ECLI:NL:RBAMS:2017:1787
Rechtbank Amsterdam
- Beschikking
- Rechtspraak.nl
Herstelbeschikking inzake schorsing tenuitvoerlegging gevangenisstraf na hoger beroep
Op 22 februari 2017 heeft de Rechtbank Amsterdam een herstelbeschikking gegeven in de zaak met parketnummer 96/093705-16. Deze beschikking betreft de schorsing van de tenuitvoerlegging van een aan de verzoeker opgelegde gevangenisstraf. De politierechter, die zitting hield als voorzieningenrechter, heeft deze schorsing verleend omdat de verzoeker hoger beroep heeft ingesteld tegen het vonnis en het niet onomstotelijk vaststaat dat het vonnis aan hem is betekend.
De rechtbank heeft geconstateerd dat er een kennelijke misslag in de eerdere beschikking was. In plaats van te vermelden dat de vordering van de officier van justitie was, diende te worden vermeld dat het ging om het verzoek van de raadsman. Dit werd gecorrigeerd in de herstelbeschikking. Daarnaast heeft de raadsman verzocht om een aanpassing van een zinsnede met betrekking tot de handtekening op de akte van uitreiking. Dit verzoek werd echter niet gehonoreerd, omdat het niet overeenkwam met de aantekeningen van de griffier en de rechter.
De herstelbeschikking is gegeven door mr. M.R. Jöbsis, voorzieningenrechter, in tegenwoordigheid van griffier G. Jenuwein. De zaak is van belang voor de rechtsgang van de verzoeker, die zijn recht op hoger beroep uitoefent en wiens situatie door de rechtbank zorgvuldig is beoordeeld.