Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
1.De procedure
- de dagvaarding van 2 juni 2015, met producties;
- de conclusie van antwoord, met producties;
- het tussenvonnis van 12 augustus 2015, waarbij een comparitie van partijen is gelast;
- de akte overleggen nadere producties van [eiser] , met producties;
- het proces-verbaal van comparitie van 16 december 2015.
2.De feiten
- een eigendomsbewijs van de [adres 3] , [adres 4] en [adres 5] te [plaats 1] ;
- een verzekeringsbewijs van Zwitserleven;
- een pensioenregeling van ADC;
- het testament van mevrouw [eiser] ;
- de koopakte van de [adres 6] te [plaats 2] ;
- drie dukaten uit 1986;
- de oprichtingsakte van [naam stichting] ;
- twee dokters titels; en
- de koopakte van [adres 7] te [plaats 3] .
- diverse sieraden met een totale waarde van € 54.160,-;
- aandelen (op naam) van Centrale Suiker Maatschappij, Koninklijke Olie en KPN met een totale geschatte waarde van € 3.500,-;
- een schuldbekentenis ter hoogte van € 1.500,-;
- een schuldbekentenis ter hoogte van € 4.000,-;
- zeven dukaten uit 1986 met een totale waarde van € 1.225,-.
3.Het geschil
5.De beslissing
17 februari 2016voor uitlating door [eiser] of hij bewijs wil leveren door het overleggen van bewijsstukken, door het horen van getuigen en / of door een ander bewijsmiddel,
bewijsstukkenwil overleggen, die stukken direct in het geding moet brengen,
getuigenwil laten horen, de getuigen en de verhinderdagen van de partijen en hun advocaten in de maanden maart tot en met mei 2016 direct moet opgeven, waarna dag en uur van het getuigenverhoor zullen worden bepaald,
alle partijenuiterlijk twee weken voor het eerste getuigenverhoor
alle beschikbare bewijsstukkenaan de rechtbank en de wederpartij moeten toesturen,