ECLI:NL:RBAMS:2017:4787

Rechtbank Amsterdam

Datum uitspraak
19 juli 2017
Publicatiedatum
5 juli 2017
Zaaknummer
C/13/624677 / HA ZA 17-226
Instantie
Rechtbank Amsterdam
Type
Uitspraak
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Onbevoegdheid Nederlandse rechter in geschil over beëindiging handelsrelatie tussen producent en distributeur

In deze zaak heeft de Rechtbank Amsterdam op 19 juli 2017 uitspraak gedaan in een incident betreffende de bevoegdheid van de Nederlandse rechter. De eiseres, Nike European Operations Netherlands B.V., had een geschil met de gedaagde, Tennistown GmbH, over de beëindiging van hun handelsrelatie. Nike vorderde een verklaring voor recht dat de handelsrelatie rechtsgeldig was beëindigd en dat Tennistown geen recht had op schadevergoeding. Tennistown stelde dat het geschil buiten de reikwijdte van het forumkeuzebeding viel en dat de rechtbank zich onbevoegd moest verklaren. De rechtbank oordeelde dat het forumkeuzebeding, dat in de algemene voorwaarden van Nike was opgenomen, niet van toepassing was op het geschil over de beëindiging van de handelsrelatie. De rechtbank concludeerde dat er geen rechtsmacht was voor de Nederlandse rechter en verklaarde zich onbevoegd om kennis te nemen van de vorderingen in de hoofdzaak. Nike werd veroordeeld in de proceskosten van het incident en de hoofdzaak, omdat zij nodeloos kosten had veroorzaakt door de zaak bij de verkeerde rechter aanhangig te maken.

Uitspraak

vonnis

RECHTBANK AMSTERDAM

Afdeling privaatrecht
zaaknummer / rolnummer: C/13/624677 / HA ZA 17-226
Vonnis in incident van 19 juli 2017
in de zaak van
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
NIKE EUROPEAN OPERATIONS NETHERLANDS B.V.,
gevestigd te Hilversum,
eiseres in de hoofdzaak,
verweerster in het incident,
advocaat mr. C. Jeloschek te Amsterdam,
tegen
de vennootschap naar Duits recht
TENNISTOWN GMBH,
gevestigd te Dresden,
gedaagde in de hoofdzaak,
eiseres in het incident,
advocaat mr. S.A. Lang te Amsterdam.
Partijen zullen hierna Nike en Tennistown genoemd worden.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
  • de dagvaarding van 20 december 2016,
  • de akte overlegging producties van Nike, met producties
  • de conclusie in incident ex artikel 11 Rv, met producties,
  • de conclusie van antwoord in het bevoegdheidsincident.
1.2.
Ten slotte is vonnis bepaald in het incident.

2.De geschil in het incident

2.1.
Nike is een producent van (onder meer) sportartikelen. Tennistown verkoopt via haar (web)winkel tennisartikelen.
2.2.
Vanaf september 2012 heeft Nike tennisartikelen aan Tennistown geleverd. Nike stelt hierover in de dagvaarding: “
Tussen partijen heeft er een korte handelsrelatie bestaan.(…)
In het kader van een aanpassing van haar distributiebeleid in Europa heeft[Nike]
deze relatie, bij brief van 17 september 2014, opgezegd per 31 augustus 2015.
2.3.
Nike vordert in de hoofdzaak een verklaring voor recht (i) dat de handelsrelatie tussen Nike en Tennistown per 31 augustus 2015 rechtsgeldig is beëindigd, (ii) dat Nike na de beëindiging niet gehouden is tot levering van producten aan Tennistown en (iii) dat Tennistown niet gerechtigd is tot schadevergoeding of andere compensatie als gevolg van de beëindiging van de handelsrelatie.
2.4.
De algemene voorwaarden van Nike bevatten - voor zover hier relevant - een rechtskeuze voor Nederlands recht en een forumkeuze voor de rechter te Amsterdam:
“12.1 Jeder Kaufvertrag ist als niederländischer Vertrag anzusehen und richtet sich in jeglicher Hinsicht nach dem Recht der Niederlande einschlieβlich des UN-Übereinkommens über Verträge über den internationalen Warenkauf (“CISG”)
12.2
Der Käufer unterwirft sich dem Gerichtsstand der Gerichte in Amsterdam, Niederlande, für jegliche Verfahren, die aus oder im Zusammenhang mit irgendeinem Kaufvertrag und/oder diesen Bedingungen entstehen.”
2.5.
Tennistown vordert in dit incident dat de rechtbank zich onbevoegd verklaart. Zij stelt (primair) dat het geschil buiten de reikwijdte van het forumkeuzebeding valt en (subsidiair) dat het forumkeuzebeding niet rechtsgeldig is overeengekomen, omdat Tennistown in haar eigen algemene voorwaarden een forumkeuze voor de Duitse rechter heeft opgenomen.

3.De beoordeling in het incident

3.1.
De rechtbank dient ambtshalve vast te stellen of de Nederlandse rechter rechtsmacht toekomt. Materieel en temporeel is de Verordening (EU) nr. 1215/2012 van het Europees Parlement en de Raad van 12 december 2012 betreffende de rechterlijke bevoegdheid, de erkenning en de tenuitvoerlegging van beslissingen in burgerlijke en handelszaken (hierna: de Herschikte EEX-Vo) van toepassing.
3.2.
De rechtbank zal er veronderstellenderwijs van uitgaan dat het forumkeuzebeding (vervat in de algemene voorwaarden van Nike) rechtsgeldig tussen partijen is overeengekomen als bedoeld in artikel 25 lid 1 Herschikte EEX-Vo. Partijen hebben zich niet uitgelaten over de vraag op welke wijze en naar welk recht het forumkeuzebeding moet worden uitgelegd (vgl. ECLI:NL:GHDHA:2017:1492). De rechtbank overweegt dat, op grond van de in de algemene voorwaarden opgenomen rechtskeuze, de koopovereenkomsten en dus de algemene voorwaarden en het forumkeuzebeding naar Nederlands recht moeten worden uitgelegd.
3.3.
Het forumkeuzebeding is beperkt tot geschillen ontstaan uit of in samenhang met “
irgendeinem Kaufvertrag”. Uit de eigen stellingen van Nike volgt dat de (beëindiging van de) handelsrelatie tussen Nike als verkoper en Tennistown als koper het voorwerp van geschil is. Nike vordert bovendien (onder meer) een verklaring voor recht dat geen schadevergoeding vanwege de beëindiging verschuldigd is. Uit de stellingen van Nike volgt dat haar vorderingen niet zien op een concrete koopovereenkomst, maar op het einde van de “handelsrelatie”. Die handelsrelatie bestond in ieder geval uit elkaar opvolgende koopovereenkomsten en werd (mede) beheerst door
Vertriebsrichtlinienvan Nike. Volgens Tennistown was er sprake van een distributieovereenkomst. Dat punt kan in het midden blijven, want een geschil over de beëindiging van die handelsrelatie, is niet een geschil dat voortvloeit uit of samenhangt met
irgendeinem(enige) koopovereenkomst: er is immers geen enkele koopovereenkomst aan te wijzen die onderwerp van het geschil is. Door Nike zijn geen feiten of omstandigheden aangedragen die - indien bewezen - de conclusie zouden kunnen dragen dat partijen over en weer redelijkerwijs van elkaar moeten hebben begrepen dat een geschil over het einde van de “handelsrelatie” zou worden bestreken door het forumkeuzebeding. Haar uitleg kan daarom niet worden gevolgd.
3.4.
De conclusie is dat dit geschil niet valt onder de reikwijdte van het forumkeuzebeding. Een andere grond voor rechtsmacht van de Nederlandse rechter is niet aangevoerd en ook ambtshalve ziet de rechtbank geen grond voor rechtsmacht van de Nederlandse rechter. De rechtbank dient zich daarom in de hoofdzaak onbevoegd te verklaren om kennis te nemen van het geschil.
3.5.
In het midden kan daarom blijven of het forumkeuzebeding (vervat in de algemene voorwaarden van Nike) rechtsgeldig tussen partijen is overeengekomen als bedoeld in artikel 25 lid 1 Herschikte EEX-Vo.
3.6.
Nike zal als de in het ongelijk gestelde partij in de proceskosten van het incident worden veroordeeld.
3.7.
Nike zal ook in de proceskosten van de hoofdzaak worden veroordeeld, nu zij nodeloos kosten heeft veroorzaakt door die hoofdzaak bij de verkeerde rechter aanhangig te maken. De kosten aan de zijde van Tennistown in de hoofdzaak worden begroot op € 618,00 aan griffierecht.
3.8.
De gevorderde veroordeling in de nakosten is in het kader van deze procedure slechts toewijsbaar voor zover deze kosten op dit moment reeds kunnen worden begroot. De nakosten zullen dan ook worden toegewezen op de wijze zoals in de beslissing vermeld.

4.De beslissing

De rechtbank
in het incident in de hoofdzaak
4.1.
verklaart zich onbevoegd van de vorderingen in de hoofdzaak kennis te nemen,
4.2.
veroordeelt Nike in de kosten van het incident, aan de zijde van Tennistown tot op heden begroot op € 452,00, te vermeerderen met de wettelijke rente als bedoeld in art. 6:119 BW over dit bedrag met ingang van de veertiende dag na de datum van dit vonnis tot de dag van volledige betaling,
4.3.
veroordeelt Nike in de proceskosten in de hoofdzaak, aan de zijde van Tennistown tot op heden begroot op € 618,00, te vermeerderen met de wettelijke rente als bedoeld in art. 6:119 BW over dit bedrag met ingang van de veertiende dag na de datum van dit vonnis tot de dag van volledige betaling,
4.4.
veroordeelt Nike in de na dit vonnis ontstane kosten, begroot op € 131,00 aan salaris advocaat, te vermeerderen, onder de voorwaarde dat Nike niet binnen veertien dagen na aanschrijving aan het vonnis heeft voldaan en er vervolgens betekening van de uitspraak heeft plaatsgevonden, met een bedrag van € 68,00 aan salaris advocaat en de explootkosten van betekening van de uitspraak, en te vermeerderen met de wettelijke rente als bedoeld in art. 6:119 BW over de nakosten met ingang van de veertiende dag na de betekening van dit vonnis tot de dag van volledige betaling,
4.5.
verklaart de proceskostenveroordelingen uitvoerbaar bij voorraad.
Dit vonnis is gewezen door mr. M.E.M. James-Pater, rechter, bijgestaan door mr. E.J. van Veelen, griffier, en in het openbaar uitgesproken op 19 juli 2017.