Uitspraak
1.De procedure
2.De feiten
- [kind 1],geboren te [plaats] op [datum] ;
- [kind 2], geboren te [plaats] op [datum] ;
- [kind 3] , geboren te [plaats] op [datum] ;
- [kind 4] , geboren te [plaats] op [datum] .
Rechtbank Amsterdam
In deze zaak heeft de Rechtbank Amsterdam op 6 september 2017 uitspraak gedaan over een verzoek tot wijziging van de kinderbijdrage. De vrouw, vertegenwoordigd door advocaat mr. S. Bayraktar, verzocht om een verhoging van de maandelijkse bijdrage voor de kosten van verzorging en opvoeding van de kinderen tot € 1.450,-, terwijl de man, vertegenwoordigd door advocaat mr. A.A.M. Zeeman, zich hiertegen verweerde en vroeg om de vrouw niet-ontvankelijk te verklaren in haar verzoek. De rechtbank heeft vastgesteld dat partijen bewust zijn afgeweken van de wettelijke maatstaven bij het vaststellen van de oorspronkelijke kinderbijdrage. De vrouw voerde aan dat er sprake was van gewijzigde omstandigheden, waaronder de verhuizing van de man buiten Amsterdam en zijn hogere inkomen. De rechtbank oordeelde echter dat de vrouw niet aannemelijk had gemaakt dat deze omstandigheden zodanig waren dat de man niet langer aan de overeenkomst kon worden gehouden. De rechtbank concludeerde dat het verzoek van de vrouw om de kinderbijdrage te verhogen niet kon worden toegewezen, omdat de oorspronkelijke overeenkomst niet in strijd was met de redelijkheid en billijkheid. De proceskosten werden gecompenseerd, gezien de ex-echtelijke relatie van partijen en de aard van de zaak.