ECLI:NL:RBAMS:2017:1086

Rechtbank Amsterdam

Datum uitspraak
7 februari 2017
Publicatiedatum
24 februari 2017
Zaaknummer
13/994036-16
Instantie
Rechtbank Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Veroordeling voor het smokkelen van beschermde dieren en het benadelen van dierenwelzijn

Op 7 februari 2017 heeft de Rechtbank Amsterdam uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die samen met mededaders 259 reptielen, waaronder beschermde hagedissen en schildpadden, heeft gesmokkeld van Mexico naar Schiphol. De rechtbank oordeelde dat de verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan het smokkelen van beschermde dieren, het benadelen van dierenwelzijn en het onthouden van zorg aan deze dieren. De feiten vonden plaats tussen 1 augustus 2016 en 3 september 2016. De reptielen werden onder erbarmelijke omstandigheden vervoerd, zonder voldoende voedsel, water of bewegingsruimte, wat leidde tot de dood van enkele dieren en ernstige verwaarlozing van anderen. De rechtbank concludeerde dat de overtredingen in eendaadse samenloop zijn begaan, waarbij de artikelen 2.1 en 2.2 van de Wet dieren hetzelfde belang beschermen, namelijk het waarborgen van dierenwelzijn. De rechtbank legde een gevangenisstraf van vier maanden en een geldboete van € 10.000,- op, rekening houdend met de ernst van de feiten en de financiële gevolgen voor de overheid.

Uitspraak

RECHTBANK AMSTERDAM

VONNIS
Parketnummer: 13/994036-16
Datum uitspraak: 7 februari 2017
Vonnis van de rechtbank Amsterdam, meervoudige economische strafkamer, in de strafzaak tegen verdachte
[verdachte] ,
geboren op [geboortedatum] 1984 te [geboorteplaats] (Spanje),
zonder vaste woon- of verblijfplaats in Nederland, met als opgegeven woonadres [adres] , [plaats] (Spanje).

1.Het onderzoek ter terechtzitting

Dit vonnis is bij verstek gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting van 7 februari 2017 en na kennisname van de vordering van de officier van justitie, mr. M.C.A. Plantenga.

2.De tenlastelegging

De verdachte wordt, samengevat en zakelijk weergegeven, verweten dat zij zich te Schiphol (gemeente Haarlemmermeer), in Mexico en/of Spanje heeft schuldig gemaakt aan
  • het smokkelen van beschermde dieren in de periode van 1 augustus 2016 tot en met 3 september 2016 (feit 1);
  • het mishandelen van dieren, dan wel benadelen van het welzijn van die dieren, en/of het als houder van dieren aan die dieren de nodige zorg onthouden op of omstreeks 3 september 2016 (feit 2 onder A en B).
De volledige tekst van de tenlastelegging is als bijlage aan dit vonnis gehecht en maakt daarvan deel uit.

3.De voorvragen

De dagvaarding is geldig, deze rechtbank is bevoegd tot kennisneming van de ten laste gelegde feiten en de officier van justitie is ontvankelijk. Er zijn verder geen redenen voor schorsing van de vervolging.

4.De waardering van het bewijs

De rechtbank heeft bij de beoordeling van de ten gelegde feiten acht geslagen op de zich in het dossier bevindende stukken en overweegt als volgt.
Op 3 september 2016 is bij de douane op Schiphol een aandachtvestiging binnen gekomen over drie personen, namelijk [persoon 1] (hierna: [persoon 1] ), [persoon 2] (hierna: [persoon 2] ) en [verdachte] (hierna: [verdachte] ), die betrokken zouden zijn bij reptielensmokkel van Mexico via Schiphol naar Spanje. Naar aanleiding van de aandachtvestiging hebben douanemedewerkers de vier koffers van deze personen in het bagageruim opgezocht en gescand, waaruit bleek dat zich dieren in de koffers bevonden. [persoon 1] , [persoon 2] en [verdachte] zijn daarna door opsporingsambtenaren van de douane benaderd en naar de kofferruimte gebracht, waar zij de vier kort daarvoor gescande koffers aanwezen als hun eigendommen. Na het openen van de koffers bleken daarin in totaal 259 reptielen te zitten, waaronder schildpadden, hagedissen, leguanen en slangen. Sommige van deze dieren behoren tot beschermde diersoorten.
Een dierenarts van de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit heeft de reptielen onderzocht en verklaard over de omstandigheden waaronder deze zijn vervoerd. De schildpadden waren verpakt in luiers, zonder ruimte om de kop en ledematen te strekken. Een grote zwarte leguaan was verpakt in een stoffen tas met daarin een gat waardoor het hoofd stak en klem zat. In één zak zaten 26 zwarte- en helmleguanen, waarvan er zeven waren overleden en anderen zich in zeer zwakke en uitgedroogde conditie bevonden. De manier van verpakken en vervoeren liet geen ventilatie toe, beschermde de reptielen niet tegen de overige kofferinhoud en bood niet genoeg ruimte om op een natuurlijke manier te kunnen liggen. Ook bood het niet afdoende bescherming tegen de extreem lage temperaturen die tijdens de vlucht kunnen optreden in een vrachtruim en onthield het de reptielen van de mogelijkheid om tijdens de reis te eten en te drinken.
[persoon 1] en [verdachte] hebben allebei verklaard dat de reptielen in Mexico zijn gekocht en naar Spanje werden vervoerd voor het geld dat met de handel in reptielen kan worden verdiend. [verdachte] en [persoon 2] gingen mee naar Mexico om te helpen bij de smokkel. [persoon 1] heeft hen hiervoor geld gegeven, om in ieder geval hun reis en verblijf daar te financieren. Hoewel [persoon 2] heeft ontkend dat de reptielen voor de handel waren bestemd, heeft hij wel bevestigd dat hij de reptielen samen met [persoon 1] en [verdachte] heeft ingepakt en vervoerd.
Op basis van deze feiten en omstandigheden acht de rechtbank de onder 1 en onder 2 onder A en B ten laste gelegde feiten bewezen. Niet alleen hebben verdachte en haar mededaders beschermde hagedissen en schildpadden gesmokkeld, maar ook hebben zij gedurende enige tijd, ten minste gedurende de gehele vlucht van Mexico naar Schiphol, het welzijn benadeeld van de 259 reptielen die zij vervoerden en hen de nodige verzorging onthouden.

5.De bewezenverklaring

De rechtbank acht bewezen dat verdachte
ten aanzien van het onder 1 ten laste gelegde feitop 3 september 2016 te Schiphol (gemeente Haarlemmermeer) tezamen en in vereniging met anderen opzettelijk dieren, behorende tot een beschermde uitheemse diersoort, te weten 14 hagedissen (Engelse naam: San Esteban Chuckwalla) (wetenschappelijke naam: Sauromalus varius) en 27 moerasschildpadden (Engelse naam: Spotted box turtle) (wetenschappelijke naam: Terrapene nelsoni) binnen het grondgebied van Nederland heeft gebracht;
ten aanzien van de onder 2 onder A en B ten laste gelegde feitenA. op 3 september 2016 te Schiphol (gemeente Haarlemmermeer) tezamen en in vereniging met anderen bij:
- een Sonora katoogslang (wetenschappelijke naam: Leptodeira splendida), en
- 16 hagedissen (Engelse naam: Mexican spiny-tailed iguana) (wetenschappelijke naam: Ctenosaura pectinata), en
- 14 hagedissen (Engelse naam: San Esteban Chuckwalla) (wetenschappelijke naam: Sauromalus varius), en
- 20 hagedissen (Engelse naam: Red-lipped Arboreal Alligator Lizard) (wetenschappelijke naam: Abronia lythrochila), en
- 23 hagedissen (Engelse naam: Mixtecan Arboreal Alligator Lizard) (wetenschappelijke naam: Abronia mixteca), en
- 13 helmleguanen (wetenschappelijke naam: Corytophanes hernandezii), en
- 42 halsbandleguanen (wetenschappelijke naam: Crotaphytus collaris), en
- 8 hazelworm boomhagedissen, (wetenschappelijke naam: Mesaspis viridiflava), en
- 75 padhagedissen (wetenschappelijke naam: Phrynosoma ssp.), en
- 5 stekelleguanen (wetenschappelijke naam: Sceloporus malachiticus), en
- 13 stekelleguanen (wetenschappelijke naam: Sceloporus ssp.), en
- een Gopher schildpad (wetenschappelijke naam: Gopherus agassizii), en
- 27 moerasschildpadden (Engelse naam: Spotted box turtle) (wetenschappelijke naam: Terrapene nelsoni), en
- een gifslang (Engelse naam: sidewinder) (wetenschappelijke naam: Crotalus cerastus)
zonder redelijk doel de gezondheid en het welzijn van die dieren heeft benadeeld, immers hebben zij, verdachte, en haar mededaders, die dieren:
- gedurende lange tijd in koffers laten vervoeren, terwijl daarop geen aanduiding was aangebracht dat zich daarin levende dieren bevonden en die koffers daarom als standaard ruimbagage zijn behandeld, en
- gedurende lange tijd niet laten beschikken over een toereikende hoeveelheid voer, en
- gedurende lange tijd niet laten beschikken over een toereikende hoeveelheid drinkwater, en
- gedurende lange tijd niet laten beschikken over voldoende bewegingsruimte, en
- gedurende lange tijd laten vervoeren in een te kleine ruimte, zonder dat sprake was van afdoende ventilatiemogelijkheden, en
- gedurende lange tijd onder te koude condities laten vervoeren;
en
B. op 3 september 2016 te Schiphol (gemeente Haarlemmermeer) tezamen en in vereniging met anderen als houder van:
- een Sonora katoogslang (wetenschappelijke naam: Leptodeira splendida), en
- 16 hagedissen (Engelse naam: Mexican spiny-tailed iguana) (wetenschappelijke naam: Ctenosaura pectinata), en
- 14 hagedissen (Engelse naam: San Esteban Chuckwalla) (wetenschappelijke naam: Sauromalus varius), en
- 20 hagedissen (Engelse naam: Red-lipped Arboreal Alligator Lizard) (wetenschappelijke naam: Abronia lythrochila), en
- 23 hagedissen (Engelse naam: Mixtecan Arboreal Alligator Lizard) (wetenschappelijke naam: Abronia mixteca), en
- 13 helmleguanen (wetenschappelijke naam: Corytophanes hernandezii), en
- 42 halsbandleguanen (wetenschappelijke naam: Crotaphytus collaris), en
- 8 hazelworm boomhagedissen, (wetenschappelijke naam: Mesaspis viridiflava), en
- 75 padhagedissen (wetenschappelijke naam: Phrynosoma ssp.), en
- 5 stekelleguanen (wetenschappelijke naam: Sceloporus malachiticus), en
- 13 stekelleguanen (wetenschappelijke naam: Sceloporus ssp.), en
- een Gopher schildpad (wetenschappelijke naam: Gopherus agassizii), en
- 27 moerasschildpadden (Engelse naam: Spotted box turtle) (wetenschappelijke naam: Terrapene nelsoni), en
- een gifslang (Engelse naam: sidewinder) (wetenschappelijke naam: Crotalus cerastus)
aan die dieren de nodige verzorging heeft onthouden, immers hebben zij, verdachte, en haar mededaders, die dieren:
- gedurende lange tijd in koffers laten vervoeren, terwijl daarop geen aanduiding was aangebracht dat zich daarin levende dieren bevonden en die koffers daarom als standaard ruimbagage zijn behandeld, en
- gedurende lange tijd niet laten beschikken over een toereikende hoeveelheid voer, en
- gedurende lange tijd niet laten beschikken over een toereikende hoeveelheid drinkwater, en
- gedurende lange tijd niet laten beschikken over voldoende bewegingsruimte, en
- gedurende lange tijd laten vervoeren in een te kleine ruimte, zonder dat sprake was van afdoende ventilatiemogelijkheden, en
- gedurende lange tijd onder te koude condities laten vervoeren.
Voor zover in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn deze in de bewezenverklaring verbeterd. De verdachte is hierdoor niet in de verdediging geschaad.

6.De kwalificatie van de bewezen verklaarde feiten

Het onder 1 bewezen verklaarde feit levert op het medeplegen van het opzettelijk overtreden van een voorschrift gesteld bij artikel 13, eerste lid, van de Flora- en Faunawet.
Bij het kwalificeren van de onder 2 onder A en B bewezen verklaarde feiten is van belang dat de bewezen gedragingen gelijkluidend zijn en door de omstandigheden waaronder die gedragingen zijn begaan, niet één, maar twee strafbare feiten opleveren, namelijk het medeplegen van overtreding van artikel 2.1, eerste lid, van de Wet dieren en van overtreding van artikel 2.2, achtste lid, van deze wet.
De officier van justitie heeft betoogd dat de beschermde belangen van deze twee strafbepalingen verschillen en dat de strafbepalingen bovendien tot verschillende doelgroepen gericht zijn. De onder 2 bewezen verklaarde gedragingen leveren daarmee elk een zelfstandig strafbaar feit op en kunnen onafhankelijk van elkaar worden geconstateerd. Om die reden is ten aanzien van alle bewezen verklaarde feiten, maar de onder 2 onder A en B bewezen verklaarde feiten in het bijzonder, sprake van meerdaadse samenloop, namelijk de samenloop van feiten die meerdere misdrijven opleveren, aldus de officier van justitie.
De rechtbank ziet zich, mede gelet op het vonnis in de zaak tegen [persoon 1] (parketnummer 13/994035-16), voor de vraag gesteld of sprake is van enige samenloop tussen de bewezen verklaarde feiten en zo ja, of deze feiten in eendaadse- en/of meerdaadse samenloop zijn begaan. De rechtbank overweegt hieromtrent als volgt.
Bij de beantwoording van de vraag of ten aanzien van de onder 2 onder A en B bewezen verklaarde feiten van samenloop sprake is, heeft de rechtbank aansluiting gezocht bij de wetgeschiedenis, in het bijzonder de Memorie van Toelichting op deze wet [1] . De rechtbank stelt voorop dat overtreding van de artikelen 2.1 en 2.2 van de Wet dieren, zoals de officier van justitie terecht heeft betoogd, elk een zelfstandig strafbaar feit kunnen opleveren en ook onafhankelijk van elkaar kunnen worden geconstateerd en ten laste gelegd. Zo richt artikel 2.2 van de Wet dieren zich tot de houder en heeft het betrekking op het onthouden van verzorging aan dieren, en richt artikel 2.1 zich tot een ieder en ziet het op dierenmishandeling. In deze zaak zijn de gedragingen aan te merken als het onthouden van verzorging tijdens de vlucht, maar ook als dierenmishandeling, waar het bijvoorbeeld gaat om het blootstellen van de dieren aan extreem lage temperaturen. De gedragingen zijn tegelijkertijd geconstateerd en laten tezamen eenheid zien in plaats en tijd. Ook is de strafbedreiging van de strafbepalingen gelijkluidend.
Of de samenloop van deze bewezen feiten eendaadse- of meerdaadse samenloop opleveren, in de zin van artikel 55 respectievelijk artikel 57 van het Wetboek van Strafrecht (hierna: Sr), is afhankelijk van het belang dat de overtreden strafbepalingen beschermen. De rechtbank is van oordeel dat de artikelen 2.1 en 2.2 van de Wet dieren hetzelfde belang beogen te beschermen, namelijk het belang om dierenwelzijn en -gezondheid te waarborgen en dierenleed te voorkomen. Dat de normadressaat van deze strafbepalingen enigszins uiteenloopt, namelijk dat het enerzijds één ieder verplicht om dit belang te beschermen en anderzijds houders in het bijzonder, maakt die conclusie niet anders. Uit de wetsgeschiedenis leidt de rechtbank af dat artikel 2.1 van de Wet dieren in algemene bewoordingen de norm omschrijft dat dierenwelzijn en -gezondheid moet worden gewaarborgd en dierenleed moet worden voorkomen. Dit betekent dat steeds in het licht van de tijdgeest en de concrete omstandigheden moet worden beoordeeld of gedragingen onder deze strafbepaling vallen. De rechtbank begrijpt de wetgeschiedenis zo, dat andere strafbepalingen, zoals artikel 2.2 van de Wet dieren, in het licht van artikel 2.1 van de wet moeten worden geplaatst en de in dit artikel neergelegde norm ondersteunen en verduidelijken. Uit de wetsgeschiedenis kan naar het oordeel van de rechtbank niet worden afgeleid dat de twee strafbepalingen in een bijzondere verhouding tot elkaar staan, zoals bedoeld in artikel 55, tweede lid, Sr, in die zin dat artikel 2.2 van de Wet dieren een bijzondere vorm van artikel 2.1 van de wet zou inhouden. De enkele opmerking in de Memorie van Toelichting dat het voorgestelde artikel 2.1 van de Wet dieren als vangnet heeft te gelden ten opzichte van het voorgestelde artikel 2.2 van de wet [2] , is hiervoor onvoldoende. Bovendien blijkt uit de context van de betreffende alinea dat deze betrekking heeft op het zesde lid van artikel 2.1 van de Wet dieren en niet op het bewezen verklaarde eerste lid van artikel 2.1 van de wet.
De artikelen 2.1 en 2.2 van de Wet dieren dienen naar het oordeel van de rechtbank dus hetzelfde beschermde belang, maar leveren aparte strafbare feiten op, zonder dat sprake is van onderlinge rangorde tussen deze strafbare feiten. Dit leidt tot de conclusie dat de onder 2 onder A en B bewezen verklaarde feiten in eendaadse samenloop zijn begaan, in de zin van artikel 55, eerste lid, Sr.
Het onder 1 bewezen verklaarde feit, dat een ander belang beoogt te beschermen, namelijk de bescherming en instandhouding van in het wild levende planten- en diersoorten, is daarnaast in meerdaadse samenloop begaan met de onder 2 onder A en B bewezen verklaarde feiten, in de zin van artikel 57 Sr.
De rechtbank houdt bij het bepalen van de strafmaat rekening met deze eendaadse- en meerdaadse samenloop en heeft deze daarin verdisconteerd.

7.De strafbaarheid van de feiten en verdachte

De bewezen verklaarde feiten zijn volgens de wet strafbaar. Het bestaan van een rechtvaardigingsgrond is niet aannemelijk geworden.
Er is geen omstandigheid aannemelijk geworden die de strafbaarheid van de verdachte uitsluit. Zij is dan ook strafbaar.

8.De strafmotivering

De hierna te noemen strafoplegging is in overeenstemming met de ernst van de bewezen verklaarde feiten, de omstandigheden waaronder die feiten zijn begaan en de persoon van verdachte. De rechtbank heeft in het bijzonder het volgende laten meewegen.
Verdachte heeft samen met haar mededaders een grote hoeveelheid reptielen onder zeer erbarmelijke omstandigheden vervoerd. Enkele reptielen zijn door het toedoen van verdachte en haar mededaders zo slecht behandeld, dat zij zijn overleden. Andere reptielen waren er zeer slecht aan toe. Verdachte en haar mededaders hebben de reptielen, waarvan een deel als beschermde diersoort is aangemerkt, uit hun natuurlijke habitat weggerukt om ze voor veel geld aan verzamelaars te verkopen. Vooral de verkoop van bedreigde diersoorten is erg lucratief. Door zo te handelen hebben verdachte en haar mededaders actief bijgedragen aan de bedreiging van deze soorten.
Gelet op de ernst van deze bewezen verklaarde feiten acht de rechtbank oplegging van een onvoorwaardelijke gevangenisstraf aangewezen. Bij het bepalen van de duur daarvan wordt aansluiting gezocht bij straffen die rechtbanken en gerechtshoven plegen op te leggen in soortgelijke zaken. De rechtbank acht echter ook oplegging van een geldboete passend en geboden.
Uit het dossier is gebleken dat [persoon 1] handelt in reptielen en dat verdachte hem hierbij tegen betaling heeft geholpen. De aangetroffen reptielen zijn op bepaalde markten erg in trek en hebben een gezamenlijke marktwaarde van meer dan € 150.000,-. De bedreigde diersoorten alleen (41 hagedissen en moerasschildpadden) hadden een geschatte waarde van bijna € 35.000,-. Door de reptielen te smokkelen hebben verdachte en haar mededaders zich onttrokken aan velerlei formele vereisten ten aanzien van het vervoer, zoals medische verklaringen en gedegen transportfaciliteiten. Als zij zich aan de regels en voorschriften zouden houden en hiervoor kosten zouden maken, zou deze handel niet zo lucratief zijn. Verdachte en haar mededaders hebben dan ook gehandeld met geen enkel ander doel dan het eigen financieel gewin.
Door het handelen van verdachte en haar mededaders is verder de Nederlandse overheid benadeeld, die na de aanhouding van verdachte en haar mededaders de zorg voor de reptielen op zich heeft genomen. De reptielen zijn in quarantaine geplaatst, waarmee aanzienlijke kosten zijn gemoeid, die worden gedragen door de overheid. Ook is de overheid genoodzaakt kosten te maken om de reptielen van papieren te voorzien en naar de plek van herkomst of een passend verblijf te vervoeren.
Het concurrentievoordeel dat verdachte zich samen met haar mededaders heeft proberen te verschaffen en de financiële gevolgen voor de overheid, maken dat de rechtbank de door haar beoogde gevangenisstraf met een paar maanden zal matigen en in plaats daarvan een geldboete zal opleggen. Deze geldboete wordt opgelegd ter vergelding en ter speciale en generale preventie.
De rechtbank heeft tot slot acht geslagen op de persoonlijke omstandigheden van verdachte, zoals die uit het dossier zijn gebleken. De rechtbank ziet hierin geen strafverlichtende omstandigheid om in het voordeel van verdachte bij de strafoplegging te betrekken.
Alles afwegende komt de rechtbank tot oplegging van een gevangenisstraf van vier maanden en een geldboete van € 10.000,-.

9.De toepasselijke wettelijke voorschriften

De op te leggen straffen zijn gegrond op de artikelen 23, 24c, 47, 55 en 57 van het Wetboek van Strafrecht, de artikelen 1a, 2 en 6 van de Wet op de economische delicten, artikel 13 van de Flora- en faunawet en de artikelen 2.1, 2.2, 8.11 en 8.12 van de Wet dieren.
Deze wettelijke voorschriften zijn toepasselijk zoals geldend ten tijde van de bewezen verklaarde feiten.

10.De beslissingen

De rechtbank komt op grond van het voorgaande tot de volgende beslissingen.
Verklaart bewezen dat verdachte de onder 1 en onder 2 onder A en B ten laste gelegde feiten heeft begaan zoals hiervoor onder 5. is vermeld.
Verklaart niet bewezen wat aan verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hiervoor is bewezen verklaard en spreekt hem daarvan vrij.
Het bewezen verklaarde levert op:
ten aanzien van het onder 1 bewezen verklaarde feit
- medeplegen van het opzettelijk overtreden van een voorschrift gesteld bij artikel 13, eerste lid, van de Flora- en Faunawet, meermalen gepleegd;
ten aanzien van de onder 2 onder A en B bewezen verklaarde feiten
- de eendaadse samenloop van
medeplegen van overtreding van artikel 2.1, eerste lid, van de Wet dieren, meermalen gepleegd, en
medeplegen van overtreding van artikel 2.2, achtste lid, van de Wet dieren, meermalen gepleegd.
Verklaart het bewezene strafbaar.
Verklaart verdachte
[verdachte]daarvoor strafbaar.
Veroordeelt verdachte tot
een gevangenisstraf van 4 (vier) maandenen beveelt dat de tijd die verdachte voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering heeft doorgebracht, bij de tenuitvoerlegging van die straf in mindering zal worden gebracht.
Veroordeelt verdachte tevens tot
een geldboete van € 10.000,- (tienduizend euro), bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door 85 (vijfentachtig) dagen hechtenis.
Dit vonnis is gewezen door
mr. J.A.A.G. de Vries, voorzitter,
mrs. A.B.M. Wijnveldt en G. Demmink, rechters
in tegenwoordigheid van mr. P.H. Boersma, griffier,
en uitgesproken op de openbare terechtzitting van deze rechtbank van 7 februari 2017.
Bijlage
De volledige tekst van de tenlastelegging
Aan verdachte [verdachte] is ten laste gelegd dat zij
1. op één of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 1 augustus 2016 tot en met 3 september 2016, te Schiphol (gemeente Haarlemmermeer) en/of elders in Nederland en/of in Mexico en/of in Spanje, tezamen en in vereniging met (een) ander(en), althans alleen, opzettelijk, (telkens) dieren, behorende tot een beschermde inheemse en/of een beschermde uitheemse diersoort, te weten:
- 14, althans één of meer, hagedis(sen) (Engelse naam: San Esteban Chuckwalla) (wetenschappelijke naam: Sauromalus varius), en/of
- 27, althans één of meer, moerasschildpad(den) (Engelse naam: Spotted box turtle) (wetenschappelijke naam: Terrapene nelsoni),
te koop heeft gevraagd en/of heeft gekocht en/of heeft verworven en/of ten verkoop voorhanden of in voorraad heeft gehad en/of heeft verkocht en/of ten verkoop heeft aangeboden en/of heeft vervoerd en/of ten vervoer heeft aangeboden en/of heeft afgeleverd en/of heeft gebruikt voor commercieel gewin en/of heeft gehuurd of verhuurd en/of heeft geruild of in ruil aangeboden en/of heeft uitgewisseld of tentoon gesteld voor handelsdoeleinden en/of binnen of buiten het grondgebied van Nederland heeft gebracht en/of onder zich heeft gehad;
(strafbaarstelling: artikelen 1a onder 1, 2 en 6 Wet op de economische delicten juncto artikel 13 Flora- en faunawet)
2. A. op één of meer tijdstippen op of omstreeks 3 september 2016, te Schiphol (gemeente Haarlemmermeer) en/of elders in Nederland en/of in Mexico en/of in Spanje, tezamen en in vereniging met (een) ander(en), althans alleen, (telkens) bij:
- een sonora katoogslang (wetenschappelijke naam: Leptodeira splendida), en/of
- 16, althans één of meer, hagedis(sen) (Engelse naam: Mexican spiny-tailed iguana) (wetenschappelijke naam: Ctenosaura pectinata), en/of
- 14, althans één of meer, hagedis(sen) (Engelse naam: San Esteban Chuckwalla) (wetenschappelijke naam: Sauromalus varius), en/of
- 20, althans één of meer, hagedis(sen) (Engelse naam: Red-lipped Arboreal Alligator Lizard) (wetenschappelijke naam: Abronia lythrochila), en/of
- 23, althans één of meer, hagedis(sen) (Engelse naam: Mixtecan Arboreal Alligator Lizard) (wetenschappelijke naam: Abronia mixteca), en/of
- 13, althans één of meer, helmlegua(a)n(en) (wetenschappelijke naam: Corytophanes hernandezii), en/of
- 42, althans één of meer, halsbandlegua(a)n(en) (wetenschappelijke naam: Crotaphytus collaris), en/of
- 8, althans één of meer, hazelworm boomhagedis(sen), (wetenschappelijke naam: Mesaspis viridiflava), en/of
- 75, althans één of meer, padhagedis(sen) (wetenschappelijke naam: Phrynosoma ssp.), en/of
- 5, althans één of meer, stekellegua(a)n(en) (wetenschappelijke naam: Sceloporus malachiticus), en/of
- 13, althans één of meer, stekellegua(a)n(en) (wetenschappelijke naam: Sceloporus ssp.), en/of
- een Gopher schildpad (wetenschappelijke naam: Gopherus agassizii), en/of
- 27, althans één of meer, moerasschildpad(den) (Engelse naam: Spotted box turtle) (wetenschappelijke naam: Terrapene nelsoni), en/of
- een gifslang (Engelse naam: sidewinder) (wetenschappelijke naam: Crotalus cerastus),
althans bij (een) dier(en),
zonder redelijk doel of met overschrijding van hetgeen ter bereiking van zodanig doel toelaatbaar is, bij die/dat dier(en) pijn en/of letsel heeft veroorzaakt dan wel de gezondheid en/of het welzijn van die/dat dier(en) heeft benadeeld, immers heeft/hebben zij, verdachte en/of haar mededader(s), die/dat dier(en):
- ( gedurende lange tijd) in (een) koffer(s) (laten) vervoer(d)(en), terwijl daarop geen aanduiding was aangebracht dat zich daarin levende dieren bevonden en die koffer(s) daarom als standaard ruimbagage is/zijn behandeld, en/of
- ( gedurende lange tijd) niet laten beschikken over een toereikende hoeveelheid voer, en/of
- ( gedurende lange tijd) niet laten beschikken over een toereikende hoeveelheid drinkwater, en/of
- ( gedurende lange tijd) niet laten beschikken over voldoende bewegingsruimte, en/of
- ( gedurende lange tijd) (laten) vervoer(d)(en) in een te kleine en/of donkere ruimte, zonder dat sprake was van afdoende ventilatiemogelijkheden, en/of
- ( gedurende lange tijd) niet laten beschikken over een voldoende hygiënische huisvesting, en/of
- ( gedurende lange tijd) onder te koude condities (laten) vervoer(d)(en);
(strafbaarstelling: artikel 2.1 lid 1, 8.11 en 8.12 Wet dieren)
en/of
B. op één of meer tijdstippen op of omstreeks 3 september 2016, te Schiphol (gemeente Haarlemmermeer) en/of elders in Nederland en/of in Mexico en/of in Spanje, tezamen en in vereniging met (een) ander(en), althans alleen, (telkens) als houder van:
- een sonora katoogslang (wetenschappelijke naam: Leptodeira splendida), en/of
- 16, althans één of meer, hagedis(sen) (Engelse naam: Mexican spiny-tailed iguana) (wetenschappelijke naam: Ctenosaura pectinata), en/of
- 14, althans één of meer, hagedis(sen) (Engelse naam: San Esteban Chuckwalla) (wetenschappelijke naam: Sauromalus varius), en/of
- 20, althans één of meer, hagedis(sen) (Engelse naam: Red-lipped Arboreal Alligator Lizard) (wetenschappelijke naam: Abronia lythrochila), en/of
- 23, althans één of meer, hagedis(sen) (Engelse naam: Mixtecan Arboreal Alligator Lizard) (wetenschappelijke naam: Abronia mixteca), en/of
- 13, althans één of meer, helmlegua(a)n(en) (wetenschappelijke naam: Corytophanes hernandezii), en/of
- 42, althans één of meer, halsbandlegua(a)n(en) (wetenschappelijke naam: Crotaphytus collaris), en/of
- 8, althans één of meer, hazelworm boomhagedis(sen), (wetenschappelijke naam: Mesaspis viridiflava), en/of
- 75, althans één of meer, padhagedis(sen) (wetenschappelijke naam: Phrynosoma ssp.), en/of
- 5, althans één of meer, stekellegua(a)n(en) (wetenschappelijke naam: Sceloporus malachiticus), en/of
- 13, althans één of meer, stekellegua(a)n(en) (wetenschappelijke naam: Sceloporus ssp.), en/of
- een Gopher schildpad (wetenschappelijke naam: Gopherus agassizii), en/of
- 27, althans één of meer, moerasschildpad(den) (Engelse naam: Spotted box turtle) (wetenschappelijke naam: Terrapene nelsoni), en/of
- een gifslang (Engelse naam: sidewinder) (wetenschappelijke naam: Crotalus cerastus),
althans als houder van (een) dier(en),
aan die/dat dier(en) de nodige verzorging heeft onthouden, immers heeft/hebben zij, verdachte en/of haar mededader(s), die/dat dier(en):
- ( gedurende lange tijd) in (een) koffer(s) (laten) vervoer(d)(en), terwijl daarop geen aanduiding was aangebracht dat zich daarin levende dieren bevonden en die koffer(s) daarom als standaard ruimbagage is/zijn behandeld, en/of
- ( gedurende lange tijd) niet laten beschikken over een toereikende hoeveelheid voer, en/of
- ( gedurende lange tijd) niet laten beschikken over een toereikende hoeveelheid drinkwater, en/of
- ( gedurende lange tijd) niet laten beschikken over voldoende bewegingsruimte, en/of
- ( gedurende lange tijd) (laten) vervoer(d)(en) in een te kleine en/of donkere ruimte, zonder dat sprake was van afdoende ventilatiemogelijkheden, en/of
- ( gedurende lange tijd) niet laten beschikken over een voldoende hygiënische huisvesting, en/of
- ( gedurende lange tijd) onder te koude condities (laten) vervoer(d)(en).
(strafbaarstelling: artikelen 2.2 lid 8, 8.11 en 8.12 Wet dieren)

Voetnoten

1.Kamerstukken II 2007-2008, 31 389, nr. 3.
2.Kamerstukken II 2007-2008, 31 389, nr. 3, p. 100.