons politiesysteem had. Wij zagen dat de man op de politiefoto qua uiterlijk één en dezelfde persoon was en dat de uiterlijke kenmerken van [verdachte] overeenkwamen met de politiefoto. Wij vroegen [verdachte] van wie de Range Rover was en wat hij ermee ging doen. Wij hoorden [verdachte] ons het volgende verklaren: “De auto is van een persoon welke ik ken. Hij is nu in een koffiehuis aan de Stadionkade. Ik zou even wat gaan wegbrengen. Ik heb zijn telefoonnummer niet. Ik kan hem nu gaan halen. Ik laat mijn bankpas en de autosleutel bij u en dan ga ik hem halen. Ik ben met ongeveer een kwartier terug.”
Na ongeveer twintig minuten zagen wij dat [verdachte] nog steeds niet ter plaatste was met de eigenaar van het voertuig.
9.
Een proces-verbaal van bevindingen met nummer PL1300-2016272915-23 van 13 april 2017, in de wettelijke vorm opgemaakt door de daartoe bevoegde opsporingsambtenaar [naam opsporingsambtenaar 5] , doorgenummerde pag. 66 e.v.
Dit proces-verbaal houdt onder meer in als verklaring van voornoemde verbalisant, zakelijk weergegeven:
Uit het GPS gegevens van de weggenomen Range Rover volgt dat er op 16 december 2016 twee ritten zijn gemaakt, te weten:
Start rit: 21:52 uur
Start locatie: [straat] [plaats]
Einde rit: 22:07 uur
Eind locatie: A10, Amsterdam
Afstand: 2 km
Start rit: 23:16 uur
Start locatie: A10, Amsterdam
Einde rit: 23:24 uur
Eind locatie: Geervliet, Buitenveldert
Afstand: 4 km
De startlocatie van de eerste rit betreft de straat waar de aangever woonachtig is en waar het voertuig is weggenomen. De eind locatie van deze rit, A10, Amsterdam betreft met een aan zekerheid grenzende waarschijnlijkheid de plaats van de verkeerscontrole op de Amstelveenseweg ter hoogte van de metrohalte onder de Rijksweg A10.
De tweede rit betreft naar alle waarschijnlijkheid de rit vanaf de controleplaats naar politiebureau van Leijenberglaan waarbij de parkeerplaats van het bureau grenst aan de Geervliet, te Buitenveldert.
Ten aanzien van het onder 4 ten laste gelegde
10.
Een proces-verbaal van aangifte met nummer PL1300-2016253977-1 van 22 november 2016, in de wettelijke vorm opgemaakt door de daartoe bevoegde opsporingsambtenaar [naam opsporingsambtenaar 11] , doorgenummerde pag. 7 e.v.
Dit proces-verbaal houdt onder meer in als verklaring van [naam 2] , zakelijk weergegeven:
Ik doe hierbij aangifte van diefstal door middel van braak in mijn zaak genaamd [naam winkel] op de [adres 2] te Amsterdam. Op 21 november 2016 zijn wij om 19.00 uur gesloten en heb ik alles deugdelijk gesloten. Omstreeks 5:10 uur werd ik gebeld door de alarmcentrale, dat het inbraakalarm afging in mijn zaak. Ik ben toen gelijk vanaf mijn laptop thuis ingelogd, zodat ik gelijk de beelden kon bekijken van mijn zaak. Ik zag gelijk dat er twee jongens in mijn zaak aanwezig waren. Ik zag dat deze jongens achter de toonbank stonden, ik zag dat ze aan het graaien waren achter de toonbank. Ik ben toen gelijk gaan aankleden en naar de zaak gegaan. Toen ik ter plaatse kwam bij mijn zaak, zag ik dat de politie reeds ter plaatse was. Ik zag in mijn zaak dat ze de kassalade hadden opgebroken. Hierin zit altijd een startbedrag van 200,- euro. Verder hebben ze sigaretten weggenomen van Marlboro.
Ik kan u het volgende signalement geven:
NN1
-man
-grijze of beige jas met capuchon, over zijn hoofd
NN2
-man
-donkere jas (mogelijk groen) met capuchon
U laat mij een aantal goederen zien:
Lebara telefoonkaarten
Diverse bonnen
Gebruikte staatloten
Loten van Lotto en Lucky Days
GSM Iphone 6
Ik kan u zeggen dat alle goederen, op de Iphone 6 na, van mij zijn en afkomstig uit de winkel zijn.
11.
Een proces-verbaal van aanhouding met nummer PL1300-2016253977-5 van 22 november 2016, in de wettelijke vorm opgemaakt door de daartoe bevoegde opsporingsambtenaren [naam opsporingsambtenaar 12] en [naam opsporingsambtenaar 13] , doorgenummerde pag. 10 e.v.
Dit proces-verbaal houdt onder meer in als verklaring van voornoemde verbalisanten, zakelijk weergegeven:
Op 22 november 2016 kregen wij melding om te gaan naar de [adres 2] waar een mogelijke inbraak zou plaatsvinden. Ik, verbalisant [naam opsporingsambtenaar 12] , hoorde dat een van de collega’s zei dat een van de daders rechtsaf de Korsjespoortsteeg in was gerend in de richting van de Spuistraat. Ik rende direct de Korsjespoortsteeg in, in de richting van de Spuistraat. Op de Spuistraat werd ik aangesproken door een bestuurder van een taxivoertuig. Ik, verbalisant [naam opsporingsambtenaar 12] , hoorde de bestuurder van het taxivoertuig ongevraagd het volgende verklaren: “Deze man heeft net ingebroken en is zonder toestemming in mijn taxi gestapt.” Ik zag dat de verdachte direct zijn hoofd omdraaide bij het zien van mij. Ik vroeg aan verdachte om uit het taxivoertuig te stappen. Ik zag dat verdachte hier gehoor aan gaf en uit het voertuig stapte. Hierop is verdachte aangehouden.
De taxichauffeur vertelde mij het volgende: “Die man die is gepakt heeft wat dingen achtergelaten in mijn taxi.” Ik zag dat de taxichauffeur wat vijf en tien euro biljetten pakte en aan mij gaf. De taxichauffeur vertelde dat er nog meer lag bij de linkervoorstoel. Ik zag daar nog wat prepaid sim kaarten, geldbiljetten en bonnen liggen.
12.
Een proces-verbaal van bevindingen met nummer PL1300-2016253977-18 van 22 november 2016, in de wettelijke vorm opgemaakt door de daartoe bevoegde opsporingsambtenaar [naam opsporingsambtenaar 11] , doorgenummerde pag. 27 e.v.
Dit proces-verbaal houdt onder meer in als verklaring van voornoemde verbalisant, zakelijk weergegeven:
Ik hoorde getuige [naam getuige] aan mij het volgende verklaren:
“Ik heb niet heel veel gezien. Maar ik hoorde vannacht een hoop kabaal. Ik had het vermoeden dat dit bij mijn onderbuurman was, [naam winkel] . Toen zag ik twee jongens uit het pand komen rennen, ik weet dat 1 daarvan een beige jas droeg met een bontkraag. Van de andere jongen heb ik geen signalement.