Uitspraak
- antwoord in conventie, eis in reconventie met producties;
- instructievonnis;
- dagbepaling comparitie.
Rechtbank Amsterdam
In deze zaak gaat het om een geschil tussen een huurder en de stichting Ymere over de tijdelijke vermindering van de huurprijs van een woning vanwege ernstige gebreken. De huurcommissie had in 2000 de huurprijs tijdelijk verlaagd, maar in 2016 besloot de huurcommissie dat de tijdelijke huurprijsvermindering per 1 juli 2016 opgeheven moest worden. De huurder, aangeduid als [partijnaam], was het niet eens met deze beslissing en vorderde bij de kantonrechter dat de huurprijs opnieuw verlaagd zou worden tot het gebrek verholpen was. De kantonrechter oordeelde dat de huurcommissie ten onrechte had vermeld dat partijen zich tot de rechter konden wenden, omdat de procedure niet onder de relevante bepalingen van het Burgerlijk Wetboek viel. De kantonrechter concludeerde dat er geen sprake was van een gebrek dat een huurvermindering rechtvaardigde, en dat de tijdelijke huurprijsvermindering terecht was opgeheven. De vordering van de huurder werd afgewezen, en in reconventie werd vastgesteld dat de huurprijs per 1 juli 2016 weer € 171,14 zou bedragen. De huurder werd veroordeeld in de proceskosten.