Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
vonnis van de kantonrechterkort geding
[eiseres in conventie, verweerster in reconventie]
de besloten vennootschap Mak Beleggingen BV
VERLOOP VAN DE PROCEDURE
GRONDEN VAN DE BESLISSING
Uitgangspunten
24-1-2017 [naam 3] : ‘
Ik heb de woning op 1-hoog vandaag bekeken en alvorens verdere toezeggingen te doen, het volgende. De woning is vandaag opgenomen qua woning waarderingspunten, resultaat 134 punten zonder extra punten ivm renovatie. Dan zou de woning geliberaliseerd zijn. Is cliënt geïnteresseerd om de huur behorende bij bovengenoemd puntenaantal te betalen? Zo ja, dan ga ik het nogmaals met mijn opdrachtgever overleggen en mijn best doen om tot een constructieve oplossing te komen.’
26-1-2017 gemachtigde [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] : ‘
Voor cliënte zou een woning met een huur die overeenkomt met 134 punten: € 655,94, te duur zijn, en ook in strijd met de eerdere toezegging van de eigenaar dat de huur voor de eerste verdieping, in zijn woorden, alleen maar “een ietsie pietsie” hoger zou zijn dan de huidige huur die cliënte betaalt: € 396,44. Maar cliënte is wel in staat om € 100 meer huur te betalen, dus € 496. Ze is dan ook bereid om afstand te doen van haar rechten op de zolderberging. Graag hoor ik wat de eigenaar vindt van dit voorstel.’
26-1-2017 [naam 3] : ‘
De door u voorgestelde huur is wel een enorme depreciatie. Het is een veel leukere woning dan wat cliënt nu heeft, met dakterras en cv. Daarnaast is het toegestaan om de partner van cliënt bij haar te doen inwonen, niet als huurder op het contract, maar wel met toestemming van de verhuurder. Cliënt stelt daarom voor het verschil te middelen tussen wat cliënt nu betaalt en wat cliënt zou moeten betalen. Dit gemiddelde komt op€ 525,--.1k hoor graag uw reactie.’
31-1-2017 gemachtigde [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] : ‘
Cliënte heeft enige tijd over uw voorstel moeten nadenken. Zij wil het echter toch afwijzen, omdat ze de huur nog steeds te hoog vindt. Cliënte heeft er zeker begrip voor dat de eigenaar van de woning de huur niet lager wil zetten. Ze wil daarom beklemtonen dat zij bereid is om van het recht op gebruik van de zolderverdieping af te zien, tegen betaling van een bedrag van € 6000. Indien de eigenaar dat zou willen, zou dit bedrag in termijnen betaald kunnen worden.’
6-2-2017 [naam 3] : ‘
Naar aanleiding van ons plezierige gesprek van zojuist, hierbij de bevestiging waarbij wij hopen dit dossier te kunnen sluiten. Cliënt gaat akkoord met verhuur van de eerste etage aan mevrouw voor een kale huur van € 500,-- per maand. Voor de goede orde, dit is dus zonder een berging op zolder. Vertrouwende u hiermee voldoende te hebben geïnformeerd en wachtende op uw reactie.’
7-2-2017 gemachtigde [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] : ‘
Cliënte heeft opnieuw een berekening van haar te verwachten inkomsten en uitgaven gedaan en een maandhuur van € 500 is voor tot haar spijt ook te veel. Het dossier kan daardoor helaas toch niet gesloten worden. Ik denk dat het beter is om de zolderberging af te kopen.’
7-2-2017 [naam 3] : ‘
Die 4 euro is haar teveel?’
8-2-2017 [naam 3] : ‘
Cliënt gaat akkoord met door uw cliënt gedane onderstaande voorstel. Graag verzoeken wij uw cliënt contact met kantoor op te nemen over de datum van ingang van het nieuwe contract.’
met onder dit bericht het hierboven geciteerde bericht van de gemachtigde van [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] d.d. 26 januari 2017, waarin zij verklaart bereid te zijn om voor de eerste etage een huur te betalen van € 496,- onder afstand van haar rechten op de berging.
Vordering en standpunt [eiseres in conventie, verweerster in reconventie]
dat gedaagde bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad, wordt veroordeeld om binnen twee weken na betekening van het vonnis op de zolder van het pand aan de [straat] in [plaats] een berging te bouwen van 6 m2, op straffe van een dwangsom van€ 250 per dag voor elke na de periode van twee weken de berging niet gereed is, en dit met veroordeling van de kosten van het geding.”
Vordering en standpunt Mak Beleggingen
Beoordeling
alvorens verdere toezeggingen te doen’ of [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] bereid was om de huur te betalen die volgt uit het voor die woning geldende puntenaantal van 134. Dit kan niet als een onvoorwaardelijk aanbod worden aangemerkt.
€ 525,- per maand. Voor zover dit voorstel van Mak Beleggingen kan worden aangemerkt als een aanvaarding van het aanbod van [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] om een huurovereenkomst voor de eerste etage aan te gaan, heeft dit te gelden als een aanvaarding die op een essentieel onderdeel (namelijk de huurprijs) van het aanbod van [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] afwijkt, en dus als een nieuw aanbod en tevens als een verwerping van het aanbod van [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] (artikel 6:225 BW). Door die verwerping is het aanbod van [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] vervallen (art. 6:221 lid 2 BW), zodat een latere aanvaarding daarvan niet meer een overeenkomst tot stand kan doen komen.