Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
wrakingskamer
[verzoeker] en anderen (bijlage), verzoekers
Verloop van de procedure
Gronden van de beslissing
Beslissing
af;
Rechtbank Amsterdam
In deze zaak heeft de Rechtbank Amsterdam op 25 april 2017 een verzoek tot wraking afgewezen. Verzoekers, die betrokken zijn in verschillende civiele procedures tegen Dexia Bank N.V., voerden aan dat zij ongelijk werden behandeld ten opzichte van de wederpartij, omdat aan Dexia tweemaal uitstel was verleend, terwijl hun verzoek om uitstel was afgewezen. De rechtbank oordeelde dat de rechter in overeenstemming met het Procesreglement had gehandeld en dat er geen sprake was van ongelijke behandeling. De rechtbank stelde vast dat het splitsingsverzoek van Dexia was toegewezen om een ordelijk verloop van de procedure te waarborgen en dat verzoekers hun verzoek om uitstel niet hadden gemotiveerd. De rechtbank concludeerde dat er geen grond was voor de vrees van verzoekers dat de rechter vooringenomen was. Het verzoek tot wraking werd dan ook afgewezen, en de procedures werden voortgezet in de stand waarin zij zich bevonden op het moment van het wrakingverzoek.