In deze zaak heeft de Rechtbank Amsterdam op 27 augustus 2017 uitspraak gedaan over de verlenging van de terbeschikkingstelling van een betrokkene, die in 2012 ter beschikking was gesteld. De officier van justitie had verzocht om verlenging van de terbeschikkingstelling met twee jaar, maar de rechtbank heeft besloten om deze met één jaar te verlengen. Dit besluit is genomen na een zorgvuldige afweging van de huidige situatie van de betrokkene, die momenteel in een beschermde woonsituatie verblijft en onder behandeling staat. De rechtbank heeft de betrokkene, zijn raadsman en deskundigen gehoord in een openbare raadkamer. De deskundige van Reclassering Nederland heeft aangegeven dat de betrokkene momenteel goed functioneert binnen de behandelsetting en dat hij gemotiveerd is om zijn behandeling voort te zetten. Er zijn echter zorgen over zijn lange termijn motivatie en de mogelijkheid van terugval in problematisch gedrag.
De rechtbank heeft vastgesteld dat, hoewel de behandeling waarschijnlijk langer zal duren dan één jaar, het belangrijk is om de voortgang van de betrokkene nauwlettend in de gaten te houden. De rechtbank wil de mogelijkheid openhouden om in te grijpen indien nodig, vooral gezien de verwachte veranderingen in het leven van de betrokkene, zoals de overgang naar meer zelfstandig wonen. De rechtbank heeft ook rekening gehouden met de adviezen van de deskundigen en de raadsman, die pleitte voor een kortere verlenging. Uiteindelijk heeft de rechtbank besloten om de terbeschikkingstelling met één jaar te verlengen, met de mogelijkheid van tussentijdse toetsing.