In deze civiele procedure, die diende voor de Rechtbank Amsterdam, heeft eiseres, SWISHFUND NEDERLAND B.V., een vordering ingesteld tegen meerdere gedaagden, waaronder CLEOFA B.V., KENAN SERVICES en CLEOFA HOLDING B.V. De gedaagden zijn niet verschenen in de procedure. De rechtbank heeft op 27 december 2017 vonnis gewezen in deze zaak, waarin de vorderingen van eiseres zijn beoordeeld. Eiseres vorderde betaling van een hoofdsom, vermeerderd met wettelijke handelsrente. De rechtbank oordeelde dat er geen sprake was van een handelsovereenkomst in de zin van artikel 6:119a BW, waardoor de gevorderde handelsrente niet toewijsbaar was. In plaats daarvan werd de wettelijke rente toegewezen, zoals bedoeld in artikel 6:119 BW.
De rechtbank heeft de gedaagden hoofdelijk veroordeeld tot betaling van een bedrag van € 214.230,48, vermeerderd met wettelijke rente, en heeft ook de beslagkosten en proceskosten toegewezen. De beslagkosten werden begroot op € 11.680,82 en de proceskosten op € 5.969,18. Daarnaast zijn er buitengerechtelijke kosten van € 3.443,84 toegewezen. De rechtbank verklaarde het vonnis uitvoerbaar bij voorraad en wees het meer of anders gevorderde af. Dit vonnis is openbaar uitgesproken door mr. M.C.H. Broesterhuizen.