4.4.Bewezenverklaring
De rechtbank acht bewezen dat verdachte
ten aanzien van het in zaak A ten laste gelegde
1.
in de periode van 1 mei 2015 tot en met 5 juni 2015 te Aalsmeer, telkens wederrechtelijk stelselmatig opzettelijk inbreuk heeft gemaakt op de persoonlijke levenssfeer van [slachtoffer 1] , met het oogmerk voornoemde [slachtoffer 1] , te dwingen iets te doen, te dulden en vrees aan te jagen, immers heeft hij, verdachte, zich voordoend als [slachtoffer 2] en [naam 2] ,
- voornoemde [slachtoffer 1] tekstberichten en afbeeldingen gestuurd via Facebook-messenger onder meer een naaktfoto van verdachte ( [verdachte] ) en "Dit is de eerste foto die online gaat luister je niet." en "Wij willen een filmpje van je anders gaat ook die foto van je zus online ik heb exact zo'n foto als van die eikel borsten kut kont alles zie je, moet je zien als bewijs." en
- voornoemde [slachtoffer 1] tekstberichten gestuurd per SMS onder meer "Heb jij dat virus verstuurd? ik heb nog steeds je fotos en de cam van je zus gehackt. die fotos gaan online tenzij jij filmpje maakt dat je je vingert totdat je klaarkomt." en "Filmpje naar [e-mail adres] ." en "Ik wil nog een keer neuken." en "Als ik geen foto van je kut krijg gaat er een brief naar [naam 3] aalsmeer." en “ [e-mail adres] je hebt 5 minuten." en
- voornoemde [slachtoffer 1] (op één dag 120) tekstberichten gestuurd via Telegram onder meer "Hoi" en "Ik zag vandaag een e-mail van je zwager" en "ik wist niet dat het zo uit de hand zou lopen." En "klopt het dat hij een contactverbod heeft geregeld." En "ik wilde je alleen maar naakt zien.";
2.
in de periode van 1 juni 2015 tot en met 30 juni 2015 in Nederland, telkens opzettelijk en wederrechtelijk identificerende persoonsgegevens, niet zijnde biometrische persoonsgegevens, van een ander, te weten het Facebook-account van [slachtoffer 1] , heeft gebruikt, met het oogmerk om zijn, verdachtes, identiteit te verhelen, waardoor uit dat gebruik enig nadeel is ontstaan, immers heeft hij, verdachte, het Facebook-account van die [slachtoffer 1] online gezet en vervolgens voornoemd Facebook-account gebruikt om vrouwen te benaderen die een fotoshoot wilde doen voor geld;
3.
in de periode van 1 april 2015 tot en met 30 juni 2015 in Nederland, telkens opzettelijk en wederrechtelijk identificerende persoonsgegevens, niet zijnde biometrische persoonsgegevens, van een ander, te weten het Facebook Messenger-account en het valse e-mailadres [e-mail adres] van [slachtoffer 2] , heeft gebruikt, met het oogmerk om zijn, verdachtes, identiteit te verhelen, waardoor uit dat gebruik enig nadeel is ontstaan, immers heeft hij, verdachte, via Facebook Messenger en [e-mail adres] seksueel getinte en bedreigende berichten verstuurd als ware hij, verdachte, die [slachtoffer 2] ;
4.
op 11 mei 2015 te Aalsmeer, [slachtoffer 3] heeft bedreigd met brandstichting, immers heeft verdachte opzettelijk voornoemde [slachtoffer 3] dreigend de woorden toegevoegd: "De bus van de buurman op huisnummer 67 wordt in de brand gestoken.";
5.
in de periode van 21 december 2014 tot en met 22 december 2014 in Nederland, opzettelijk, de goede naam van [slachtoffer 4] heeft aangerand, door tenlastelegging van een bepaald feit, met het kennelijke doel om daaraan ruchtbaarheid te geven, immers heeft hij, verdachte, met voormeld doel vanaf het e-mailadres: [e-mail adres] gestuurd aan verschillende personen waarin wordt opgeroepen het huis van [verdachte] /verdachte in brand te steken en [verdachte] /verdachte te vermoorden, terwijl verdachte wist dat dit ten laste gelegde feit in strijd met de waarheid was;
6.
in de periode van 28 september 2015 tot en met 6 oktober 2015 in Nederland, opzettelijk, de goede naam van [slachtoffer 5] heeft aangerand, door tenlastelegging van een bepaald feit, met het kennelijke doel om daaraan ruchtbaarheid te geven, immers heeft hij, verdachte, met voormeld doel, vanaf het e-mailadres: [e-mail adres] een e-mail gestuurd naar [e-mail adres] met daarin een tekst die er op wijst dat die [slachtoffer 5] verdachte/ [verdachte] en zijn gezin zou bedreigen, terwijl verdachte wist dat dit ten laste gelegde feit in strijd met de waarheid was;
ten aanzien van het in zaak B ten laste gelegde
2.
in de periode van 1 januari 2016 tot en met 29 februari 2016 te Aalsmeer, opzettelijk, de goede naam van [slachtoffer 7] heeft aangerand, door tenlastelegging van een bepaald feit, met het kennelijke doel om daaraan ruchtbaarheid te geven, immers heeft hij, verdachte, met voormeld doel,
- bij een externe klachtencommissie een klacht tegen die [slachtoffer 7] ingediend omdat die [slachtoffer 7] contact had opgenomen met de nieuwssite dichtbij.nl en,
- een brief van de Jeugdbescherming geschreven door [slachtoffer 7] vervalst, immers heeft hij, verdachte, die brief overgetypt en daarin excuses (voor het feit dat ze met iemand gesproken had over de casus van verdachte [verdachte] ) van die [slachtoffer 7] opgenomen, terwijl verdachte wist
dat dit ten laste gelegde feit in strijd met de waarheid was;
3.
op 9 april 2016 te Aalsmeer, opzettelijk en wederrechtelijk identificerende persoonsgegevens, te weten het Facebook (Messenger)-account van [slachtoffer 8] onder de naam [naam 6] , heeft gebruikt, met het oogmerk om zijn, verdachtes, identiteit te verhelen, waardoor uit dat gebruik enig nadeel kan zijn ontstaan, immers heeft hij, verdachte, via Facebook (Messenger) seksueel getinte berichten en foto's verstuurd aan [naam ex-zwager] (zijn ex-zwager), als ware hij, verdachte, die [slachtoffer 8] ;
4.
in de periode van 20 april 2015 tot en met 3 september 2015 in Nederland, opzettelijk, de goede naam van [slachtoffer 9] heeft aangerand, door tenlastelegging van een bepaald feit, met het kennelijke doel om daaraan ruchtbaarheid te geven, immers heeft hij, verdachte, met voormeld doel, uit naam van die [slachtoffer 9] via onder meer Facebook bedreigingen geuit in de richting van verdachte/ [verdachte] en [naam 7] en e-mails vanaf het e-mailadres van die [slachtoffer 9] verstuurd naar kennissen en werkgevers van die [slachtoffer 9] met daarin onder meer bedreigende teksten in de richting van verdachte/ [verdachte] en [naam 7] en hun families, terwijl verdachte wist dat dit ten laste gelegde feit in strijd met de waarheid was.
Voor zover in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn deze verbeterd. Verdachte is hierdoor niet in de verdediging geschaad.